Iedereen wilde de column over de NOS lezen, maar dat kon pas na registratie

Het was de column waarvan je even stil was, het verhaal van Marijn de Vries over haar ervaringen als analist van het NOS-programma De Avondetappe waarin dagelijks vanaf een pittoreske locatie in ontspannen sfeer de voorbije koersdag van de Tour de France wordt doorgenomen. In de dagelijkse autoritten zat zij, schreef ze, naast een verder niet bij naam genoemde collega die maar niet kon ophouden met het uitslaan van smerige taal. „Stel je voor dat je daar wat van zegt. Niet één keer, maar wel tien keer. Stel je voor dat die collega daar niet naar luistert. Gewoon doorgaat. Stel je voor dat de ander die er soms bij zit na twee weken naar je toe komt: Marijn, hij praat ook zo over jou.” De Vries meldde het wangedrag, waar niets aan werd gedaan. Wel werd ze niet langer uitgenodigd als analist.

De column, die een giftige werkcultuur samenbalde in 720 woorden, verscheen op vrijdag. Dat was een dag nadat de hoofdredactie van NOS Sport, opgejaagd door een aangekondigde publicatie in de Volkskrant, had verklaard ‘op termijn’ terug te zullen treden – een termijn die uiteindelijk drie dagen omvatte. De column van De Vries landde zo in een nieuwsvacuüm. Het was duidelijk dat er ernstige verhalen over NOS Sport onderweg waren, zonder dat men precies wist hoe die zouden luiden of en over wie zouden gaan. Vrijdagavond laat bleek het artikel in de Volkskrant te reiken tot in de badkuip van Jack van Gelder.

Al voor publicatie riep de column de vraag op of er ook journalistieke actie vereist was. Het relaas van De Vries was immers ook nieuws. De columniste gaf ter ondersteuning van haar verhaal chef Sport Rogier van ’t Hek inzage in de lange brief die zij in juni 2022 aan de leiding van de NOS schreef en in het antwoord daarop. Daarna werd besloten de column te publiceren.

Intussen werkte de mediaredactie al aan een profiel van de vertrekkende hoofdredacteur Maarten Nooter, deels op basis van eigen onderzoek, deels in het verlengde van het Volkskrant-artikel. Daarmee werd een probleem ondervangen wat vaker optreedt wanneer een concurrent een groot nieuwsverhaal heeft: dat je veroordeeld wordt tot het bijeen vegen van wat een ander al heeft gepubliceerd.

De auteur van het profiel, Bart Hinke, vroeg ook de NOS-analist die door Marijn de Vries van wangedrag was beschuldigd om een reactie op de column, maar deze reageerde niet. De NOS liet Hinke weten dat er in 2016 niet goed was omgegaan met de melding van De Vries, maar dat dat niet de reden was dat er afscheid van haar was genomen als analist van De Avondetappe. Maandag volgde een analyse van Anne Corré over meelachen als overlevingsstrategie voor vrouwen in een seksistische omgeving; een stuk dat helaas pas woensdag op papier verscheen.

Tal van steunbetuigingen

Al met al deed NRC evenwichtig verslag van de gebeurtenissen bij NOS Sport, met de column van Marijn de Vries als onverwacht middelpunt; het was maandag al het door de meeste mensen gelezen artikel van 2023 tot nu toe. De krant ontving tal van steunbetuigingen aan haar adres.

Er kwamen echter ook enkele klachten van lezers, al is ‘klachten van niet-lezers’ hier preciezer. Zij schreven mij dat zij het artikel niet konden lezen omdat zij zich niet eerst hadden geregistreerd op de NRC-site. Wat was er aan de hand? De laatste jaren vielen de bezoekers van nrc.nl uiteen in twee groepen: abonnees, die toegang hebben tot alle artikelen, en niet-abonnees die per maand een aantal (op het moment twee) artikelen gratis kunnen lezen en die daarna wordt gevraagd een abonnement te nemen. Zoals vroeger de straatverkoper iemand een gratis krant in handen drukte in de hoop dat dat uiteindelijk een nieuwe lezer zou opleveren.

Sinds kort wordt er echter ook gewerkt met een ‘registratiemuur’, die geplaatst kan worden voor artikelen die uitzonderlijk veel belangstellende niet-abonnees trekken. Aan hen wordt dan gevraagd om zich eerst te registreren door middel van een mailadres waar NRC vervolgens aanbiedingen naartoe kan sturen. Daarna kunnen ze het artikel lezen zonder abonnement.


Toen de column van Marijn de Vries vrijdag over het internet vloog en dus veel niet-abonnees bereikte – wat intern een ‘hardloper’ wordt genoemd – werd de registratiemuur in werking gezet. Lezers die anders op de betaalmuur waren gestuit, konden nu na registratie gratis naar de column. Met resultaat: zesduizend lezers gaven hun mailadres op, wat op den duur tot nieuwe abonnees moet leiden. Tachtig mensen namen zelfs direct een abonnement. Een groot commercieel succes, de bevestiging van de gedachte dat de beste reclame voor de journalistiek van NRC bestaat uit de journalistiek van NRC.

Toch wringt er iets. Want ook helemaal nieuwe lezers, die nog geen ‘gratis’ artikelen hadden verbruikt, konden de column alleen na registratie lezen. Wat het beeld geeft van een bedrijf dat zijn zakelijke gezicht toont, juist op een moment dat een persoonlijk relaas veel bekijks trekt. Een verhaal dat ook, zo merkte iemand op, geen vrucht is van een grote redactionele inspanning (maar wel van een scherp oog voor goede columnisten).

Hoofdredacteur René Moerland benadrukt dat journalistiek nu eenmaal niet gratis is. „Ook tijdens de coronacrisis was er de oproep om artikelen van algemeen belang gratis weg te geven. Dat hebben we toen ook niet gedaan.” Ik denk dat NRC in dit geval beter duidelijk had kunnen maken dat er weliswaar iets gevraagd werd (een mailadres), maar dat er ook iets werd gegeven (een artikel buiten de betaalmuur). Of de column stilletjes buiten de betaalmuur zetten. Dat was niet erg zakelijk geweest, maar wel een mooie manier om te benadrukken dat het belangrijk is dat sommige verhalen worden verteld, ook als dat niet eenvoudig is.

Arjen Fortuin

Reacties: [email protected]