‘Ik weet gewoon dat die pillen de boosdoener geweest’, zegt overvaller Berry

De Zitting Berry P. werd wakker met fentanyl op zijn nachtkastje en dacht: wat heb ik gedaan? Dat wil de rechter ook graag weten. „Ik heb een verslaving maar die brengt voor mij niet met zich mee dat ik de wet overtreed.”

De Zitting

Op een dag stond Berry P. uit Hilversum met een kartelmes uit zijn eigen keuken te zwaaien naar de medewerkers van de apotheek even verderop. Capuchon over zijn hoofd. „Dit is een overval! Geef me fentanyl!” Berry P. vroeg specifiek om fentanyl-pleisters van het merk Sandoz. Een van de apothekers gaf hem daarop een pakje van de krachtige pijnstiller, en zelf deed P. nog een greep in een la.

Ja, zo moet het ongeveer zijn gegaan, zegt hij als de voorzitter van de rechtbank vraagt naar wat er precies is gebeurd. P. kan het zich allemaal niet meer zo goed herinneren. „Het is in één keer in mijn hoofd gekomen”, zegt P., hij klinkt verbaasd over zichzelf. „Ik weet dat ik de volgende ochtend thuis wakker werd met fentanyl naast me op het nachtkastje, en toen dacht: wat heb ik gedaan?” De herinneringen aan de overval zijn gefragmenteerd, blijkt tijdens de zitting.

Het was een lastige dag, weet hij nog. „Ik kon de trek naar verdovende middelen niet meer handelen.” P. is al vijftien jaar verslaafd aan cocaïne. „Vanaf zijn dertiende dus”, zegt zijn advocaat, „toen speelde ik nog met Pokémon-kaarten.”

P. heeft vaak geprobeerd te stoppen, het is nooit echt gelukt. Om de „trek” te stillen, nam P. die dag een heleboel oxazepam. Een middel dat normaal gesproken versuffend en ontspannend werkt. „Ik heb tussen de vijftien en zeventien tabletten in één keer genomen”, vertelt P. aan de rechter.

Hij kende het middel al, omdat hij het al een keer voorgeschreven had gekregen. „Maar dan gebruikte ik er maar één, om in te kunnen slapen.” Door er zoveel te nemen, hoopte hij sneller in slaap te vallen.

„Ik begrijp nog steeds niet van mezelf wat me tot de overval heeft aangezet. Ik ben er heel erg van geschrokken. Ik heb een verslaving maar die brengt voor mij niet met zich mee dat ik de wet overtreed. Ik weet gewoon dat die oxazepam de boosdoener is geweest.”

Na de overval is P. naar huis gegaan. Waarom heeft hij zich niet meteen bij de politie gemeld, vraagt de voorzitter.

„Eerlijk? Dat was eigenbelang. Ik hoopte dat ik niet gevonden zou worden en dat het over zou waaien. Ik wist dat het grote gevolgen zou hebben.”

Toen de politie hem uiteindelijk vond, met behulp van camerabeelden uit de winkel, zei P. dat hij het niet had gedaan. „Dat was stom”, zegt hij daar nu over.

Berry P. woont samen met zijn partner bij zijn moeder en oma in huis. Die zijn allemaal op de hoogte van zijn cocaïneverslaving. Maar ze betalen er niet voor, zegt P.

Het is zijn eerste keer in de rechtbank, en dat is zeer opmerkelijk voor iemand die al zo lang verslaafd is, constateert de voorzitter. „We zien hier veel verslaafden, maar bijna nooit iemand zoals u.” Ze vindt het „een beetje zoeken”. „Wat u heeft vertoond is platgezegd junkengedrag. Wat u heeft gedaan is heel heftig.” Maar in de rechtbank zit een ogenschijnlijk heel eerlijke en beleefde jongeman, die zegt dat hij spijt heeft en zich schaamt.

Omdat P. zo jong verslaafd raakte, heeft hij nog nooit een echte baan gehad. Hij heeft even als vrijwilliger in een asiel gewerkt, maar dat werk vond hij te vies en zwaar. Nu werkt hij bij een meubelmaker. Sinds hij werd opgepakt voor de overval en 39 dagen in voorarrest zat, is hij minder drugs gaan gebruiken. „Ik ben van zeven keer per week naar één keer per week gegaan”, zegt hij. „Maar het voelt heel leeg om geen drugs te gebruiken. Het lukt me gewoon nog niet.”

Hoe gemotiveerd bent u om echt een verandering aan te brengen in uw leven, vraagt de voorzitter aan hem.

„Ik ben zeker gemotiveerd. Ik denk dat ik een doel in mijn leven nodig heb waar ik zo druk mee ben, dat ik geen drugs meer wil.”

Berry P. krijgt een gevangenisstraf van zestien maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk. In zijn proeftijd, die met vijf jaar uitzonderlijk lang duurt, moet hij onder behandeling blijven voor zijn verslaving en wordt hij regelmatig getest op middelengebruik.