OM gaat voorlopig in hoger beroep tegen Haagse ‘ombudspoliticus’ De Mos

Den Haag Of er ook daadwerkelijk een hoger beroepzaak gaat plaatsvinden, moet nog worden besloten door het OM: „Het gaat om een complexe strafzaak met maatschappelijke impact.”

Richard de Mos hoort aan dat hij vrijgesproken wordt van alle aanklachten.
Richard de Mos hoort aan dat hij vrijgesproken wordt van alle aanklachten.

Foto via Robin Utrecht/ANP

Het Openbaar Ministerie gaat voorlopig in hoger beroep tegen de Haagse voormalig wethouder Richard de Mos. Dat meldt Justitie donderdagmiddag. Het OM zegt nog te overwegen of het de hoger beroepzaak daadwerkelijk wil voeren. Twee weken terug sprak de rechtbank Rotterdam De Mos en zijn kompanen vrij van corruptie en omkoping tijdens zijn campagne voor de Gemeenteraadsverkiezingen van 2018. Alleen horecaman Atilla Akyol kreeg vier maanden voorwaardelijke celstraf vanwege verboden wapenbezit.

De Mos, partijleider van de lokale partij Hart voor Den Haag/Groep de Mos, laat in een reactie weten „ten zeerste” te betreuren dat justitie „de stad Den Haag nog langer politiek wil gijzelen”. Volgens De Mos haalde „Den Haag juist opgelucht adem na 3,5 jaar het Zwaard van Damocles boven het hoofd gehad te hebben, waarbij de gemeenteraad zwaar gepolariseerd is”.


Lees ook Het OM krijgt harde verwijten van de rechtbank bij volledige vrijspraak Richard de Mos

In 2018 werd Hart voor Den Haag/Groep de Mos de grootste in de Haagse gemeenteraad. Een jaar later viel de Rijksrecherche de kantoren van De Mos en zijn partijgenoot Rachid Guernaoui in het Haagse stadhuis binnen. De Mos zou volgens het OM zijn omgekocht door vijf Haagse zakenlieden, die in ruil voor politieke diensten zijn campagne zouden hebben gefinancierd. Daarnaast zou hij meineed hebben gepleegd, een criminele organisatie hebben gevormd met zijn medeverdachten én zijn ambtseed hebben geschonden.

De rechtbank oordeelde echter dat er simpelweg geen goed uitgewerkte regels zijn voor partijfinanciering van lokale partijen. Dat gebrek kon volgens de rechter „niet worden opgelost met het strafrecht”. Ook zijn kwade bedoelingen van de gever en ontvanger van de partijgiften niet bewezen door de aanklager. De Mos ontkende alle aantijgingen en noemde zijn vervolging een ‘heksenjacht zonder grenzen’ van justitie. Volgens de politicus bedrijft hij slechts ‘ombudspolitiek’.

Het OM gaat voorlopig in hoger beroep zodat de wettelijke aanvraagtermijn daarvoor niet verstrijkt. Of een hoger beroepzaak ook daadwerkelijk gaat plaatsvinden, moet nog worden besloten, zo zegt het OM: „Het vonnis wordt op dit moment nog bestudeerd. Het gaat om een complexe strafzaak met maatschappelijke impact, dit vraagt om een zorgvuldige afweging ten aanzien van het hoger beroep.” De Mos hekelt in zijn verklaring dat het OM geen beslisdatum geeft: „Nu weet niemand wanneer aan deze lijdensweg voor de stad een einde komt.”