Schijtlijsters is misschien een beter woord dan bangeriken om de bazen te omschrijven van grote Amerikaanse tv-zenders als ABC en CBS. Uit de documentaire Jim Henson Idea Man, die Disney+ onlangs uitbracht, blijkt dat zij begin jaren zeventig niet in zee durfden te gaan met poppen- en tv-maker Jim Henson. Die had namelijk het idee om voor volwassenen een tv-variétéshow met poppen te maken die hij muppets noemde. Zoals Kermit de Kikker, waarmee hij al succes had in het toen nieuwe educatieve tv-pogramma Sesame Street. „De tijd is rijp voor een variétéshow gepresenteerd door honden, kikkers en monsters”, had Henson de omroepbazen geschreven, omdat hij gewoon wist dat zijn poppen en zijn humor ook, of juist, volwassenen aansprak.
Maar de tv-bazen vonden poppen te kinderachtig en waren bang voor hun goede naam, zeker toen hij een proefaflevering maakte die hij voor de grap The Muppet Show: Sex and Violence noemde. Henson kreeg zijn Amerikaanse tv-poppenshow op prime time voor volwassen niet.
Gelukkig voor ons was er een sigaarrokende Britse tv-producent, Lew Grade, van ATV, die wel wat zag in Hensons idee. En zo werden in Londen in 1976 de eerste Muppet Shows opgenomen, steeds met sterren als hoofdgast, van Charles Aznavour en Elton John tot Rita Moreno en Diana Ross. In 120 afleveringen groeide The Muppet Show tot 1981 uit tot een grote internationale tv-hit, in ruim 100 landen uitgezonden voor zo’n 250 miljoen kijkers. Disney, die ook de documentaire Jim Henson Idea Man maakte, kocht The Muppets in 2004.
Televisiegek
Niet gek voor een jongen als Jim Henson, die, geboren in 1936, in zijn hele jeugd geen poppenshow had gezien – maar wel veel televisie, een nieuw medium in die tijd. Henson was van kindsaf gefascineerd door tv. (Hij dwong zijn ouders, volgens de biografie Jim Henson van Brian Jay Jones, een tv-toestel te kopen, voor omgerekend nu zo’n 2.000 euro). En toen hij als middelbare scholier een krantenadvertentie zag waarin een lokaal tv-station jonge poppenspelers vroeg voor een programma, sloeg hij toe. Hij wist niks van poppenspelen, haalde twee boeken daarover uit de bibliotheek, knutselde zelf poppen en decors in elkaar – en kreeg in 1955 de tv-baan op zijn achttiende. „Dus je bent poppenspeler geworden om bij de televisie te komen”, zie je filmmaker Orson Welles vol ongeloof vragen aan Henson, in een van de vele tv-interviewfragmenten in de documentaire. Ja, zei Henson: hij wilde bij de tv. En poppen waren de weg.
Hij bleek een natuurtalent. Regisseur Ron Howard gebruikt in zijn Henson-docu gelukkig veel tv-opnames van Hensons oude poppenshows en duikt achter de schermen bij Muppetopnamen. Zo kun je zien hoe sommige Muppets – en Henson zelf – zich ontwikkelen. Miss Piggy was eerst een pop in een achtergrondkoortje, die zo opviel, dat ze een eigen rol en poppenspeler kreeg: Hensons vaste maat Frank Oz.
Oer-Kermit
Opmerkelijk is dat Kermit de Kikker, Hensons beroemdste handpop, er eigenlijk al vanaf die eerste tv-showtjes bij was. Alleen nog niet echt als kikker. Henson had hem met stof uit de jas van zijn moeder gemaakt, voor de ogen knipte hij een pingpongbal in tweeën en zette er met stift pupillen op. Je ziet deze oer-Kermit, soms met pruik op, meedoen in zijn succesvolle tv-shows, waarin hits geplaybackt worden, en in de vele reclamefilmpjes waarmee Henson goed verdiende. De expressieve, soepele eenvoud van Hensons poppen verklaart waarom ze nooit lijken te verouderen.
Hensons vernieuwende aanpak was dat voor hem het tv-scherm het poppentheater was, met close-ups. Henson kreeg in die poppenmakersbeginjaren hulp van een medestudent van de kunstopleiding die hij in Washington volgde: Jane Nebel, later zijn vrouw. Zij had wel ervaring met poppen. „Wat onze ouders bond was een verfijnd gevoel voor absurdisme”, zegt een van de kinderen van het paar, die veelvuldig in de documentaire aan het woord komen. Dat zie je in al die vroege en ook latere filmfragmenten: de speelse, vrolijk absurde humor die Henson ook in een studio met tientallen medewerkers kon uitleven. Dat verbond hem, zegt hij zelf, met Kermit, die als presentator en manager van The Muppet Show optrad: „Hij moet ook een groep gekken bij elkaar houden.”
„Zijn werk was spelen, dat stopte nooit”, zegt een van Hensons kinderen. „Thuis moest hij de rol van de verstandige volwassene spelen.” Dat ging hem moeizamer af, zo blijkt uit sommige interviewclips. Hij was weinig thuis, en als hij er wel was met zijn werk bezig.
Zijn neiging tot experimenteren en spelen (hij wilde een opblaasbare psychedelische nachtclub bouwen, maakte verschillende fantasy-poppenfilms, die soms voorstudies voor Star Wars lijken) kon hij prima uitleven in het kinderprogramma Sesame Street, dat de Amerikaanse educatieve omroep in 1966 begon. Door Hensons speelse poppen-inbreng (Ernie en Bert, Kermit, Koekiemonster etc.) werd dat een internationaal succes. Hij was daarvoor mede gevraagd omdat kinderen graag keken naar zijn reclameflimpjes met poppen.
„Jim creëerde vanuit onschuld”, zegt zijn levenslange Muppetpartner Frank Oz in de documentaire. Toch blijft de bron van Hensons magische creativiteit en humor wat raadselachtig – maar zoiets valt misschien ook niet echt te achterhalen. De fragmenten van Hensons werk zijn de hoogtepunten uit Jim Henson Idea Man. Zoals wanneer hij Kermit de Kikkers lijflied ‘It’s not easy being green’ zingt, volgens zangeres van kleur Rita Moreno, gast in The Muppet Show, een statement tegen uitsluiting en racisme. Henson overleed aan een verwaarloosde longontsteking al op zijn 53ste, in 1990, nog vol ideeën.