Het is niet vreemd dat grote bedrijven aan graaiflatie doen. De vraag is: wat zet u daar tegenover?

Inflatie De onvrede over alle prijsstijgingen moet ons aanzetten tot actie, persoonlijk en politiek, schrijft .

Foto Huisman Media/Hollandse Hoogte/ANP
Foto Huisman Media/Hollandse Hoogte/ANP

Het bonnetje was kraakhelder. 36 euro. Voor onze favoriete lunch. We komen hier vaker, dus mijn prijsgevoel zei: da’s dan in een halfjaar 20 procent duurder geworden.

Inflatie? Of graaiflatie?

Ahold, Heineken, Unilever – hun winsten weten wel van wanten. Medewerkers worden karig bedeeld. Ze verwennen hun aandeelhouders met extra dividend.

Inflatie? Nee, dat is graaiflatie, betoogt vakbond FNV in een vorige week gepubliceerd onderzoek naar 49 beursgenoteerde bedrijven. Bij de becijferingen zijn wel wat kanttekeningen te plaatsen, maar de uitkomsten zijn volstrekt logisch.

Het zou pas echt vreemd zijn als ondernemers in de kakofonie van prijsstijgingen (energie), schaarste (arbeid) en post-covid-herstel (belastingschulden van ruim 17 miljard euro) niet zouden proberen met prijsverhogingen hun winstmarges te handhaven of te verbeteren. Ondernemers zijn opportunisten, zij zien altijd kansen, zo is hun leven. Dat geldt voor de horecaman waar wij lunchten én voor de topmanagers van de supermarktketens en voedingsconcerns.

Daderschap

FNV schept een tegenstelling met de toevoeging ‘graai’. Je hebt de eerzame kleine ondernemer die het hoofd boven water probeert te houden en de prijzen verhoogt. Want ja… inflatie. Daartegenover staat de topmanager van de beursgenoteerde onderneming. Hij is geen slachtoffer, maar dader. Graaier.

Dat daderschap valt in vruchtbare aard. Grote ondernemingen associeer je zo langzamerhand met alles wat je niet wilt. Gezondheidsrisico’s (staalbedrijf Tata, chemieconcern Chemours, Schiphol), schimmig handjeklap (Shell en Exxon met premier Rutte over hun Groningse gasbelangen), belastingtrucs (Uber), jokkebrokken (Heineken over zijn Russische belangen) en het omzeilen van arbeidsregels (platformbedrijven als Deliveroo).

Het vorige week verschenen onderzoek Burgerperspectieven van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) naar de stand van het land zegt dat mensen positiever zijn over instituties als vakbonden, rechters en nieuwsmedia. Er is één uitzondering. Grote ondernemingen. „Dominant patroon in het lage vertrouwen in grote ondernemingen is dat men die een te grote gerichtheid op het maken van winst toedicht, deels in combinatie met het verwijt dat de beloningsverschillen te groot zijn en de aandacht voor het klimaat te gering is.”

Het wantrouwen jegens de giganten is gevoed door de uitbraak van inflatie die in vijftig jaar niet meer was gezien. Tot voor kort gingen klachten over prijsverhogingen over de postzegel, het treinkaartje of de parkeertarieven. Prijsstijgingen waar je je niet aan kon onttrekken. Maar nu kwam de inflatie opeens van alle kanten, om te beginnen met gas en stroom. Van de beloofde concurrentie was opeens niks meer over. Je zat vast aan je leverancier. En je betaalde ook nog eens veel meer, of minder, voor dezelfde energie als je buurman. Oneerlijk.

Kapitaalverschaffers wonnen

In de klachten over energie- en winkelprijzen weerklinkt de onvrede over de structurele verschuivingen van de laatste veertig jaar in de economie en de samenleving. Ondernemingsvriendelijk beleid stond (en staat) centraal. Lagere winstbelasting, (fiscale) aanmoediging van zelfstandig ondernemerschap, grenzeloze arbeidsmigratie en flexibeler arbeidscontracten.

Let wel: vakbonden droegen aan het beleid bij, door te lang loonmatiging te bepleiten. Dat maakte hen minder aantrekkelijk voor werknemers, die een ik-dop-mijn-eigen-boontjes-mentaliteit kozen.

Grote ondernemingen op hun beurt voegden zich in het Angelsaksische denkraam. Ze belijden in naam het Rijnlandse model dat diverse belangen (van werknemers tot de samenleving) wil samenbrengen, maar hun daden spreken andere taal. De aandeelhouder is nummer 1.

De resultaten? Hoge winstmarges, hoge aandelenkoersen en een hoger aandeel in de economische opbrengsten voor kapitaalverschaffers ten koste van werknemers.

Leer ook denken als een topmanager. What’s in it for me?

Het is gemakkelijk om de schuld te geven aan Thatcher, Reagan, Ruding en Lubbers en vervolgens aan Rutte I, II, III en IV, maar zij kwamen aan de macht dankzij kiezersmandaten.

En wat decennia is scheefgegroeid, trek je niet recht met één staking. Of in een hete lente met loonsverhogingen van 10 procent of meer. Duidelijk is wel dat vakbonden en werkgevers intenser strijd voeren dan in jaren. Strijd om loonsverhogingen, strijd om winstmarges. In de jaren zeventig van de vorige eeuw speelde een vergelijkbaar proces. Hogere prijzen en hogere lonen mondden toen uit in een ontwrichtende loon-spiraal en een uitputtingsslag tussen kapitaalverschaffers en werknemers met totale winsterosie en hoge werkloosheid.

Het is de vraag of die tijden terugkomen. Maar belangrijker is de vraag: wat doen we er nu aan? Twee antwoorden wil ik hier aanstippen: het persoonlijke en het politieke. Voor beide geldt: morele afkeuring van graaiflatie is niet zinvol. Daarmee koop je bij de bakker geen brood. Topmanagers denken en handelen naar de belangen van ‘hun’ aandeelhouders.

Wordt kieskeuriger

Het persoonlijke perspectief is: leer ook denken als een topmanager. What’s in it for me? Wat kan ik voor mezelf verdienen? U moet als consument aan de bak. De meeste consumenten zijn gewoontedieren. Wordt kieskeuriger. Dat gebeurt al. Nog nooit stapten zoveel mensen over van zorgverzekeraar: 1,4 miljoen. Zo kunt u ook overstappen naar een andere supermarkt. Naar andere producten: waarom dure A-merken (Heineken, Unilever) kopen en geld uitgeven voor hun marketing en winstmarges? U kunt ook het huismerk kopen. Nog eentje: verspil geen voedsel. U dupeert zichzelf. U heeft er voor betaald.

Het politieke perspectief is de trend van een linkse parlementaire meerderheid op sociaal-economische onderwerpen. De overwinning van de BoerBurgerBeweging bij de provinciale verkiezingen heeft deze ommezwaai versterkt. Wie geeft deze trend een stem? Wie maakt de strijdpunten concreet?

Opties genoeg. Kom met een plan voor een vermogensaanwasdeling bij grote bedrijven zodat werknemers een aandeel in het kapitaal krijgen. Limiteer bonussen van topmanagers. Nog beter: hef een extra belasting op de opbrengsten van graaiflatie.