‘Lachgaskoning’ kreeg terecht dwangsom van een miljoen, oordeelt Raad van State

Straatverkoop Deniz Üresin hield vol dat hij geen straatverkoper maar online bezorger van lachgas was. De Raad van State is niet overtuigd.

Deniz Üresin, eigenaar van Ufogas.
Deniz Üresin, eigenaar van Ufogas.

Foto Robin Utrecht/ANP

Deliverbro’s, het bedrijf van ‘lachgaskoning’ Deniz Üresin, heeft terecht een dwangsom van een miljoen euro gekregen van de gemeente Amsterdam. Dat heeft de Raad van State woensdag besloten. Üresin betoogde dat hij geen straatverkoper was maar via internet bestellingen leverde, maar daar gaat de hoogste bestuursrechter niet in mee.

Op straat verkopen is op veel plekken in Amsterdam verboden, maar Üresin hoopte dat verbod te omzeilen door zijn werknemers op aanvraag langs te laten komen met een bakfiets en maximaal een kwartier te blijven staan. Op die manier was hij geen verkoper maar een koerier.

De gemeente beschouwde Üresin toch als straatverkoper. Zijn bakfietsen, beplakt met teksten als „pinnen ja graag” en „betaal hier ook”, stonden urenlang op dezelfde plek. Dat ontkende Üresin in de rechtszaal niet.

De gemeente Amsterdam vond dat Deniz Üresin voor „ontoelaatbare hinder” zorgde door op grote schaal lachgas te verkopen, blijkt uit een rechtbankverslag. Üresin zou „koste wat kost” doorgaan met venten, ook al had hij geen vergunning, dus legde de gemeente hem in 2019 dwangsommen van in totaal een miljoen euro op. Deliverbro’s, beter bekend als Ufogas, vocht dat besluit aan bij de rechter maar kreeg ongelijk. De Raad van State sluit zich nu aan bij de uitspraak van de rechtbank.

Overlast

Volgens de gemeente bestond de hinder uit het geluid van vollopende en knappende ballonnen. Ook met die beschuldiging was Üresin het oneens. Regels tegen geluidsoverlast zouden alleen gaan over „toestellen, geluidsapparaten of machines”, waar een lachgastank niet onder valt. Dat argument legde de Raad van State net als de Amsterdamse rechter terzijde: de Algemene Plaatselijke Verordening is ruimer dan Üresin dacht.

De landelijke overheid maakte zich daarnaast zorgen om de gezondheidsrisico’s die lachgas veroorzaakt, en besloot daarom om bezit en verkoop van het middel voor recreatief gebruik te verbieden. De Raad van State had dat verbod ontraden omdat handhaving „gezien de krapte op de arbeidsmarkt” moeilijk zou kunnen worden.


Lees hier meer over de lachgaskoning van Amsterdam