‘Het verhaal van de tot slaaf gemaakte Kofi gaat ook over mij’


Reportage

Webserie Rondom een oude plantagewoning in Suriname vonden onlangs de opnames plaats van Kofi’s Tori, een historische jeugdserie over een tot slaaf gemaakte jongen. „Deze serie gaat over roots.”

Keisha Doest als Afua en Daniël Kolf als Kofi in jeugdserie Kofi's Tori.
Keisha Doest als Afua en Daniël Kolf als Kofi in jeugdserie Kofi’s Tori.

Foto Thom van Dongen

Op de voormalige koffieplantage Morgenstond, niet ver van de Surinamerivier, slingeren kapucijnaapjes speels door de bomen terwijl regisseur Robbert Doelwijt jr. (29) met zijn smartphone inzoomt om ze in beeld te krijgen. Cameravrouw Lola Mooij volgt hoe er net een paar rennend over een tak het bos in verdwijnen. „Ze zijn snel!” Op deze oude plantage is het Colonial Resort gebouwd, een verlaten vakantieoord in koloniale stijl, dat een geschikte filmlocatie bleek voor de opnames van Kofi’s Tori, Surinaams voor: Kofi’s verhaal.

Kofi’s Tori is een web-fictieserie van de EO over het slavernijverleden, gemaakt voor de op kinderen gerichte Zapp-kanalen. De serie gaat over de slaafgemaakte Kofi (gespeeld door acteur Daniël Kolf) een veertienjarige futuboi (loopjongen) op een plantage in Suriname. Kofi vertelt, al vloggend over zijn leven in het koloniale Suriname. Over wat hij meemaakt en hoe hij zich staande houdt in een systeem waar vrijheid niet vanzelfsprekend was voor iedereen, en een grote meerderheid ‘bezit’ was van een klein groepje met alle privileges.

Foto’s Thom van Dongen

Eerder werden op een vergelijkbare manier de online jeugdseries Oorlog-stories en Het videodagboek van Anne Frank gemaakt. Gefilmd vanuit het perspectief van de hoofdpersonen, die de kijkers al vloggend meenemen in hun leven en de tijd waarin ze leefden. Bedoeld voor een jong publiek van acht tot twaalf jaar die opgroeien met sociale media. „Het is een hele sterke manier om jongeren te betrekken bij de geschiedenis, zoals in dit geval de slavernij waar nog steeds weinig over in de schoolboeken staat”, zegt Robbert Doelwijt die met dit project voor het eerst een fictieserie maakt. „We leren nu wel meer op school over de slavernij dan het ene A4’tje van vroeger”, zegt hij sceptisch. „Maar nog steeds niet genoeg. Met deze serie kunnen we een jong publiek direct betrekken bij dit onderwerp. Ze leren het personage Kofi kennen die we volgen in zijn leven op de plantage, hoe de omgang is met zijn baas, met zijn broer, hoe hij verliefd wordt, en we volgen hem in zijn ontwikkeling en zoektocht naar vrijheid”, zegt Doelwijt.

Door deze vorm kunnen we het verhaal ook echt vertellen vanuit Kofi’s perspectief, hoe hij denkt, wat hij voelt en hoe hij zich ontwikkelt. Hij vertelt ons zijn verhaal.

Daniël Kolf

Samen met cameravrouw Lola Mooij bezoekt hij een paar dagen voor de opnames beginnen de locatie. Het is een zonnige vrijdagmiddag in september. De tuinman harkt het terrein schoon en een productiemedewerker brengt nog wat laatste spullen om het huis aan te kleden als een plantagewoning uit 1780, de tijd waar het verhaal zich afspeelt. Een zwembad achterop het terrein waar vakantiehuisjes zijn gebouwd, zal nog worden afgedekt, zegt de tuinman, en er moeten nog wat kabels worden weggewerkt. Lola tuurt door een stoffig raampje van een van de huisjes. Het vakantieoord is al een tijd dicht, binnen staat wat meubilair en liggen oude kranten. „We hebben nog een hoek nodig, misschien lukt het in een van de huisjes?” vraagt ze aan Robbert.

Tot voor kort maakte Doelwijt vooral documentaires, commercials en videoclips. In 2021 won hij de Young Directors Lamp, een onderscheiding voor aanstormend jong creatief talent. „Ik twijfelde eerst of ik wel direct zo’n zwaar onderwerp als slavernij zou moeten nemen als fictiedebuut. Het gaat over het leed van zwarte mensen, en dat staat dichtbij me als kind van Surinaamse ouders”, zegt hij terwijl hij op het terrein een waterput inspecteert. „Misschien kunnen we daar ook wat mee bij de opnames.”

Strijden voor vrijheid

Doelwijt realiseerde zich dat hij juist met de webserie een hele nieuwe generatie kan bereiken. „Door deze vorm kunnen we het verhaal ook echt vertellen vanuit Kofi’s perspectief, hoe hij denkt, wat hij voelt en hoe hij zich ontwikkelt. Hij vertelt ons zijn verhaal.” Zo is Kofi in het begin nog een wat naïeve jongen die niet beter weet dan dat hij moet doen wat hem opgedragen wordt door de strenge Hollandse plantagehouder. Maar als zijn broertje Kwame wordt verkocht wil hij hem zoeken, hij probeert te vluchten en ontdekt dan pas wat vrijheid is en hoe je daarvoor moet strijden. „Hij komt uiteindelijk in zijn kracht te staan”, zegt Doelwijt.

Een paar dagen later rennen er op het terrein kippen rond en hangen er kleren rondom de waterput. De figuranten en acteurs lopen verkleed rond, de Anton Dragtenweg waar de plantagewoning aan ligt is gedeeltelijk afgesloten. Acteurs en crewleden zijn deels afkomstig uit Nederland en deels uit Suriname. Voor acteur Daniël Kolf (25) was filmen in zijn geboorteland Suriname altijd al een grote wens. „Hier begon mijn droom om te acteren.” Als tiener ging hij na schooltijd naar de jeugdtheaterschool On Stage in Paramaribo, opgericht door actrice Helen Kamperveen. Kolf woont inmiddels alweer zeven jaar in Nederland en ging daar naar de Theaterschool in zowel Arnhem als Amsterdam. „Zij heeft een zaadje geplant zodat veel Surinaams jong talent zich uiteindelijk heeft kunnen ontwikkelen.” Kolf speelde rollen in Netflix-film Forever Rich en de komedie-dramafilm De libi. „De rol van Kofi is weer heel anders, maar evengoed bijzonder. Zijn verhaal gaat ook over mij. En het is bijzonder om met dit project een gedeelde geschiedenis dichterbij jongeren te brengen die opgroeien in Nederland in een diverse samenleving met veel kids uit de Afrikaanse diaspora. Hopelijk begrijpen ze daardoor meer over hedendaags racisme en hoe de wortels daarvan in het verleden liggen”, zegt hij.

In de avonduren wordt een scène opgenomen waarin Kofi zweepslagen krijgt van een basja (beul). Een heftige scène die herinnert aan de gruweldaden van de slavernij waar zelfs tot slaafgemaakte kinderen aan werden blootgesteld. Op Daniël Kolfs rug worden striemen geschminkt. „We hebben veel nagedacht over de vraag hoe je zoiets vreselijks als slavernij overbrengt op een jong publiek”, zegt regisseur Robbert Doelwijt. „Je kunt in zo’n scène hinten naar een pijnlijke realiteit, maar zonder dat je het expliciet hoeft te laten zien. Bijvoorbeeld door de emotie van omstanders te filmen”, zegt hij over de scène. Maar ook de getuigenissen van Kofi achteraf brengen de scène dichtbij. „Wat doet het met hem als hem dit overkomt?” zegt Doelwijt.

Op de set op de voormalige koffieplantage Morgenstond in Suriname.
Foto’s Idi Lemmers

Gouden Kalf

Tijdens de opnamedagen wordt Kolf verrast met het feestelijke nieuws dat hij is genomineerd voor een Gouden Kalf voor zijn rol in de bioscoopfilm Forever Rich (het Gouden Kalf wint hij uiteindelijk niet). „Het geeft me heel veel power, zo’n nominatie”, zegt hij een paar weken later als hij telefonisch terugblikt op het moment. „Maar er is nog een weg te gaan. Te vaak zijn de rollen voor zwarte mensen vanuit het westers perspectief bedacht, net als de scripts. Ze denken al snel dat het anders niet verkoopt”, meent Kolf.

Maar er komt, zo weet hij, een nieuwe lichting makers aan die vanuit een divers perspectief werken. „Ik wil zelf ook deel zijn van die vernieuwing. En uiteindelijk eigen verhalen vertellen en rollen creëren. In Suriname liggen zoveel verhalen om verfilmd te worden, die interessant zijn voor een breed publiek. Over de vrijheidsstrijders bijvoorbeeld tijdens de slavernij en koloniale tijd, denk aan iemand als Anton de Kom”, zegt Kolf.

Er is een moment in het scenario van Kofi’s Tori dat regisseur Doelwijt zelf diep raakt. Dat is wanneer Kofi ontdekt dat zijn werkelijke roots niet op de plantage liggen, zoals tot dan toe vanzelfsprekend was voor hem, maar dat hij, net als zijn voorouders, eigenlijk uit Afrika komt. Doelwijt: „De serie gaat ook over roots. Als mensen me vroeger vroegen waar ik vandaan kwam dan zei ik altijd: ‘Ik ben op het internet opgegroeid.’ Een grapje natuurlijk, maar eigenlijk zei ik dat omdat ik het een lastige vraag vond”, zegt hij. „Ik ben geboren in Nederland, maar voor Nederlanders ben ik vanwege mijn huidskleur geen Nederlander maar een Surinamer. Terwijl ik voor Surinamers weer te Nederlands ben, heel verwarrend.” Een dna-onderzoek, waar hij momenteel mee bezig is maar nog niet is afgerond, geeft al meer rust. „Daarom is deze serie ook belangrijk; er groeien zoveel kinderen op in Nederland vanuit de Afrikaanse diaspora, die zich hierin zullen herkennen. En ik hoop dat hun leeftijdsgenoten door de serie ook meer begrip krijgen voor hun geschiedenis en achtergrond. Als je verhaal onderdeel is van de samenleving waarin je leeft, zal je je daar meer thuis voelen. En dat geeft weer een gevoel van vrijheid.”

Kofi’s Tori is vanaf 10 november dagelijks te zien op Zapp.nl, NPO Zapp Instagram, YouTube en TikTok.