CPB: Verrassend veel bedrijven slaagden erin de hoge energieprijzen door te berekenen

Energieprijzen De gevolgen van hoge energieprijzen zijn voor bedrijven uiteindelijk meegevallen, concludeert het Centraal Planbureau in een analyse. Gemiddeld stegen verkooprijzen zelfs meer dan de gestegen kostprijzen.

Bij een tuinbouwbedrijf in Steenbergen stond in november een deel van de tomatenkassen leeg door de hoge energieprijzen.
Bij een tuinbouwbedrijf in Steenbergen stond in november een deel van de tomatenkassen leeg door de hoge energieprijzen.

David van Dam

Er klonken nogal wat noodkreten uit het bedrijfsleven vorig jaar, omdat de energieprijzen zó extreem waren gestegen. De metaalsector sloeg alarm, de kwekers, de detailhandel, de chemische industrie, bakkers – wie eigenlijk niet? Ondertussen riepen hun werknemers ook steeds harer om meer loon. En de coronacrisis waren de bedrijven nog maar net te boven gekomen. Of de overheid misschien niet even te hulp kon schieten?

Een jaar later komt het Centraal Planbureau (CPB) tot de conclusie dat het allemaal best wel is meegevallen voor de bedrijven. In een nieuwe analyse schrijft het CPB dat de hoge energieprijzen „weinig vat hebben gehad” op de bedrijfswinsten. Die zijn over het algemeen stabiel gebleven. Het aantal bedrijven dat echt in problemen is gekomen, bleef „beperkt”. aldus het CPB. Het zijn er maar 3.700 meer dan het aantal bedrijven dat in normale tijden verlieslatend is (zo’n 420.000 bedrijven op jaarbasis). Dat is een stijging bovendien die „aanzienlijk lager” is dan in „eerdere crisisperiodes”.

De verklaring? Het CPB schrijft het vriendelijk op. „Bedrijven kunnen zich over het algemeen goed aanpassen […].” Daarmee wordt onder andere bedoeld dat veel bedrijven, zeker de energie-intensieve, fors zijn gaan bezuinigen op hun energieverbruik. Vooral in de industrie werden productieprocessen soms tijdelijk stilgelegd, of afgeschaald.

Maar het CPB wijst ook op een andere, pikantere verklaring: dat de bedrijven hun prijzen fors hebben verhoogd en zo de stijgende energiekosten voor een groot deel (soms zelfs helemaal) hebben afgewenteld op hun klanten. In „verrassend” veel bedrijfstakken waren de prijsstijgingen hoger dan de kostprijsstijgingen waar ze zelf mee geconfronteerd werden, aldus het CPB, wat zou wijzen op „een grote mate van doorberekening”. Gemiddeld genomen zouden de verkoopprijzen 2,9 procent meer zijn gestegen dan de kostprijzen.

‘Niet compenseren’

Het CPB benadrukt dat het om een schatting gaat, gebaseerd op modellen. Het planbureau erkent ook dat er verschillen zijn tussen bedrijven en dat er zeker „schrijnende gevallen” zijn. Maar de conclusie lijkt dat een ‘drama’ zoals waarvoor werd gewaarschuwd door bedrijven, is uitgebleven. Het CPB schrijft daarom dat „generieke compensatie” voor bedrijven „niet nodig is”. Dat is een gevoelig punt voor brancheorganisaties die juist lobbyen voor meer steun.

Eerder deze week kwam het CPB ook met een ander onderzoek waaruit bleek dat zorgen van het bedrijfsleven overdreven leken. Verschillende kopstukken van grote bedrijven hebben de afgelopen tijd gewaarschuwd dat strenge klimaatregels bedrijven zullen ‘wegjagen’ uit Nederland, omdat die het moeilijker zouden maken om zaken te doen.

Maar volgens het CPB schaadt het klimaatbeleid bedrijven nauwelijks. „Er is weinig tot geen bewijs dat klimaatbeleid de winst, productiviteit of omzet van een gemiddeld industrieel bedrijf heeft gedrukt.” Het CPB onderzocht de impact van klimaatregels op circa 3 miljoen bedrijven in 32 landen. Ook hier weer „lijken ondernemers eerder hun bedrijfsvoering aan te passen […] in plaats van hun bedrijf te verplaatsen naar landen […] met minder streng klimaatbeleid”.