Het zit in verpakkingen en cosmetica: Europeaan krijgt gevaarlijk veel bisfenol A binnen

Volksgezondheid Bisfenol A wordt gebruikt om plastics te maken. De Europese Voedselautoriteit adviseert om de veilige innamegrens sterk te verlagen. Met de nieuwe grens krijgen Europeanen tot drie keer te veel binnen.

De stof bisfenol A zit onder meer in voedselverpakkingen, maar ook in onder meer bouwmaterialen en elektronica.
De stof bisfenol A zit onder meer in voedselverpakkingen, maar ook in onder meer bouwmaterialen en elektronica. Foto Getty Images

Inwoners van Europa krijgen zoveel van de chemische stof bisfenol A binnen, dat het de gezondheid schaadt. De Europese Voedselautoriteit (EFSA) adviseert woensdag in een rapport om de grenswaarde voor deze stof twintigduizend keer lager in te stellen dan voorheen. Daarmee zal de dagelijkse inname van Europeanen nog altijd twee tot drie keer te hoog uitkomen.

Bisfenol A (BPA) wordt gebruikt om plastics te maken, en zit daarom in veel consumentenproducten. Mensen komen de stof dagelijks tegen in voedselverpakkingen, bouwmaterialen, elektronica, speelgoed, cosmetica, kassabonnen, en ook in huisstof. Via de huid en mond krijgen mensen het binnen.

Lees ook: Wat doen die weekmakers in bloed en vruchtwater?

Toxicologen waarschuwen al langer voor de schadelijke effecten ervan. Veel onderzoek wijst uit dat blootstelling aan de stof een negatief effect heeft op de ontwikkeling, het hormoonsysteem en de voortplanting. De oude veilige grenswaarde is daarop gebaseerd: de maximaal toelaatbare inname werd in 2015 op 4 microgram per kilo lichaamsgewicht per dag gesteld.

Maar BPA kan bij veel lagere concentraties al schadelijk zijn, zegt de EFSA nu. Niet 4 microgram, maar 0,2 nanogram per kilo lichaamsgewicht per dag is te veel: dan zijn al effecten te zien op het immuunsysteem. Een vergelijkbare dosis is mogelijk ook al schadelijk voor de ontwikkeling en voortplanting.

Witte bloedcellen

„Dit advies had al jaren eerder moeten komen”, zegt Martin van den Berg. Hij is emeritus hoogleraar toxicologie aan de Universiteit Utrecht. „Al vanaf 2010 is er vanuit alle hoeken van de wetenschap kritiek geweest op het gebruik van bisfenol A. De gezondheidseffecten zijn te hoog, dat hadden ze in 2015 ook kunnen weten.”

Voor het nieuwe rapport bestudeerde een panel van de EFSA meer dan 800 studies die sinds 2013 zijn gepubliceerd. Daaruit blijkt dat hoge BPA-gehaltes de hoeveelheid van een specifiek type witte bloedcellen doet toenemen, de T-helpercellen. Die zijn belangrijk in het immuunsysteem, en een toename vergroot de kans op auto-immuunziekten en longontstekingen.

„Het is goed dat de norm omlaag gaat”, zegt Ellen Hessel van het RIVM, betrokken bij onderzoek naar bisfenolen. In 2016 riep het RIVM al op om de norm aan te scherpen, nu zal het zich buigen over het advies van de EFSA.

Het RIVM zet wel vraagtekens bij de manier waarop de geadviseerde grenswaarde is opgesteld. Die is namelijk niet vastgesteld op basis van schadelijke effecten, maar een stap daarvóór: een verhoogde hoeveelheid T-helpercellen. „Om een grenswaarde af te leiden, willen wij graag studies zien die schadelijke effecten op het functioneren van het immuunsysteem aantonen”, zegt Hessel.

BPA-varianten

De EFSA houdt nog een slag om de arm: het rekende met blootstellingniveaus uit 2015, het zou kunnen dat mensen inmiddels minder BPA binnenkrijgen. Door rumoer in de samenleving stoppen sommige bedrijven uit zichzelf met BPA, om vervolgens het label ‘BPA-vrij’ op de verpakking te drukken. Maar toxicoloog Van den Berg is sceptisch: „Het zou me verbazen als dat is afgenomen.”

Bovendien zegt een BPA-vrij label nog niet alles. Naarmate bedrijven stoppen met het gebruik van BPA, verschijnen steeds meer nauw verwante chemicaliën op de markt. Naast bisfenol A krijgen mensen nu ook bisfenol F en S binnen. En het Zweedse chemicaliënagentschap KEMI identificeerde in 2017 meer dan tweehonderd aan BPA verwante stoffen op de markt.

„Bisfenol F en S zijn minstens net zo zorgelijk als BPA”, zegt Van den Berg. „Ze werken op dezelfde manier, naar alle waarschijnlijkheid moet je de blootstelling bij elkaar optellen. Bisfenol A is eigenlijk maar één onderdeel, het hele mengsel heeft samen een sterker effect.”