Zuid-Korea kiest een te machtige president

Als Zuid-Korea dinsdag een nieuwe president kiest, is het precies een half jaar geleden dat president Yoon Suk-yeol het land in een ongekende crisis stortte. Op de avond van 3 december verscheen hij onverwacht op de televisie om de militaire noodtoestand uit te roepen. Het luidde zijn eigen val in, en een maandenlange politieke verlamming.

De noodtoestand was volgens de conservatief Yoon nodig omdat het land werd bedreigd door „antistatelijke” en „pro-Noord-Koreaanse” krachten, die zich via de oppositie meester hadden gemaakt van het parlement. Yoon stuurde leger en politie naar de Nationale Assemblee om te verhinderen dat de volksvertegenwoordiging bij elkaar kon komen.

Dat was buiten de Zuid-Koreaanse bevolking gerekend, bij wie de herinnering aan de eind jaren tachtig ontmantelde militaire dictatuur nog vers in het geheugen ligt. Onder de vorige noodtoestand, in 1980, kwamen vele honderden mensen om bij een bloedig neergeslagen protest in de zuidelijke stad Gwangju – een nationaal trauma dat nog jaarlijks wordt herdacht.


Lees ook

Machtsgreep president Zuid-Korea stuit op het parlement en op zijn eigen partij: na enkele uren wordt militaire noodtoestand weer opgeheven

Politieagenten bij de poort van het parlementsgebouw, nadat de Zuid-Koreaanse president Yoon Suk-yeol de noodtoestand afkondigde.

Mede onder druk van een snel groeiende menigte demonstranten bij het parlementsgebouw in Seoul slaagden militairen er niet in om de vergadering van de volksvertegenwoordiging te blokkeren. De aanwezige parlementsleden stemden unaniem voor opheffing van Yoons noodtoestand en maakten zo na enkele uren een einde aan de ‘zelfcoup’ van de president. Yoon werd door het parlement geschorst en begin april door het Constitutioneel Hof uit zijn ambt gezet. Hij mag het land niet verlaten en wordt vervolgd voor rebellie, wat in theorie de doodstraf kan opleveren – al wordt die niet meer voltrokken.



Machtige president

Zuid-Korea geldt als voorbeeld van een geslaagde democratische transitie. Sinds de eerste vrije verkiezingen in 1987 vond na iedere stembusgang een vreedzame machtsoverdracht plaats. Maar Yoons couppoging liet zowel de weerbaarheid zien van de Zuid-Koreaanse democratie als haar zwaktes.

De meeste kritiek richt zich op het „imperiale presidentschap” in de grondwet uit 1987. Het land kent een zeer machtige president die na één termijn van vijf jaar niet herkozen kan worden, en dus niet hoeft te vrezen op zijn daden te worden afgerekend. Tegelijk krijgt hij in de laatste jaren van zijn termijn vaak weinig meer gedaan.

De conservatieve Kim Moon-soo wil, net als Lee Jae-myung, de macht van de president inperken en diens termijn verkorten.

Foto Ahn Young-joon/AP

„Als je iemand herkiesbaar maakt, zorg je ervoor dat die langer een efficiënte president kan zijn”, zegt de Leidse hoogleraar Koreastudies Remco Breuker, die momenteel in Zuid-Korea verblijft. „Nu zit diens politieke carrière er halverwege de termijn al op.” Tegelijk zou volgens hem de macht van die herkiesbare president moeten worden ingeperkt. „Een premier naast hem zetten die iets meer macht heeft, of een vicepresident – want die is er nu ook niet.”

Polarisatie

Ook op het functioneren van de volksvertegenwoordiging is veel kritiek. Die wordt gedomineerd door twee partijen – de conservatieven, nu vertegenwoordigd door de Volksmachtpartij (PPP), en de progressieve Democratische Partij. Het leidt tot een sterk gepolariseerd parlement. „De manier waarop de progressieve meerderheid in het parlement nu alle minderheidsopvattingen onder tafel veegt, onder het mom van democratie, zit heel veel mensen erg dwars”, zegt Breuker.

Het parlement kan weinig eigen initiatieven nemen – de president stelt bijvoorbeeld de kabinetsploeg aan – maar heeft wel veel mogelijkheden om dingen tegen te houden. President Yoon was zeer gefrustreerd door de progressieve oppositie die zijn begrotingen blokkeerde en de ene na de andere afzettingsprocedure begon tegen door Yoon benoemde functionarissen. Het was een van zijn rechtvaardigingen voor het uitroepen van de noodtoestand.

Als de partij van de president daarentegen de meerderheid heeft in Nationale Assemblee, fungeert die vaak als verlengstuk van het staatshoofd. „Volksvertegenwoordigers in andere democratieën zijn kritisch over de president, ook als die van hun eigen partij is. Maar Koreaanse regeringspartijen bieden weinig weerstand: als de uitvoerende en de controlerende macht in handen zijn van dezelfde partij, verdwijnen checks and balances”, merkte professor constitutioneel recht Chang Young-soo van de Universiteit van Korea op in de krant JoongAng Ilbo.

Tweede termijn

Wie denkt dat versterking van de Zuid-Koreaanse democratie na de gebeurtenissen van de voorbije maanden een grote rol speelt in de verkiezingen, vergist zich, ziet Breuker. De campagne draait volgens hem om traditionele thema’s als „de sociaal-economische ongelijkheid, Noord-Korea, en kansen voor jonge mensen, immigratie en vergrijzing”.

Presidentskandidaat Lee Jun-seok (40) mikt op rechtse jongemannen en snoept daarmee aanhang af van de conservatief Kim Moon-soo.

Foto Pedro Pardo/AFP

Toch hebben de belangrijkste kanshebbers voor het presidentschap – de progressieve Lee Jae-myung en de conservatief Kim Moon-soo – zich beiden voor hervormingen uitgesproken. Ze willen de vijfjarige presidentstermijn inkorten tot vier jaar, en herverkiezing mogelijk maken.

In hun hervormingsvoorstellen lijken ook hun eigen agenda’s een rol te spelen. Zo wil Lee dat voor de benoeming van de hoofden van opsporingsinstanties, nu een bevoegdheid van de president, voortaan parlementaire instemming nodig is. Lee, wiens partij een flinke meerderheid heeft in de Nationale Assemblee en die zelf ruim leidt in de peilingen, is verwikkeld in verschillende strafrechtelijke onderzoeken naar onder meer corruptie en overtreding van de kieswet. Kim wil juist dat de presidentiële immuniteit in strafzaken wordt opgeheven, en dat de rol van de president bij de benoeming bij hoge rechters wordt ingeperkt.

Breuker betwijfelt of er veel van de voornemens terecht zal komen. „Daarvoor heb je, wie het ook wordt, een president en een meerderheidspartij nodig die serieus luisteren naar wat de oppositie zegt.” Maar de gedoodverfde favoriet Lee beschikt over een ruime meerderheid in het parlement en zou de oppositie nauwelijks nodig hebben. „Dat is hier de grote angst. Er wordt echt gesproken over de dictatuur van de Democratische Partij, die moet worden doorbroken.”