Help, bij ON! zijn ze relativist geworden!

Sjoerd de Jong

Best verwarrend, die Hollandse cultuuroorlogen. Linkse denkers als Gramsci duiken op bij rechts, en rechtse als Schmitt doen het goed bij links. Progressieve geesten, vanouds argwanend over heersende kennis, beroepen zich nu op ‘de wetenschap’. Rechtse stokebranden spelen, in hun bovenbouw-strijd, gretig leentjebuur bij marxisten.

Maar het kan nog een stuk gekker.

In het verweerschrift van Ongehoord Nederland tegen het verzoek van de NPO om de zendmachtiging van die omroep in te trekken, roepen Arnold Karskens en zijn kameraden als getuigen à decharge denkers op die in hun kringen veelal te boek staan als vervelende, linksige relativisten.

Bij monde van de advocaat van ON! lezen we dat er „wetenschapsfilosofisch geen helder onderscheid gemaakt kan worden tussen feit en mening”. Ja, want „epistemologisch gezien” zijn er maar „een zeer beperkt aantal feiten”. Hier zijn ze: „wiskundige (1 +1 =2)” en simpele „waarnemingen” zoals: er staan tien mensen op een plein”. De rest is interpretatie of, nou ja, een mening. Filosoof Thomas Kuhn wist het al: wat een feit is, hangt af van je kader of paradigma.

Wat krijgen we nou? Geloven de bestel-bestormers opeens niet meer in de knalharde feiten over omvolking en zo, waar ze ‘wokies’ zo graag mee om de oren slaan? De omroep ligt onder vuur wegens het verspreiden van ‘desinformatie’ en ‘onjuiste informatie’. Maar – lekker puh! – die feiten zijn dus maar meningen?

Je begint het te begrijpen als je leest wie dit voor ze heeft uitgezocht: „professor Cliteur”, stamgast bij de omroep. De NPO maakt een „naïef” onderscheid van feiten en meningen, concludeert hij in twee rijkelijk lange rapporten.

Geestig. Predikt deze voormalige Leidse rechtsfilosoof nu dus dat feiten maar betrekkelijk zijn, wat hij twee decennia lang onophoudelijk bestreed als postmoderne kletskoek?

Want we hebben het niet alleen over wetenschap. Morele oordelen zijn net zo universeel als de zwaartekracht, schreef Cliteur in deze krant in 2000. „Kan men natuurkunde niet met ethiek vergelijken? Wel degelijk: ook ethische normen pretenderen universele gelding te hebben.”

Nou is de werking van een natuurwet iets heel anders dan de strekking van een norm, maar goed. Ook in zijn Encyclopedie van de rechtswetenschap rekent Cliteur uitgebreid af met cultuurrelativisme. Dát moeten studenten meteen afleren.

Ja maar, wat is het nu? Zijn de beweringen en morele oordelen bij Ongehoord Nederland net zoiets als de zwaartekracht, of zijn het meningen van een groep waar anderen, vooral de NPO, met hun tengels vanaf moeten blijven?

Als echte sofist herkent Cliteur feilloos de zwakke plek van de NPO: de beoogde pluriformiteit. En ja, voor je zendmachtiging wil je dan best even de relativist uithangen.

Sjoerd de Jong schrijft elke donderdag op deze plek een -column.