Hun kaartclubje, kinderen, kennissen; ze zitten allemaal aan de overkant. En het Admiraal de Ruyter Ziekenhuis in Goes, ook daar moeten Annemiek (71) en Guus de Block (70) uit Terneuzen weleens heen. Telkens als ze Zeeuws-Vlaanderen verlaten of weer betreden, rijden ze door de Westerscheldetunnel, de enige ontsluiting met de rest van het land.
Annemiek en Guus zijn onlangs teruggekeerd op hun geboortegrond, nadat ze 36 jaar in het Brabantse Bergen op Zoom hadden gewoond. In die tijd bezochten ze veel familieleden in Zeeuws-Vlaanderen, die geneigd waren om daar te blijven vanwege de moeilijke oversteek. Eerst met de veerpont, die kort na de Tweede Wereldoorlog even gratis was. Later door de Westerscheldetunnel, die koningin Beatrix op 14 maart 2003 opende. Toen was het stel er ook bij, op de verjaardag van Annemiek.
Al sinds de jaren vijftig ging het in de Tweede Kamer over de bouw van een tunnel onder de Westerschelde. Toen in de jaren negentig werd besloten tot de bouw daarvan, werd de Zeeuwen verteld: zonder tol komt er geen tunnel. De kosten van 750 miljoen euro moesten in dertig jaar tijd terugverdiend worden middels tolheffing.
Flink profiteren
In de auto van Annemiek en Guus ligt een T-tag, een zwart kastje met toltegoed. Daarvan werd op het tolplein van de N62 in ’s-Heerenhoek, aan de kant van Walcheren nabij de Westerscheldetunnel, jarenlang 3,80 euro en later 3 euro per passage afgeschreven. Twintig jaar lang was het stel drie- tot vierhonderd euro per jaar aan tolheffing kwijt, rekenen ze voor. Incidentele passanten, zonder kastje, betaalden vijf euro. Tot deze maandag.
Want automobilisten en motorrijders krijgen acht jaar eerder dan gepland vrije doorgang, omdat het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een bedrag van 146 miljoen euro heeft uitgetrokken. Zij kunnen vrij doorrijden op speciale lanen voor personenverkeer, waarbij ze alleen even moeten wachten tot de slagboom omhooggaat.
Als zo’n tunnel in de Randstad lag, had de overheid nooit tol laten betalen
Zeeland gaat flink profiteren van de tolvrije tunnel, bleek uit onafhankelijk onderzoek in opdracht van kabinet Rutte III uit 2021. Daarin stond de verwachting dat automobilisten langere afstanden gaan afleggen, waardoor ze verdervan huis kunnen gaan werken, en dat de tunnel veel nieuwe gebruikers zal krijgen. Dagelijks zullen er tienduizend extra ritten door de Westerscheldetunnel plaatsvinden, schatte het onderzoek, bovenop de 15 tot 20 duizend dagelijkse ritten van de afgelopen jaren. De tolvrije tunnel zal in tien jaar 27 tot 39 miljoen euro aan welvaartswinst opleveren, bleek uit de maatschappelijke kosten-batenanalyse in hetzelfde onderzoek.
Oliebollen
Voor het ceremoniële feestje op maandag beklimmen Annemiek en Guus de Block de brug boven het tolplein, tussen de heaters en champagneglazen. Onder hen zoeven de eerste Zeeuwen gratis voorbij. Op een van de zeven banen rijdt een stoet automobilisten van Oldtimerclub Midden-Zeeland langs gedeputeerde Harry van der Maas en minister Barry Madlener, die in 2016 al een motie indiende voor een tolvrije Westerscheldetunnel.
Het duo is omgedoopt tot „Harry & Barry” door de spreekstalmeester van de feestelijke ceremonie op de brug. „Een oliebolletje”, roept Van der Maas terwijl hij er een aanreikt aan de chauffeur van een oldtimer. „U betaalt geen wegenbelasting zeker!”, grapt Madlener tegen een vrouw op de bijrijdersstoel van een oldtimer.
De laatste oliebol is voor Peter van Hoeve (65), die in een beige Opel Kadett voorbijrijdt. Hij draagt een ballonpetje, zoals in de serie Peaky Blinders. „Ze hebben ons uitgenodigd als ‘echte Zeeuwen’, naast die twee bobo’s”, vertelt Van der Hoeve, inwoner van Goes, voordat hij bij de stoet aansluit. Hoewel zijn vrouw aan de andere kant in Terneuzen werkt, had een tolvrije Westerscheldetunnel voor Van Hoeve niet eens zo nodig gehoeven. „Hier in de buurt zijn al zoveel wegen verbeterd sinds die tunnel er is. En met tol had je een mooi spaarpotje kunnen opbouwen om daarmee door te gaan.”
Kritische houding
Een sentiment bij andere Zeeuwen, ook deze maandag, is dat ze achtergesteld werden door de toltunnel. „Belachelijk”, bromt Jan-Kees Butijn (58), onder een klein sigaartje tussen zijn lippen. Voor een ritje vanuit zijn woonplaats Borssele naar zijn dochter in het Zeeuws-Vlaamse dorpje Axel , moest hij betalen. „Alsof wij geen wegenbelasting betalen? Daarmee betalen we ook mee aan wegen in Groningen bijvoorbeeld.” Of hij gefrustreerd is? „Frustratie… we zijn niet anders gewend. Als zo’n tunnel in de Randstad lag, had de overheid nooit tol laten betalen.”
Butijn werkte jarenlang als brandweerman, ook bij calamiteiten in de tunnel. Tegenwoordig werkt hij voor het Zeeuwse aannemingsbedrijf Sagro, waarvan hij een vrachtwagen ziet passeren op het tolplein. „Daar gaat de baas.” Zijn collega moet nog betalen aan het loket; een lobby voor tolvrij goederenverkeer loopt nog. De vrees bij het kabinet bestaat dat het dan een drukte van jewelste wordt op de provinciale wegen in Zeeland, omdat vrachtwagens dan zonder hindernis tussen Rotterdam en Gent kunnen pendelen.
De kritische houding van mede-Zeeuwen zint het stel De Block niet zo. Winkeliers uit Terneuzen die vrezen voor verlies van klandizie aan het ‘vasteland’ zouden volgens hen juist samen moeten werken om de Zeeuws-Vlaamse stad levendiger te maken. „Sommige Zeeuws-Vlamingen hebben een muurtje om zichzelf heen gebouwd”, zegt Guus de Block. „Maar voor ons geeft dit zoveel mogelijkheden, het is bevrijdend.”