Bij een aanval op het enige functionerende ziekenhuis in de stad Al-Fashir in het zuidwesten van Soedan zijn zaterdag zeker 70 mensen gedood, meldt het hoofd van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) Tedros Adhanom Ghebreyesus op X. „Op het moment van de aanval, was het ziekenhuis vol met patiënten die zorg ontvingen.”
De aanval wordt toegeschreven aan de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF), die sinds april 2023 in een bloedige machtsstrijd met het regeringsleger verwikkeld zijn. Al-Fashir, dat zo’n miljoen inwoners heeft, is in handen van het regeringsleger en wordt al sinds mei door de RSF belegerd. Een VN-functionaris verantwoordelijk voor humanitaire hulp in het land waarschuwde donderdag nog dat de RSF het regeringsleger en haar bondgenoten „een ultimatum van 48 uur” hadden gegeven om de stad te verlaten.
Een van de grootste humanitaire crises
De oorlog in Soedan ontstond na een conflict tussen de huidige regeringsleider Abdel Fattah al-Burhan en RSF-leider Mohamed Hamdan Dagalo, beter bekend als Hemedti. Na de val van president Omar al-Bashir in 2019 werkten de twee samen om de burgerrevolutie de kop in te drukken. In 2021 pleegden ze samen een militaire coup, maar na onderlinge ruzie brak de inmiddels al bijna twee jaar durende oorlog uit.
Sinds de inname van de strategische stad Wad Madani door het regeringsleger op de paramilitaire Rapid Support Forces twee weken gelezen zijn de gevechten tussen beide partijen verder opgevoerd en een duurzame vrede lijkt nog altijd ver weg.
Lees ook
Is een doorbraak van het regeringsleger een stap naar het einde van de oorlog in Soedan?
In Soedan heerst volgens mensenrechtenorganisaties inmiddels een van de grootste humanitaire crises ter wereld. Ook het regeringsleger voert regelmatig bombardementen uit met vele doden tot gevolg en de VS beschuldigt het leger ervan chemische wapens te gebruiken. Beide kanten worden er door de Verenigde Naties van beschuldigd honger als oorlogswapen te gebruiken. In de regio Darfur voerden de RSF eerder al etnische zuiveringen uit. Zeker de helft van de 50 miljoen Soedanezen verkeert volgens het Rode Kruis in „acute voedselonzekerheid” en vijf miljoen mensen bevinden zich „op de rand van hongersnood”.
Lees ook
In Soedan zijn dammen in de Nijl onderdeel geworden van de strijd
Dat het juist twee Nederlandse F-16’s waren die in de nacht van 2 op 3 juni een bommenfabriek in het Iraakse Hawija bombardeerden in 2015, was een speling van het lot – én van een militair computerprogramma voor de simulatie van nevenschade.
Volgens het Amerikaanse plan zou het IS-complex worden aangevallen met vijf zware bommen van vijfhonderd pond. Toen de simulatie uitkwam op CDE-5 High (‘kans op burgerslachtoffers’) werd het pakket aangepast: slechts één vijfhonderdponder en vier bommen met minder gewicht (Small Diameter Bombs). Behalve de VS beschikte alleen Nederland over dit type munitie en de Amerikaanse luchtmacht kon vanwege logistieke redenen de aanval niet uitvoeren. „De Amerikanen waren ergens anders bezig”, zo zei onderzoeksleider Winnie Sorgdrager.
De Kamer had ook vertrouwelijk kunnen worden geïnformeerd. Dat is niet gebeurd
Het is één van de vele details in het uitvoerige onderzoek van de Commissie van onderzoek wapeninzet Hawija die maandag de conclusies presenteerde naar het fatale bombardement in de Iraakse stad ten noorden van Bagdad. Op de geslaagde aanval (alle bommen raakten doel) volgde een enorme secundaire explosie van de opgeslagen springstof in de bommenfabriek. Ten minste 85 burgers kwamen om, honderden raakten gewond.
De commissie onder leiding van voormalig minister van Justitie en minister van staat Sorgdrager (D66) werd in 2020 in het leven geroepen na aanhoudende onthullingen van de NOS en NRC. Vier jaar later velt het onderzoek een hard oordeel over de voorbereiding van de fatale missie en over informatievoorziening aan de Tweede Kamer. Nederlandse militairen beschikten over te weinig inlichtingen om een goed geïnformeerd besluit te nemen over de aanval en vertrouwden „blind” op de VS.
Giswerk
Maar ook de Amerikanen hadden het doel – twee loodsen in een ‘industriële zone’ midden in een woonwijk – „niet langdurig en systematisch” geobserveerd. Hoeveel explosieven lagen opgeslagen in de bommenfabriek was daarom giswerk. De Amerikaanse commandant gaf niettemin zijn fiat voor de aanval. En omdat Nederland geen inlichtingenfunctionaris of juridisch expert op het Amerikaanse hoofdkwartier in Doha had, werd deze beslissing onvoldoende kritisch bevraagd. Terwijl een Nederlandse Red Card Holder – die ‘een rode kaart kan trekken’ om de inzet van militaire middelen te voorkomen – ter plaatste bevoegd was om de missie af te blazen.
Uit het rapport-Sorgdrager wordt duidelijk dat het probleem van de Nederlandse inlichtingenpositie van tevoren was onderkend. Aangezien de VS gevoelige informatie alleen delen binnen de Five Eyes Community (VS, VK, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland) werd Nederland pas laat in het targeting-proces ingeschakeld. Dit leidde niet tot maatregelen van Nederlandse zijde.
Sterker, zowel het personeel op het hoofdkwartier in Doha als de leiding van het Nederlandse F-16-detachement dat opereerde vanuit Jordanië, was slecht op de hoogte van de procedures. Daardoor verliepen ook de contacten met het Openbaar Ministerie niet volgens het boekje en stelde het ministerie niet meteen een onderzoek in – terwijl dat wel had gemoeten.
Lees ook
Amerikaanse en Nederlandse militairen namen bewust risico’s bij aanval bommenfabriek IS in Hawija, stelt commissie-Sorgdrager
Informatie
Hoewel meteen na de aanval duidelijk was dat waarschijnlijk burgerslachtoffers waren gevallen, stelde de Defensietop onder leiding van toenmalig minister Jeanine Hennis (VVD) zich „afwachtend en passief” op. Zo werd een Amerikaans onderzoek naar het bombardement nimmer opgevraagd in Washington.
De Tweede Kamer werd bovendien niet geïnformeerd over het incident. „We hebben van betrokkenen begrepen dat men terughoudend was vanwege de veiligheid”, zo zei Sorgdrager, „maar de Kamer had ook vertrouwelijk kunnen worden geïnformeerd. Dat is niet gebeurd.”
De commissie is ook op voorbeelden gestuit waarbij de Kamer verkeerde informatie heeft ontvangen – een politieke doodzonde. „Wees […] transparant en eerlijk over (het vermoeden van) burgerslachtoffers” is daarom een van de aanbevelingen van de commissie. Wil ze daarmee zeggen dat de politieke leiding op Defensie (minister Hennis en haar CDA-opvolger Ank Bijleveld) níét transparant en eerlijk waren?
Sorgdrager en mede-onderzoeker (en oud-luchtmachtgeneraal) Ralph Reefman knikken.
„Je kunt natuurlijk niet altijd alles vertellen, dat snappen wij ook wel”, zegt Sorgdrager. „Maar je kunt wel méér vertellen dan dat er is gebeurd.”
Lees ook
De aanval op Hawija zorgde voor meer doden en schade dan gedacht
Kekius Maximus (2024-2024) is niet meer. De monnik overleed op het extreem hoge 94ste level in de game Path of Exile 2, na uren trouwe besturing door techtopman en supergamer Elon Musk.
Althans, aldus Musk zelf, die de afgelopen maanden uitgebreid over de game tweette. Met zijn personages stond Musk hoog in de ranglijsten van het spel, in de top-10 zelfs. Maar zijn normaliter trouwe gamer-achterban had kritische vragen. Hoe vond hij de tijd om tijdens een presidentiële transitie zoveel te gamen? En waarom snapte hij in zijn video’s over het spel zo duidelijk niets van wat er om hem heen gebeurde? Op sociale media vloeide de hoon uit vele vingers: kijk hoe Elon Musk, het genie van Tesla en SpaceX, niet eens weet hoe hij een toverdrank moet drinken.
„No way dat hij zelf die ranglijsten gehaald heeft”, zegt de Nederlandse muzikant en hartstochtelijk Path of Exile-speler Juri Meijer via de telefoon. Path of Exile is een fantasyspel, waarin je een personage speelt dat in kerkers op zoek gaat naar vijanden en schatten. Wordt je personage gedood, dan moet je weer helemaal opnieuw beginnen. „Veel mensen knappen af op Path of Exile 2 omdat je er zoveel tijd in moet stoppen, ook in de voorbereiding. Om je personage aan te maken moet je honderden keuzes maken, en voordat je in de competitieve ‘endgame’-fase bent, level 65, ben je vijftig uur verder. Die man heeft drie bedrijven!”
‘Man van het gamervolk’
Musk kon de afgelopen jaren rekenen op de steun van conservatieve gamers op zijn platform X. Met zeer technische discussies over spellen, hun ontwerp en techniek probeerde hij zich voor te doen als ‘man van het gamervolk’. Maar influencers aan die kant van het gamerspectrum keren zich nu tegen hem. Zo bespotte de zeer invloedrijke gamestreamer Zack Hoyt (Asmongold, 3 miljoen volgers) hem in meerdere video’s. Musk was een „account-booster”, zei Hoyt: iemand die andere gamers inhuurt om als zijn personages te spelen, zodat ze zo sterk mogelijk worden.
Path of Exile 2 is maar een spelletje. Toch lijkt Musk zichtbaar gekrenkt. Hij viel Hoyt aan op X en lekte privégesprekken met hem. Musks ex, de Canadese zangeres en muzikant Claire Elise Boucher, beter bekend als Grimes, stuurde een bericht de wereld in waarin ze zijn gameprestaties prees. „Ik heb het met mijn eigen ogen gezien.”
Afgelopen week gaf Musk schoorvoetend toe dat hij spelers in Azië betaalt om zijn gamepersonages zo hoog mogelijk in de toplijsten te krijgen. „Iedereen doet het”, schreef Musk aan YouTuber NikoWrex, die toestemming kreeg om de informatie te delen. „Anders kun je niet winnen.”
Juri Meijer vindt het onzin: Musk moet gewoon van de ranglijst worden gehaald. „Mensen nemen deze game serieus, hij zet nu spelers in de zeik die er honderden uren insteken.”
Conservatieve gamers
Waarom vindt een van de machtigste mannen ter wereld het zo belangrijk om te scoren in een nichegame? „Hij wil cool gevonden worden”, denkt Meijer.
Het is niet raar dat zo’n prominent figuur op rechts inspeelt op de interesses van deze doelgroep. Althans, niet in de Verenigde Staten. Ruim tien jaar geleden, in 2014, begon daar ‘Gamergate’, een beweging van boze gamers, veelal wit en man, die meenden dat vrouwen en minderheden stelselmatig werden voorgetrokken door gamejournalisten. De beweging breidde zich snel uit naar kritiek op games die te veel diversiteit zouden bevatten – bijvoorbeeld een spel met een zwart hoofdpersonage of een vrouwelijk personage dat er ‘te mannelijk’ uitziet.
In reconstructies over de opkomst van Donald Trump als politiek figuur wordt Gamergate vaak aangewezen als leerschool. Het was de eerste keer dat boze jonge mannen zo nadrukkelijk online tekeer gingen tegen diversiteit, en hun gedachtegoed zo efficiënt wisten te verspreiden onder leeftijdsgenoten. Ironie, memes en boze YouTube-tirades waren hun wapens.
En Twitter (nu X), waar tijdens Gamergate een eigen cultuur van conservatieve, anti-woke gamers ontstond.
Trumpiaanse politici in de Verenigde Staten spelen nog altijd gretig in op dit ressentiment. Het is geen toeval dat Trump in de aanloop naar de presidentsverkiezingen van 2024 de populaire podcasts van gamers als Theo Von en Adin Ross aandeed: daar zit zijn jonge achterban.
Hip rechts
Ook voor Musk heeft die jonge achterban waarde: deze gamers zijn deel van het nieuwe hippe rechts, dat alles van technologie en het internet weet. Maar hij is geen opportunistische nieuwkomer – hij heeft nooit onder stoelen of banken gestoken dat hij een gamer is. Zijn eerste gamesgerelateerde tweet dateert uit 2012, waarin hij de spellen BioShock en Fallout: New Vegas roemt – games over rijke industrialisten die wanhopig grip proberen te houden op de post-apocalyptische wereld die ze zelf gecreëerd hebben. In de omgang met gamers op Twitter stuitte hij de afgelopen jaren steeds meer op Gamergate-gedachtegoed, en raakte hij bevriend met conservatieve game-influencers als Ian Miles Cheong.
Wanneer blockbustergame Elden Ring in 2022 het hele gamende internet in zijn greep houdt, snelt ook Musk naar Twitter om trots zijn personage te laten zien. Kenners lachten hem uit om zijn rare keuzes. Het is vermoedelijk een deuk in zijn ego geweest: zijn imago als techgoeroe die natúúrlijk net als alle hippe techjongens veel games speelt, werd in twijfel getrokken. Een jaar later staat Musk ineens hoog in de ranglijsten van de game Diablo 4. Hij tweet er eindeloos over. Zie? Hij is écht goed in games.
Alleen: Musks aanpak heeft averechts gewerkt. Juist het valsspelen – en het zo nadrukkelijk, bijna dwangmatig opscheppen over gamevaardigheden die hij niet heeft – ligt gevoelig. Elons imago heeft zo een nog grotere deuk opgelopen bij precies die gamers die hij zo graag wilde imponeren.
„Waar is deze knakker naar op zoek?” vraagt Juri Meijer zich af. „Treurig.”
In beide motoren van het vliegtuig dat op 29 december neerstortte op het vliegveld van Muan in Zuid-Korea, zijn veren en bloedsporen van vogels gevonden. Dat schrijven onderzoekers maandag in een voorlopig rapport over het incident, melden internationale persbureaus.
Het lijkt erop dat een botsing met vogels heeft geleid tot de crash, waarbij alle 175 passagiers en vier bemanningsleden om het leven kwamen. Het toestel van Jeju Air, een Boeing 737-800, was vertrokken vanaf de Thaise hoofdstad Bangkok. De luchtverkeersleiding van Muan waarschuwde de piloten enkele minuten voor de landing dat er een risico was op een botsing met vogels. Kort daarna verstuurden de piloten een noodmelding.
Onduidelijk waarom landingsgestel was ingeklapt
Weer enkele minuten later deed het toestel een poging een noodlanding te maken op het vliegveld van Muan. Daarbij schoot het de landingsbaan voorbij en raakte een betonnen bouwwerk. Vervolgens explodeerde het vliegtuig.
Het onderzoek naar de crash is nog niet afgerond. Zo is nog onduidelijk waarom het landingsgestel van de Boeing bij de noodlanding niet was uitgeklapt. De zwarte doos van het toestel stopte enkele minuten vóór de crash met opnemen. Ook hoe dat kon gebeuren is nog onopgehelderd.
De vogelresten zijn volgens de Zuid-Koreaanse autoriteiten afkomstig van de Siberische taling, een eendensoort die in Zuid-Korea overwintert. Het vliegveld van Muan ligt tussen vier leefgebieden van vogels. Volgens The Korea Times komen aanvaringen met vogels op Muan relatief het meeste voor van alle regionale vliegvelden in het land.
273.000 meldingen van vogelaanvaringen
Het gebeurt vaker dat een vliegtuig een vogel raakt. Bij de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) werd tussen 2016 en 2021 ruim 273.000 keer melding gemaakt van een botsing met een vogel. Het vaakst werd daarbij de motor geraakt: bij zo’n 17 procent van de incidenten was dit het geval.
Voor de vogel is zo’n botsing in vrijwel alle gevallen dodelijk. Voor de mensen in het vliegtuig is dit beduidend minder vaak het geval: in slechts 34 procent van de gevallen dat een vogel in de motor terechtkwam, zorgde dit voor schade, meldt de ICAO.
Maar wanneer de motor wél beschadigd raakt, kan dat grote gevolgen hebben. Zo stortte in 1988 een toestel van Ethiopian Airlines neer bij de stad Bahir Day, nadat beide motoren vogels hadden geschept en ermee ophielden. Bij die ramp kwamen 35 van de 104 inzitten om het leven. En in 2009 moest een Airbus A320 van US Airways om diezelfde reden een noodlanding maken in de rivier de Hudson in New York. Daarbij bleven alle 155 inzittenden ongedeerd.
Lees ook
Directeur van Jeju Air mag Zuid-Korea niet verlaten in kader van politieonderzoek naar vliegtuigcrash