N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Het was juni 2021, Pieter Omtzigt had net zijn lidmaatschap van het CDA opgezegd en op het Binnenhof zei een wat oudere CDA’er tegen mij dat hij geen zin meer had in de politiek. Bij de Tweede Kamerverkiezingen in maart van dat jaar had zijn partij vijftien zetels gehaald en in de peilingen bleef er steeds minder van over. De CDA’er zei dat hij de machtige positie van zijn partij „interessant” had gevonden, er werd naar hem geluisterd, hij kon iets dóén. Dat was, dacht hij, voorbij.
In Café Américain in Amsterdam, vorige week vrijdag, zegt CDA-raadslid Diederik Boomsma dat de meeste van zijn partijgenoten het niet over macht hebben, maar misschien hetzelfde bedoelen als ze het CDA „een bestuurderspartij” noemen. Boomsma (44) is opgeleid als ecoloog, hij promoveert op het werk van de Spaanse filosoof José Ortega y Gasset. In de Amsterdamse gemeenteraad heeft het CDA al heel lang maar één zetel, dus als iemand weet hoe het is om klein te zijn, is hij het. Boomsma zegt dat het CDA een „brede volkspartij” wil zijn die dus veel soorten kiezers aan zich verbindt. „Als je klein bent, is dat moeilijk.”
Wat ben je dan nog wel, en voor wie? Het CDA, zegt Boomsma, zal niet zomaar veranderen in een getuigenispartij als de ChristenUnie of SGP. „Maar je kunt nog steeds wel een nuttig en waardevol bestaan leiden, ook als je de vanzelfsprekende macht kwijt bent.” Zoals híj probeert te doen in Amsterdam, door zich vast te bijten in ingewikkelde dossiers om mensen te helpen tegen fouten in de bureaucratie. „Je kunt een licht laten schijnen op dingen die niemand anders ziet.” Zijn voorbeeld is Pieter Omtzigt. In 2021 noemde hij het CDA-verkiezingsprogramma ‘Een nieuw sociaal contract voor Amsterdam’, naar het boek van (toen al) ex-CDA’er Omtzigt. In 2022 werd Boomsma gekozen tot beste raadslid van Nederland, CDA-leider Wopke Hoekstra noemde het „dik verdiend”.
Als Omtzigt een eigen partij opricht, stapt Diederik Boomsma dan over? „Ik zou wel in de verleiding komen..” Hij aarzelt. „Ik wil heel graag naar de Tweede Kamer.” Maar hij houdt, zegt hij, ook van partijen met tradities en een gedachtegoed dat ver teruggaat. „Dan ben je minder afhankelijk van één persoon.” Dus hoopt hij op een verzoening van het CDA met Omtzigt. Hij denkt dat het het beste zou zijn als CDA’ers, Omtzigt én Caroline van der Plas samen „de christen-democratie revitaliseren.”
Van der Plas vertelde vorige week aan Wopke Hoekstra, die bij haar koffie kwam drinken, dat Kamerleden van het CDA haar werkkamer voorbijlopen zonder te groeten en haar niet vragen om samen moties te ondertekenen. Buiten Den Haag hoor ik andere CDA’ers ook nog wel zeggen dat ze hopen op een terugkeer van Omtzigt. In de Tweede Kamer helemaal niemand.
Ik zeg dat Boomsma zijn idee wel kan vergeten. Hij knikt. „Misschien wel ja.”