Willen jullie meer of minder suv’s? Je kunt in Parijs deze winter geen vijf minuten lopen zonder de vraag tegen te komen op blauw-rode posters. Die hangen er omdat Parijzenaren deze zondag hun mening mogen geven: via een referendum wordt bepaald of de parkeerkosten voor deze vervuilende auto’s verdriedubbeld worden.
De volksstemming komt uit de koker van de Parijse burgemeester Anne Hidalgo (64), en is exemplarisch voor het beleid van de vrouw die zich in april tien jaar maire de Paris mag noemen. Sinds 2014 probeert Hidalgo Parijs te transformeren in een groene, fietsvriendelijke en toekomstbestendige stad. Ook dit jaar, kondigt ze aan bij een nieuwjaarsreceptie: „In 2024 gaan we door met het teruggeven van de macht aan de natuur, aan voetgangers en aan fietsers. […] Parijs zal mooier zijn dan ooit.”
Het lag niet voor de hand dat Hidalgo hier ooit zo zou staan. Ze werd in 1959 als Ana geboren in Andalusië, in het Spanje van dictator Franco. Vader Antonio was elektricien, moeder Maria kleermaker. Het leven in de dictatuur was zwaar, vertelt haar oudere zus Mary (66) aan de telefoon vanuit Andalusië. „Mijn zusje en ik waren te jong om het echt door te hebben, maar voor onze ouders was het moeilijk. Ze waren straatarm, er waren tekorten, alles werd in de gaten gehouden.”
In 1962 ontvluchtte de familie het land. Ze kwamen terecht in een rustige arbeiderswijk aan de rand van Lyon. De katholieke Hidalgo’s woonden er in een grauw complex met sociale huurwoningen. De bewoners kenden elkaar goed, vertelt buurvrouw Ginette Tarif (88). De Hidalgo’s vielen op: ze waren de enige buitenlanders. „Vader en moeder waren heel discreet, ze zeiden alleen gedag”, herinnert Tarif zich. „De meisjes – net een tweeling – waren timide. En schattig. Hun moeder was kleermaakster, dus ze zagen er altijd perfect uit.”
‘De meisjes’ groeiden op met „de waarden van werken en eerlijk zijn”, vertelde Hidalgo eens aan Elle. In 1973 werd het gezin genaturaliseerd. Ana werd Anne, Maria werd Mary. Als kind merkten de zussen de invloed van hun migratieachtergrond. „Er was racisme tegenover mijn ouders […] die de taal niet spraken”, aldus Hidalgo in Elle. „Sommige leraren deden lelijk tegen kinderen uit Spanje, Italië of Algerije”, zegt ook Mary. Zo zei een docent eens dat het goed zou zijn als Hidalgo zou gaan studeren omdat dat „sociale vooruitgang” voor haar vader zou betekenen.
Thuis werd veel over politiek gepraat – vader Antonio was actief vakbondslid in de politiek woelige jaren zestig. „Daardoor heeft mijn zus van jongs af aan sterke, linkse overtuigingen gehad”, zegt Mary. Ze studeerde rechten in Lyon, waar haar studententijd werd gekenmerkt door hard werken, flowerpower en feministische literatuur van Simone de Beauvoir en Gisèle Halimi. Ze kreeg een relatie met vakbondsman Philippe Jantet, met wie ze twee kinderen krijgt. In een tweede huwelijk, met de socialistische politicus Jean-Marc Germain, krijgt ze nog een zoon.
In 1982 wordt Hidalgo arbeidsinspecteur, waarvoor ze naar de hoofdstad verhuist. Haar politieke carrière begint als ze in de jaren negentig lid wordt van de Socialistische Partij en voor minister van Werkgelegenheid en Solidariteit Martine Aubry gaat werken. Zij vinden elkaar in hun strijd voor sociale rechten en feminisme, schrijft journalist Serge Raffy in een biografie van Hidalgo (2021).
Lees ook
Parijs wil wereldhoofdstad van de fiets worden
Ze kiest voor de symbolische benoeming van klimaatactivist en WWF Frankrijk-directeur Serge Orru (70) als adviseur. „Het leek me eigenlijk niks”, zegt hij in zijn werkkamer van de Parijse denktank Académie du Climat. „Maar ik voelde verandering in de lucht. In ons eerste gesprek zei ik: we moeten diesel aanpakken, de kades langs de Seine openstellen voor voetgangers, inzetten op fietsen en een circulaire economie installeren. Vaak beginnen mensen dan te jammeren. Maar zij zei overal ‘ja’ op.”
Ze hoeft niet bij nul te beginnen: een deel van de wegen langs de Seine is al verboden voor auto’s en Delanoë heeft fietsdeelsysteem Vélib opgetuigd. Maar Hidalgo drukt door. De autoweg ten noorden van de Seine waar ooit 40.000 auto’s per dag reden, wordt in 2016 terrein voor voetgangers en fietsers. Op verkeersaders komen enorme fietspaden. Inmiddels is er 1.300 kilometer fietspad in Parijs. Tegelijkertijd stijgen de parkeertarieven, worden dieselauto’s uitgefaseerd en het OV-netwerk uitgebreid. Orru noemt Hidalgo „de nieuwe Haussmann”, naar de architect die Parijs transformeerde onder Napoleon III. Maar vergroenen van een stad met 2 miljoen mensen van wie velen een auto of scooter gebruiken, gaat niet zomaar. Parijzenaren klagen over de vele wegwerkzaamheden en files in de stad, en over de schuld van de gemeente die steeds verder oploopt. Hierbij speelt mee dat veel Fransen klimaatbeleid zien als iets voor de progressieve elite – de fiets is een symbool voor linkse bobo’s. Ook in de gemeenteraad krijgt Hidalgo kritiek, zo zou haar anti-autobeleid gewone Parijzenaren benadelen.
Ze schuwt confrontaties niet, botst geregeld met politieke opponenten en raakt verwikkeld in rechtszaken, waar ze haar beleid met hand en tand verdedigt. Ook machtige figuren schuwt ze niet – zoals president Emmanuel Macron. Vanaf het begin wantrouwt Hidalgo de oud-bankier omdat hij in 2016 hun beider mentor, oud-president François Hollande, verried door als Economieminister af te treden en zijn eigen beweging te beginnen. Ze toont zich vaak kritisch over zijn beleid: zo haalt ze in 2019 uit naar Macron als de Gele Hesjes-protesten tegen hem, Parijs maandenlang lam leggen. Aan het begin van de coronacrisis deelt ze tegen overheidsadvies in mondkapjes uit. In 2023 hangen banieren van het stadhuis waarop ze steun uitspreekt aan tegenstanders van Macrons pensioenhervorming. In 2022 neemt ze het ook als presidentskandidaat op tegen de president – ze eindigt met slechts 1,7 procent van de stemmen. Alleen als de Notre Dame in 2019 in brand vliegt, kunnen de twee even naast elkaar bestaan.
De volhardendheid van Hidalgo komt volgens haar zus uit een intrinsieke overtuiging over haar standpunten. „Natuurlijk, ze wil best tegenargumenten horen, maar ze is iemand die helemaal in een onderwerp duikt, alle informatie bij elkaar verzamelt. En als ze daarna overtuigd is, is ze volhardend.” In 2020 blijkt dat ook de Parijse gemeenteraad genoeg vertrouwen heeft: die herkiest Hidalgo voor een tweede termijn.
Hidalgo is vooral bekend om haar groene beleid, maar solidariteit met kwetsbare inwoners zoals daklozen en migranten is minstens zo belangrijk, zegt locoburgemeester Dominique Versini (69) in haar werkkamer met uitzicht op de glinsterende Seine. Mary Hidalgo: „doordat wij persoonlijk hebben meegemaakt waar je als eerste-generatiemigrant tegen aanloopt, is ze zich erg bewust van het lot van migranten.”
„Parijs is altijd een solidaire stad geweest, maar Anne maakt keuzes die niemand anders zou maken”, zegt Versini. Ze noemt de zaal voor dakloze vrouwen in het stadhuis en het migrantenopvangcentrum dat Hidalgo tijdens de asielcrisis in 2015 liet bouwen (deze werd in 2018 door Macron gesloten). „De opvang van daklozen en migranten is de verantwoordelijkheid van de staat, maar omdat die het laat afweten, grijpt Anne in. Ook al komt dat op onze rekening.”
Aan het begin van haar ambtsperiode is de sfeer goed op het stadhuis. Biograaf Raffy beschrijft een „vrolijk en ontspannen klimaat”, waarbij de deur van de burgemeester altijd openstaat. „Anne is gereserveerd, oprecht en ze kan erg goed luisteren”, zegt Versini. Maar in de loop der jaren toont ze zich ook rancuneus. „Ze heeft van tientallen adviseurs afstand genomen”, zegt Le Monde-journalist Laurent Telo (50) in een Parijs’ café – hij volgt Hidalgo sinds 2021. „Als je iets doet wat zij ziet als verraad, excommuniceert ze je.” Bijvoorbeeld Myriam El Khomri, Hidalgo’s voormalige woordvoerder. Toen zij in 2015, zonder Hidalgo te informeren, minister van Werkgelegenheid werd en een arbeidsmarkthervorming doorvoerde waar Hidalgo tegen was, keerde ze haar de rug toe. Toen El Khomri later een functie in Parijs wilde, noemde Hidalgo dat publiekelijk een „erg slecht idee”.
Hidalgo’s woordvoerder Barthélémy Bolo zegt dat het „volstrekt normaal is dat sommige mensen zijn vertrokken, gelet op de werkdruk”.
Ook zeggen sommige medewerkers zich niet gehoord te voelen, en omliggende gemeenten klagen dat ze niet genoeg worden betrokken bij besluitvorming. „En ze vindt het moeilijk toe te geven als ze fout zit”, zegt Telo.
Keerpunt zijn de aanslagen in 2015, eerst op het satirische blad Charlie Hebdo, later onder meer op concertzaal Bataclan. „Daarvoor werkten we met vreugde, in lichtheid, op de Parijse manier”, zegt Versini. „We bezochten cafés, jong en oud, en waren vrij. Maar na deze aanslagen, gericht op onze mensen, onze jongeren, onze manier van leven, daalde er een soort zwaarte in.”
De terroristische aanslagen hebben invloed op Hidalgo’s beleid. „Na dit trauma kwam ze tot de overtuiging dat er behoefte was aan een moment van nationale verbroedering”, zegt woordvoerder Barthélémy Bolo. „Dat moesten de Spelen worden.” Hidalgo sluit zich onverwacht aan bij de campagne om de Olympische Spelen van 2024 naar Parijs te halen. Bij die keuze speelt mee dat de voorstad Seine-Saint-Denis, waar een deel van de terroristen vandaan kwam, moeten kunnen profiteren van de Spelen, zegt Orru. „Bijna alles wat wordt gebouwd, komt in dat departement en kan ten goede van de bevolking komen.”
Lees ook
Kunnen de Spelen de geplaagde Parijse buitenwijken transformeren in ‘het nieuwe Brooklyn’?