N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Wereldgezondheid Unicef onderzocht in 55 landen het vertrouwen in het nut van routinematige vaccinaties voor kinderen zoals difterie, mazelen en polio. Mede door desinformatie en politieke polarisatie is het vertrouwen de afgelopen jaren in bijna alle landen gedaald.
Unicef deed in 55 landen onderzoek naar het vertrouwen in het nut van vaccinaties voor kinderen.
Foto Nils van Houts/ANP
Tussen 2019 en 2021 zijn wereldwijd zeker 48 miljoen kinderen niet ingeënt tegen ziektes als difterie, mazelen en polio. Daarnaast kregen nog eens 19 miljoen kinderen in dezelfde periode niet alle noodzakelijke prikken. Dat heeft Unicef in een donderdag gepubliceerd rapport bekendgemaakt. Volgens de VN-organisatie heeft het hoge aantal ongevaccineerde kinderen mede te maken met het dalend vertrouwen in het nut van vaccinaties, onder meer het gevolg van de toename van desinformatie, wantrouwen richting gezondheidsexperts en politieke polarisatie.
Unicef deed onderzoek in 55 landen. Alleen in China, India en Mexico – wel drie van de meest bevolkte landen ter wereld – bleef het vertrouwen in het belang van vaccinaties gelijk of groeide deze perceptie. In onder meer Japan, Zuid-Korea, Ghana en Senegal dacht juist een derde meer dat het vaccineren van kinderen geen nut heeft. Mensen onder de 35 jaar zien minder vaak het nut van vaccinaties dan mensen boven die leeftijd. Vaker zijn dit vrouwen dan mannen.
Kanttekening bij het onderzoek is dat in ongeveer de helft van de onderzochte landen meer dan 80 procent nog altijd vertrouwen heeft in het nut van vaccinaties voor kinderen – ondanks de afname. Toch waarschuwt Unicef voor een groeiende afname van dit vertrouwen. Catherine Russell, directeur van Unicef, zegt dat ondanks de „talloze levens” die wetenschappers hebben gered met de ontwikkeling van vaccinaties tegen het coronavirus „desinformatie over alle soorten vaccins net zo wijdverbreid rondcirculeerden als het virus zelf”. Russell is bang dat deze trend zich voortzet, ook bij routinematige vaccinaties.
Op de bank bij een vriend slapen, op zolder bij familie of in een vakantiepark: door de oververhitte woningmarkt raken steeds meer mensen dakloos. De stress en schaamte die daarbij komen kijken, blijven vaak onderbelicht. Daardoor nemen de problemen vaak alleen maar toe.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].
Van de bittere armoede die rond de voor-vorige eeuwwisseling leidde tot hongeropstanden onder de veenarbeiders, is in Langezwaag weinig meer te merken. Het dorp waar de legendarische kinderboekenschrijver Hotze de Roos (zestig delen De Kameleon!) in 1909 het levenslicht zag, ligt er rustig en welvarend bij. Er is gebouwd: niet aan een nieuw schip voor de tweeling Sietse en Hielke Klinkhamer, maar aan de energiezuinige eensgezinswoningen (energielabel A+++) in de fonkelnieuwe Hotze de Roosstrjitte.
Twee bochten zuidelijker biedt een voortuinkastje een blik op een rijk leesleven. Dat De boekhandelaar van Kaboel afkomstig is uit het bezit van een echte liefhebber, blijkt uit het ex libris dat in reliëf in de derde bladzijde is gestanst. Hierover valt al veel te vertellen voordat je het hebt gelezen. De Noorse journaliste Åsne Seierstad verbleef in 2002 drie maanden in het huis van een boekverkoper die juist weer enige vrijheid van handelen had verkregen na de val van de Taliban. Het werd resulteerde in een bestseller, die deels ging over het beroepsbestaan van de man en des te meer over de ongelukkige levens van de vrouwen in zijn familie. De boekhandelaar – Soeltan Kahn heet hij in het boek – stelde dat het boek hem het leven in Afghanistan onmogelijk maakte, schreef een tegenboek (Once Upon a Time There was a Bookseller in Kabul), en zijn tweede echtgenote spande een proces aan tegen Seierstad. Een Noors hof bepaalde uiteindelijk in 2011 dat Seierstad de privacy van de familie niet wederrechtelijk had geschonden.
Tot zover het boek dat je over dit boek zou kunnen schrijven. Deze editie uit 2003 – de vertaling is van Diederik Grit – begint met de prettige bezoeken van de Noorse journaliste aan de winkel van Kahn, die vertelde hoe elk nieuw regime zijn boeken verbrandde: de communisten, de moedjahedien, de Taliban. Met hem praten was een bevrijding voor haar, na weken omgang met stuurse soldaten in het noorden van het land.
Drie maanden is ze embedded in de familie Kahn. Dat dit geen vrolijk verhaal oplevert, blijkt al in het eerste hoofdstuk, waarin Seierstad beschrijft hoe Soeltan Kahn op zoek gaat naar een tweede vrouw. Hij was zestien jaar getrouwd met Sjarifa en had nu zijn oog laten vallen op de zestienjarige Sonja. Tegen de wil van de vrouwen in zijn familie in, opende hij de onderhandelingen met Sonja’s familie – die uiteindelijk zwicht voor het aanbod van de welgestelde boekhandelaar op leeftijd. Over Sonja zelf schrijft ze: „Ze wist dat ze de man niet wilde, maar ze wist ook dat ze zich naar de wens van haar ouders moest schikken […] Het geld dat haar ouders kregen, zou haar broers helpen om een goede vrouw te kopen.” Over Soeltans eerste vrouw: „Sjarifa huilde twintig dagen achtereen.”
Van zeer nabij vertelt ze de familieverhalen, over een van de eerste bruiloften in Kabul na het vertrek van de Taliban. Dit gaat gepaard met veel feestelijkheden en vreugde, maar steeds stuit je op de onmenselijke aspecten van het sociale systeem: „Een bruiloft is als een klein sterfgeval […] Men heeft een dochter verloren, verkocht of weggegeven.” Dat staat er zo scherp, omdat de bruid niet meer zomaar kan langskomen bij haar ‘eigen’ familie, daarvoor is toestemming van haar man nodig, zoals ze zich in het eerste deel van haar leven had te schikken naar haar moeder. Het huwelijk als overplaatsing van de ene gevangenis naar de andere. Zo’n beeld beklijft.
Frits Abrahams is met vakantie.
Wilt u het besproken exemplaar De boekhandelaar van Kaboel hebben? Mail dan naar [email protected]; het boek wordt onder inzenders verloot, de winnaar krijgt bericht.
Een paar jongelui, jaar of veertien denk ik, drentelen bij een tabakswinkel. Aarzelend komt een meisje naar mij toe. „Zou u misschien een pakje sigaretten voor ons willen kopen?” Ik antwoord dat ik roken te ongezond vind, en het daarom niet ga doen. Onmiddellijk komt er een ander meisje bij ons staan. „Mevrouw, dat ziet u verkeerd. Vapen is wel vijftig keer slechter dan roken, dus roken is een bewuste keuze.” Briljant.
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]