Ik gaf omdat hij mij gaf. En ik gaf opdat hij mij gaf

De spullen om ons heen en de dingen die we gebruiken: ze laten zien wat we belangrijk vinden en hoe de wereld verandert. Deze week: het cadeau.

Foto Getty Images, bewerking NRC

Een vriend was jarig. Er was een cadeau nodig en ik had geen ideeën. Hem vragen wat hij wilde was geen optie – intimiteit veronderstelt dat je iemand goed genoeg kent om dat in te schatten. Iemand een cadeau geven waar diegene om heeft gevraagd is een contradictio in terminis. Naarmate de tijd om iets te bedenken was geslonken, was mijn gepieker over het perfecte cadeau, dat natuurlijk niet bestaat, tot onprettige hoogten gestegen. Ik had nog maar één dag over.

Dit patroon van aanzwellende paniek herhaalt zich nagenoeg bij elke verjaardag, van elke geliefde, van elke goede vriend. Ik heb er twee oplossingen voor ontwikkeld: of ik geef van lieverlee veel te veel (een schilderij) of veel te weinig (een bioscoopbon of cactus).

Het verjaarscadeau dat hij mij op mijn beurt had gegeven – een felgekleurd, tropisch aandoend Carlo Colucci-shirt – lag al weken op tafel. Nog altijd wist ik niet wat ik ermee moest: het teruggeven of het in mijn kast leggen, waar het ongedragen zou blijven liggen tot de dag dat ik stierf. Het enige wat ik zeker wist: bij zijn komende verjaardag zou ik hem gewoon weer een cadeau geven. Ik gaf omdat hij mij gaf. En ik gaf opdat hij mij gaf.

Cadeaus kunnen niet losgezien worden van ruilhandel, schreef filosoof en socioloog Marcel Mauss in zijn beroemde in 1925 gepubliceerde Essai sur le don (Essay over de gift). Wij moderne westerlingen denken dat we schenken uit vrije wil, omdat we het leuk vinden een dierbare een plezier te doen. Kortzichtig, vindt Mauss.

Voor zijn essay onderzocht hij oude Germaanse en Romeinse wetten, alsook etnografische gegevens uit Polynesië. Volgens hem speelde het cadeau binnen die samenlevingen een grote rol in het bestendigen van de sociale cohesie. Cadeaus werden geschonken en ontvangen volgens een ‘strikt boekhoudkundig systeem’, waarin rechten en plichten op een vernuftige manier verbonden waren. Het complexe Polynesische cadeausysteem berustte volgens Mauss op één simpel principe: alles kan worden weggegeven en alles kan worden terugbetaald. „Eten, vrouwen, kinderen, bezittingen, amuletten, land, arbeid, diensten, je rangorde – het maakt deel uit van een eeuwige ruilhandel.” Men was verplicht om te geven, te ontvangen, en weer door te geven. Deze circulariteit zorgde tegelijk voor sociale beweging (bezit werd altijd herverdeeld) en voor stabiliteit (de status quo bleef intact).

Mauss staat uitgebreid stil bij het begrip ‘taonga’, dat in het Maori en Tahitiaans zo ongeveer ‘bezit’ betekent. Voor de Maori waren taonga sterk verbonden met de eigenaar, ze vormden het vehikel voor diens ‘mana’, ofwel spirituele kracht. Iemand die een taonga weggaf, gaf dus een deel van zichzelf weg. Ook bezaten taonga nog een eigen vorm van spirituele kracht, genaamd ‘hau’. De hau van een geschonken taonga verplichtte jou om weer een (ander) taonga te schenken aan een derde persoon. Dus zodra je een cadeau ontving, ontving je tegelijk de spirituele, haast religieuze verplichting een cadeau te schenken. Bleef je in gebreke, dan werd je veroordeeld door de stam en daalde je sociale status.

Niet alleen wierp Mauss’ baanbrekende essay een ander, ernstiger blik op het genre van het cadeau, ook plaatste het ons voor een logisch dilemma, vond filosoof Jacques Derrida. Zodra we iets als een geschenk zien, gaan we, of we dat nu willen of niet, deel uitmaken van een boekhoudkundig systeem, aldus Derrida. En zodra we deel uitmaken van dat systeem, is een werkelijk geschenk, een cadeau gegeven uit onbaatzuchtige gulheid, onmogelijk geworden. Derrida’s plagerige conclusie: „De mogelijkheidsvoorwaarden van het cadeau (dat ‘iemand’ ‘iets’ aan ‘een ander’ geeft) bepalen tegelijk de onmogelijkheidsvoorwaarden ervan.” Simpeler gesteld: het ware cadeau bestaat niet.

Hoe ik me uit mijn situatie heb gered? Laat ik het zo zeggen: ergens in mijn buurt loopt nu een dakloze met een Carlo Colucci-shirt rond, overlopend van mana en helemaal klaar voor de zomer. En mijn vriend, die zal getrakteerd worden op het verzameld werk van een schrijver die ik prachtig vind, en die hij haat. Het ware cadeau? Dat is het systeem dat blijft draaien.