N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Onafhankelijk adviseur De overheid moet keuzes maken en die vervolgens consequent uitvoeren, adviseert de Raad van State in het jaarverslag van 2022: „We constateren een gebrek aan slagkracht.”
„Niet alles kan, en zeker niet tegelijk.” Deze uitspraak van de voormalig minister-president Willem Drees, is de kern van de boodschap van de Raad van State in zijn jaarverslag over 2022. De overheid moet meer nee verkopen, kiezen wat het doet en dat vervolgens consequent uitvoeren, adviseert de Raad. „We constateren een gebrek aan slagkracht bij de overheid”, zegt vicepresident van de Raad van State Thom de Graaf. „De overheid is regelmatig in ademnood.”
De Raad van State is een belangrijke adviseur en de hoogste bestuursrechter in Nederland en presenteerde donderdag zijn jaarverslag. Het eerste hoofdstuk van het jaarverslag bevat altijd een beschouwing over het afgelopen jaar met adviezen voor de overheid.
2022 kenmerkte zich volgens de Raad door de vele crisissen, waardoor de overheid „zichtbaar onder druk” staat. De gevolgen van de oorlog in Oekraïne, stikstof, de coronapandemie die net achter de rug is, de aardbevingen in Groningen en het Toeslagenschandaal. „Dit allemaal komt boven op de reguliere taken van de overheid.”
Personeelstekorten
Tegelijkertijd signaleert de Raad dat in allerlei verschillende sectoren – de rechterlijke macht, de uitvoeringsdiensten, in de zorg, in de bouw – sprake is van overbelasting en onderbezetting. Dat heeft onder meer te maken met tekorten aan mensen en IT-problemen. „In het bijzonder de arbeidsmarkt vraagt om aandacht”, schrijft de Raad. Wervingscampagnes alleen lossen het probleem niet op, want dan concurreert de overheid alleen met zichzelf. „Een gericht en structureel arbeidsmarktbeleid is onontbeerlijk.”
De overheid moet vanwege de overbelasting en onderbezetting politieke keuzes maken in wat het wel en niet doet en realistische perspectieven bieden. Ook omdat de overheid niet geld met bakken kan blijven uitgeven, zegt De Graaf. De Raad waarschuwt over de toekomstbeelden: „Geen luchtspiegelingen. Niet méér beloven dan je kan waarmaken.” Anders schaadt dat het kwetsbare vertrouwen in de overheid, denkt De Graaf.
De bestuursrechtelijke afdeling van de Raad van State merkt ook de effecten van het niet maken van keuzes. „Als je keuzes voor je uitschuift, dan wordt het uiteindelijk op het bordje van de rechter gelegd”, zegt de voorzitter van de afdeling, Bart Jan van Ettekoven.
De Raad van State vraagt in het jaarverslag om een langetermijnvisie van de overheid. „Zonder een samenhangend beeld van hoe de samenleving in de toekomst zal moeten functioneren, is slagvaardig handelen door de overheid lastig.” Dat het kabinet met programmaministers werkt, zoals een stikstofminister, waarvan problemen tegelijkertijd raken aan bijvoorbeeld het terrein van economische zaken, „maakt het moeilijker om daar samenhang in te brengen”, zegt De Graaf.
Ook ziet De Graaf dat de overheid te weinig oog heeft voor de problemen bij uitvoeringsdiensten. Vanwege de IT-problemen en personeelstekorten moet de overheid „goed nadenken” voor het taken voor uitvoeringsorganisaties aanpast of toevoegt. „Nieuwe taken toevoegen, leidt tot stilstand of chaos, zeker als opgelopen achterstanden nog niet zijn weggewerkt.”
Waai niet mee met elke wind
Dat de overheid te weinig keuzes durft te maken, ziet de Raad van State ook terug in het aantal compensatieregelingen dat ze opstelt. Steeds vaker compenseert ze onrecht met financiële middelen. „Ook waar de overheid geen directe verantwoordelijkheid draagt of juridisch geen verplichtingen kent.” Voorbeelden zijn de tegemoetkoming voor zorgverleners met post-covidklachten en de vergoeding voor studenten die onder het leenstelsel vielen. „Dit is niet vol te houden”, schrijft de Raad. „De overheid kan niet ieder leed of ongenoegen in de samenleving dragen.”
Dus adviseert de Raad: verkoop vaker nee als overheid, temper de verwachtingen van wat de overheid kan doen. En: kies voor de langere termijn, waai niet mee met elke wind in het politiek-electorale landschap.
Bewaak bovendien de samenhang in het beleid, de wetgeving én houd de uitvoerbaarheid van wetten goed in de gaten zodat uitvoeringsorganisaties niet in het gedrang komen. Richt de wetgeving zo eenvoudig mogelijk in en voorkom dat alles wordt dicht geregeld door een stapeling van beleidswensen. En stem nationale opgaven beter af op wat mogelijk is op decentraal niveau.