N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Garnalenvisserij Het kabinet wil niet dat Europese plannen voor strengere visserijregels werkelijkheid worden, mede uit angst voor het verdwijnen van garnalenvisserij. Ook zou wetenschappelijke onderbouwing van de Europese Commissie ontbreken.
Het kabinet is bang dat de garnalenvisserij verdwijnt als de Europese plannen werkelijkheid worden. Foto Kees van de Veen
Het kabinet verzet zich tegen Europese plannen om de garnalenvisserij in Natura 2000-gebieden aan banden te leggen. Dat schrijft minister Piet Adema (Landbouw en Natuur, ChristenUnie) in een vrijdag verstuurde brief aan de Tweede Kamer. Volgens het kabinet ontbreekt wetenschappelijke onderbouwing en houdt de Europese Commissie onvoldoende rekening met de economische gevolgen voor de garnalensector. De brief is een reactie op een eerdere motie van een ruime Kamermeerderheid, die werd ingediend om te voorkomen dat „de aloude Nederlandse garnalenvisserij ten onder gaat”.
De commissieplannen draaien om de bescherming van ecosystemen onder water. Vissers die netten gebruiken waarmee ze over de zeebodem slepen, mogen dat volgens de nieuwe plannen niet meer doen. De netten beschadigen namelijk mosselbanken, zorgen voor ongewenste bijvangst en maken dat veel vissen en vogels onvoldoende garnalen kunnen eten. De Europese Commissie wil dat de bodemvisserij stapsgewijs wordt verminderd, met een geheel verbod in 2030.
Het kabinet vindt dat nuance ontbreekt over welke gebieden ‘bodemberoerend’ zijn. Zo maakt de EC volgens Adema geen onderscheid tussen zeebekkens en -bodems. Voor eerstgenoemde geldt het visserijverbod geldt. Daarnaast zou de EC te weinig rekening houden met de sociaaleconomische gevolgen van de maatregelen. Het kabinet is bang dat de garnalenvisserij verdwijnt als de Europese plannen werkelijkheid worden. Nederlandse garnalenvissers, die jaarlijks zo’n 15 miljoen kilo garnalen uit de zee halen, vissen namelijk vrijwel uitsluitend uit de Waddenzee en beschermde delen van de Noordzee.
Op de bank bij een vriend slapen, op zolder bij familie of in een vakantiepark: door de oververhitte woningmarkt raken steeds meer mensen dakloos. De stress en schaamte die daarbij komen kijken, blijven vaak onderbelicht. Daardoor nemen de problemen vaak alleen maar toe.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].
Een paar jongelui, jaar of veertien denk ik, drentelen bij een tabakswinkel. Aarzelend komt een meisje naar mij toe. „Zou u misschien een pakje sigaretten voor ons willen kopen?” Ik antwoord dat ik roken te ongezond vind, en het daarom niet ga doen. Onmiddellijk komt er een ander meisje bij ons staan. „Mevrouw, dat ziet u verkeerd. Vapen is wel vijftig keer slechter dan roken, dus roken is een bewuste keuze.” Briljant.
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]
Van de bittere armoede die rond de voor-vorige eeuwwisseling leidde tot hongeropstanden onder de veenarbeiders, is in Langezwaag weinig meer te merken. Het dorp waar de legendarische kinderboekenschrijver Hotze de Roos (zestig delen De Kameleon!) in 1909 het levenslicht zag, ligt er rustig en welvarend bij. Er is gebouwd: niet aan een nieuw schip voor de tweeling Sietse en Hielke Klinkhamer, maar aan de energiezuinige eensgezinswoningen (energielabel A+++) in de fonkelnieuwe Hotze de Roosstrjitte.
Twee bochten zuidelijker biedt een voortuinkastje een blik op een rijk leesleven. Dat De boekhandelaar van Kaboel afkomstig is uit het bezit van een echte liefhebber, blijkt uit het ex libris dat in reliëf in de derde bladzijde is gestanst. Hierover valt al veel te vertellen voordat je het hebt gelezen. De Noorse journaliste Åsne Seierstad verbleef in 2002 drie maanden in het huis van een boekverkoper die juist weer enige vrijheid van handelen had verkregen na de val van de Taliban. Het werd resulteerde in een bestseller, die deels ging over het beroepsbestaan van de man en des te meer over de ongelukkige levens van de vrouwen in zijn familie. De boekhandelaar – Soeltan Kahn heet hij in het boek – stelde dat het boek hem het leven in Afghanistan onmogelijk maakte, schreef een tegenboek (Once Upon a Time There was a Bookseller in Kabul), en zijn tweede echtgenote spande een proces aan tegen Seierstad. Een Noors hof bepaalde uiteindelijk in 2011 dat Seierstad de privacy van de familie niet wederrechtelijk had geschonden.
Tot zover het boek dat je over dit boek zou kunnen schrijven. Deze editie uit 2003 – de vertaling is van Diederik Grit – begint met de prettige bezoeken van de Noorse journaliste aan de winkel van Kahn, die vertelde hoe elk nieuw regime zijn boeken verbrandde: de communisten, de moedjahedien, de Taliban. Met hem praten was een bevrijding voor haar, na weken omgang met stuurse soldaten in het noorden van het land.
Drie maanden is ze embedded in de familie Kahn. Dat dit geen vrolijk verhaal oplevert, blijkt al in het eerste hoofdstuk, waarin Seierstad beschrijft hoe Soeltan Kahn op zoek gaat naar een tweede vrouw. Hij was zestien jaar getrouwd met Sjarifa en had nu zijn oog laten vallen op de zestienjarige Sonja. Tegen de wil van de vrouwen in zijn familie in, opende hij de onderhandelingen met Sonja’s familie – die uiteindelijk zwicht voor het aanbod van de welgestelde boekhandelaar op leeftijd. Over Sonja zelf schrijft ze: „Ze wist dat ze de man niet wilde, maar ze wist ook dat ze zich naar de wens van haar ouders moest schikken […] Het geld dat haar ouders kregen, zou haar broers helpen om een goede vrouw te kopen.” Over Soeltans eerste vrouw: „Sjarifa huilde twintig dagen achtereen.”
Van zeer nabij vertelt ze de familieverhalen, over een van de eerste bruiloften in Kabul na het vertrek van de Taliban. Dit gaat gepaard met veel feestelijkheden en vreugde, maar steeds stuit je op de onmenselijke aspecten van het sociale systeem: „Een bruiloft is als een klein sterfgeval […] Men heeft een dochter verloren, verkocht of weggegeven.” Dat staat er zo scherp, omdat de bruid niet meer zomaar kan langskomen bij haar ‘eigen’ familie, daarvoor is toestemming van haar man nodig, zoals ze zich in het eerste deel van haar leven had te schikken naar haar moeder. Het huwelijk als overplaatsing van de ene gevangenis naar de andere. Zo’n beeld beklijft.
Frits Abrahams is met vakantie.
Wilt u het besproken exemplaar De boekhandelaar van Kaboel hebben? Mail dan naar [email protected]; het boek wordt onder inzenders verloot, de winnaar krijgt bericht.