N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Natuurramp De meeste slachtoffers, 326, vielen in Malawi. Daarnaast werden Mozambique en Madagaskar getroffen. Het dodental zal vermoedelijk nog verder oplopen.
Het aantal dodelijke slachtoffers dat is gevallen door de tropische storm Freddy, die meer dan een maand het zuidoosten van Afrika heeft geteisterd, is opgelopen tot zeker 416. Dat heeft de Malawische president Lazarus Chakwera donderdag bekendgemaakt, melden persbureaus AFP en Reuters. Ook is er veel materiële schade en worden er nog honderden mensen vermist.
De meeste doden, 326, vielen in Malawi. In Mozambique en Madagaskar waren respectievelijk 73 en 17 overledenen te betreuren. Verwacht wordt dat het aantal dodelijke slachtoffers nog zal oplopen. In Malawi stierven veel mensen omdat hun van modder vervaardigde huizen instortten. Dinsdag stond het dodental nog op 227 mensen.
Honderden mensen raakten gewond, maar exacte schattingen zijn moeilijk te maken. Mozambique kreeg in vier weken tijd te maken met dezelfde hoeveelheid neerslag die normaal in een jaar tijd valt. Alleen al in Malawi raakten meer dan 180.000 mensen ontheemd.
Freddy is met 39 dagen een van de langst aanhoudende tropische stormen die ooit is gemeten, aldus de Wereld Meteorologische Organisatie. Afgelopen woensdag was het officieel geen tropische storm meer, al kampen de getroffen landen nog steeds met overstromingen en andere problemen. Daarnaast was Freddy een van de sterkste stormen ooit waargenomen op het zuidelijk halfrond. Klimaatwetenschappers zeggen dat door klimaatverandering tropische stormen krachtiger kunnen worden in de toekomst.
Een groot aantal asielzoekers wordt door het COA tijdelijk op oude cruiseboten gehuisvest. Redacteur Bram Endedijk ontdekte dat het personeel op die boten, voornamelijk Oost- Europese migranten, wordt uitgebuit. Ze maken lange dagen, worden onderbetaald en hebben nauwelijks rechten. En dit personeel wordt indirect ingehuurd door de Nederlandse staat.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze ombudsman via [email protected].
De aanstaande Amerikaanse president Donald Trump heeft hoge invoerheffingen aangekondigd voor China, Mexico en Canada. Voor Chinese producten die de VS in komen wil hij een extra invoerheffing van 10 procent rekenen, bovenop al bestaande importtarieven. Daarnaast heeft Trump een invoerheffing van 25 procent aangekondigd voor producten uit Mexico en Canada. Dit heeft hij bekendgemaakt op zijn eigen platform Truth Social.
De heffing voor Chinese producten komt bovenop al bestaande invoertarieven. Zo voerde Trump tijdens zijn vorige presidentschap dat in 2017 begon al tarieven in tot 25 procent voor Chinese grondstoffen en producten. Deze zijn grotendeels gehandhaafd door de regering-Biden. Tijdens zijn verkiezingscampagne had Trump beloofd invoerheffingen van 60 procent op te leggen voor producten uit China. Dat lijkt vooralsnog van de baan.
Drugssmokkel
Het hoge invoertarief is volgens Trump vanwege de „enorme hoeveelheden” drugs die vanuit China via Mexico naar de VS worden gestuurd. Het gaat volgens Trump vooral over de drug fentanyl, een synthetische vervanger van heroïne die in de VS jaarlijks tienduizenden dodelijke overdosissen veroorzaakt. Trump schrijft dat het invoertarief van kracht blijft, totdat Canada en Mexico een oplossing vinden voor de drugssmokkel en de asielstroom naar de VS.
Mexico, China en Canada zijn de drie grootste handelspartners van de VS. Het voorgestelde tarief is volgens persbureau Reuters in strijd met een handelsovereenkomst die Trump in 2020 sloot met Canada en Mexico. Voor die twee landen is de VS de belangrijkste handelspartner. Meer dan 83 procent van alle export uit Mexico ging vorig jaar naar de Verenigde Staten, zo’n 75 procent van alle export uit Canada kwam in dat jaar in de VS terecht.
Liveblog Amerikaanse politiek
Speciaal aanklager trekt rechtszaken tegen Trump in
Studenten, onderzoekers, docenten en hoogleraren. Vakbonden, het bedrijfsleven, ondernemers en gemeenten. Maandagmiddag op het Malieveld verenigd met één boodschap: kabinet, doe het niet. Bezuinig niet op de toekomst van Nederland.
Want daar komt het kortzichtige plan op neer dat minister Eppo Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, NSC) deze week in de Tweede Kamer presenteert. Zijn ministerie levert komend jaar 430 miljoen euro in, een bedrag dat oploopt tot 1,9 miljard euro in 2028. Basis- en middelbare scholen ontkomen niet aan bezuinigingen, maar de grootste klappen vallen in het hoger onderwijs.
Er wordt minder geld gegeven voor internationale studenten, startersbeurzen voor jonge onderzoekers worden afgeschaft, en twee fondsen waaruit wetenschappelijk onderzoek wordt betaald, worden gekort (het Fonds Onderzoek en Wetenschap) en opgeheven (het Nationaal Groeifonds). Studenten die – in de ogen van het Rijk – te lang doen over hun studie, worden beboet. Wie de nominale studieduur met één jaar overschrijdt, moet deze zogenaamde langstudeerboete van 3.000 euro per jaar betalen.
Het is makkelijk om de demonstranten weg te zetten als elitaire drammers die – in een tijd dat er op veel meer wordt bezuinigd – hun hobby’s willen voortzetten. Dat is allesbehalve waar.
Neem de langstudeerboete. Die raakt juist eerstegeneratiestudenten, van wie de ouders niet naar het hbo of de universiteit gingen. Vaak zijn zij degenen die extra tijd nodig hebben. Het raakt studenten die naast hun studie mantelzorger zijn of vrijwilligerswerk doen – waar de samenleving juist behoefte aan heeft. Het raakt studenten die door ziekte vertraging oplopen.
Het maakt dat het hbo of een universitaire opleiding onbetaalbaar wordt voor degene die geen rijke ouders heeft. En het maakt vooral dat het hoger onderwijs een leerfabriek dreigt te worden, voor een generatie die al grote mentale druk ervaart.
Terwijl hoger onderwijs uit méér dan studiepunten alleen bestaat. Wetenschappelijk onderzoek gedijt bij zelfontplooiing, de maatschappij bij leraren, artsen, economen – en ja, ook bij politici – die zich in hun jonge jaren tot zelfstandige denkers en burgers hebben kunnen ontwikkelen.
Lees ook
1 miljard euro minder? Universiteiten houden rekening met het zwartste scenario
De bezuinigingen zijn bovendien onverklaarbaar in een land dat een kenniseconomie wil blijven, een toonaangevende ‘technologiehub’ wil worden en de komende decennia tal van grote problemen door innovatie wil oplossen. Wie maakte de stikstofberekeningen waarmee de landbouw verder kan? Wie ontwierp de verplegende robot bij een tekort aan zorgpersoneel? Wie ontdekte hoe Nederland een nog hogere zeespiegelstijging aankan?
De ‘Biotech Booster’ die minister Bruins maandagochtend aankondigde – een eenmalig bedrag van 17,6 miljoen euro voor 54 biotechnologische uitvindingen – is niet meer dan een doekje voor het bloeden. Zijn woorden dat de langstudeerboete niet „disproportioneel en hardvochtig” zal zijn, en dat de bezuinigingen „lelijk” zijn, lijken voor de bühne.
Het is te hopen dat de Tweede en Eerste Kamer verstandiger zijn. Want verder blijkt uit alles dat het kabinet onderwijs niet ziet als een investering in de toekomst van dit land, maar louter als een kostenpost.