Trump ontving een cadeautje van Qatar: een Boeing ter waarde van 400 miljoen dollar. Redacteur Merijn de Waal ziet hoe Trump het presidentschap steeds nadrukkelijker inzet voor persoonlijk gewin. En hoe niemand hem meer in de weg lijkt te staan.
Op het terras zitten twee oude mensen met hun zoon. Ik heb vooral uitzicht op de oude man, die een leuk hoofd heeft, vind ik. Zo’n kop waarvan je denkt: deze man zou een vriend van me kunnen zijn. Maar als hij een vriend van me was, had ik hem ook jonger gekend, dan zag ik nu door zijn oude hoofd heen hoe hij vroeger was. Hoe ik ook kijk, het lukt me niet om een jonger gezicht te zien schemeren door wat ik zie. Even later heb ik ook zicht op zijn vrouw – ongelooflijk hoezeer zij ‘een oude vrouw’ is, alsof ze zo ontstaan is, alsof die lach van haar nooit een jonger gezicht heeft doen oplichten.
Op de wetenschapspagina’s van de Volkskrant lees ik een artikel van George van Hall over de mogelijkheid van tijdreizen, fysici veronderstellen dat dit voor quantumdeeltjes misschien wél mogelijk is. Het gaat dan om ‘verstrengelde quantumdeeltjes’, dat meer dan raadselachtige verschijnsel, waarbij een meting aan het ene deeltje op hetzelfde moment iets verandert aan het andere deeltje, hoe ver ze ook van elkaar verwijderd zijn. Omdat de informatie dan sneller reizen zou reizen dan het licht, wat niet kan, veronderstellen sommige fysici dat ‘afstand’ in de quantumwereld ‘anders’ werkt. Daarna vraagtekens. Anderen stellen een al even bizarre oplossing voor: dat de informatie niet door de ruimte maar door de tijd reist, naar het verleden om precies te zijn, waardoor het deeltje op Mars al die tijd al in de toestand was waarin het nu is ‘gebracht’.
De taal schiet hier op alle mogelijke manieren te kort. De quantumwereld is minstens zo wonderlijk als het wonderland waarin Alice verzeild raakte.
Nu ja, hoe dan ook is tijdreizen voor mensen helemaal niet aan de orde. We moeten het doen met herinneringen, foto’s, gebouwen, documenten, sporen in het landschap en in de aarde. En iedereen weet dat we daar constructies van maken, sommige heel aannemelijk, andere in strijd met feiten die we voor het gemak maar even buiten beschouwing laten, maar hoe dan ook: constructies.
Wat zou ik te horen krijgen als de zoon op het terras me iets over zijn vader zou willen vertellen? Hij zou een man oproepen in relatie tot hemzelf, een opvoeder, een aanwezigheid, een vader. De oude vrouw zou weer een ander beeld schetsen. Het zou niets helpen, ook niet om foto’s te bekijken, het jongere gezicht zou theoretisch blijven, ik zou het nooit kunnen vullen met eigen waarneming.
Is dat dan echt wat je bij je eigen vrienden wel doet? Ik zit heus niet steeds hun jongere zelf door hun huidige gezichten heen te projecteren, sterker nog, soms als je een foto ziet van hun jongere gedaante, denk je: Echt? Zó? Dan moet je je geheugen forceren om tegen jezelf te zeggen: Ja inderdaad, zo zag-ie eruit.
Het gaat dus niet om de precieze visuele herinnering. Het gaat om het gevoel van verleden dat steeds meedoet in het heden, vaak zonder dat je je dat bewust bent. Het is er. Soms haal je het verleden samen op, om het gevoel te versterken dat je elkaar kent, om de warmte die uit die gemeenschappelijkheid opstijgt en die zich verspreidt over het heden.
Kan het dan te laat zijn voor vriendschap, als iemand al oud is en er niets of weinig op te halen valt? Nee dat geloof ik niet. Maar het is een andere vriendschap, er zit als het ware meer droge materie in, informatie die je alleen maar aangereikt hebt gekregen en niet zelf uit levende stof hebt gevormd. Of is dat een theoretisch verschil? Mensen weten zo veel en begrijpen zo weinig, niet alleen over quantumfysica.
Begin jaren negentig. Computers zijn nog vrij nieuw, vooral voor mijn 8-jarige zoon. Hij kijkt geïnteresseerd over mijn schouder mee als ik een schoolverslagje van twee pagina’s voor hem uitprint, duidelijk onder de indruk van wat zo’n computer allemaal kan. „Kijk, dan klik ik op dit knopje, en dan gaat-ie het printen”, leg ik uit. Op het scherm verschijnt een voortgangsvenstertje met de tekst ‘Printing Page 1 of 2’. Jasper reageert verbaasd en een beetje gedesillusioneerd: „Wéét ie dat niet eens?!”
Lezers zijn de auteurs van deze rubriek. Een Ikje is een persoonlijke ervaring of anekdote in maximaal 120 woorden. Insturen via [email protected]
Bij de BBB, met zestien zetels de grootste fractie in de Eerste Kamer, vindt voor het eerst een afsplitsing plaats. Senator Eric Kemperman heeft maandagavond per appje aan zijn fractiegenoten bekendgemaakt dat hij uit de fractie stapt. De Eerste Kamer verlaat hij evenwel niet, Kemperman gaat verder als eenmansfractie. Coalitiepartijen PVV, VVD en BBB verliezen daarmee een zetel in de Eerste Kamer, waar ze al geen meerderheid hadden. NSC heeft geen senatoren.
Kemperman stelt maandagavond in een schriftelijke verklaring aan NRC dat hij zich „steeds minder” herkent in „de inhoudelijke keuzes en handelswijze van de BBB”. „Het gaat voor mij over vraagstukken van oorlog en vrede, het COVID-beleid, inperken vrijheden, natuur en landbouw en de wooncrisis.”
Voor Ilona Lagas, fractievoorzitter van de BBB in de Eerste Kamer, komt het vertrek „als een donderslag bij heldere hemel”. De BBB-fractie kwam maandagavond bijeen in een Haags restaurant, voorafgaand aan een vergadering. Lagas zegt dat Kemperman bij aanvang van het diner „een mededeling” wilde doen. „Maar dat doe je niet voor een vol restaurant, de eerste couverts werden al geserveerd.”
Lagas zegt dat Kemperman haar maandagavond nog niet heeft laten weten waarom hij de partij de rug toekeert. „Ik weet wel dat hij moeite had met het BBB-standpunt over Oekraïne. Hij wil dat alleen wordt ingezet op vrede. Daar hebben we maanden terug met elkaar over gesproken.”
Lees ook
Als BBB-senator nam Kemperman tientallen kritische Kamervragen integraal over van een lobbygroep. ‘Ik lees en ik denk: dit is scherp, dit is slim’