N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Treinongeluk Voorschoten De dodelijke botsing heeft grote indruk gemaakt op de buurtbewoners. Een vrouw werd wakker van de klap en ging naar buiten. „Het was pikkedonker, ik zag alleen het licht van de telefoons van de mensen uit de trein.”

Foto Olivier Middendorp
Om even voor half vier ’s nachts schrok Rebecca Ooms wakker van een grote klap. Vanuit haar raam kijkt ze rechtstreeks uit op het spoor, zo’n honderd meter van haar huis. Ooms is wel gewend aan lawaai, want geregeld springen op die plek mensen voor de trein. „Ik dacht nog: daar springt weer iemand.”
Ze keek uit het raam. Daarna volgde nog een klap, oorverdovend dit keer. Toen wist ze: dit is helemaal mis. „Bij die tweede klap zag ik een grote lichtflits, ik dacht eerst dat het bliksem was. Het hele huis trilde, de verwarming ging heen en weer.” Ze ging naar buiten. „Ik hoorde gegil, geschreeuw en namen die werden geroepen. Het was pikkedonker, ik zag alleen het licht van de telefoons van de mensen uit de trein.”
112 was voor Ooms niet bereikbaar, maar dankzij een omstander en mensen in de trein kwam de hulpverlening snel op gang. In haar huis werden tien tot vijftien lichtgewonden opgevangen. Veel mensen met glaswonden. Trillende mensen. Een jongen vertelde bezorgd over zijn vrienden die nog in de trein zaten: een was gewond geraakt, een was bewusteloos. Hij kon ze niet bereiken omdat zijn telefoon nog in de trein lag.
Ooms: „Er was een arts uit de buurt, van een paar straten verderop, die kwam hier met zijn tas binnen en heeft nog iemand gehecht. Het was heel heftig.”
Ook de twee NS-conducteurs en de machinist van de goederentrein werden opgevangen in het huis van Ooms. „De machinist zei dat hij tegen een bouwkraan aanreed, die daarna omviel op het andere spoor. Daar reed die NS-trein vervolgens tegenaan.”
Saamhorigheid
De twaalf huizen in haar straat kijken uit op het spoor. De bewoners kennen elkaar al goed. „Van het wijntjes drinken in de voortuin”, zegt Saskia van Trigt, die in een hoekhuis woont. Deze nacht bleek die saamhorigheid. In twee huizen werden gewonden en andere reizigers opgevangen, de rest van de buurt zorgde voor cola, sinas en koekjes. De kinderen van Rebecca Ooms kregen tijdelijk onderdak bij Saskia van Trigt.
Zij werd wakker van de eerste klap en ging naar buiten. Ze hoorde mensen roepen: „Ik wil eruit, er is hier brand.” Haar zoon Ties (20) werd buiten aangesproken door een politieman die naar hun tuintafel, met een stalen frame, keek. Samen met de politieman sjouwde Ties de loodzware tafel naar de plek van het ongeluk. Daar werd de tafel in de sloot gelegd tussen het spoor en de wijk, zodat de slachtoffers naar de overkant konden komen.
Basisschool
De impact van het treinongeluk, net voorbij het station van Voorschoten, is groot. De kinderen van Rebecca Ooms blijven een dagje thuis. Op hun basisschool De Regenboog wordt in de klassen over het ongeluk gesproken. „Er zijn vast kinderen die van het treinongeluk hebben gehoord”, zegt juf Rea van groep 4. „Wie wil daar iets over zeggen?”
„Ons huis trilde helemaal. We konden niet meer slapen”, zegt een meisje.
„Er vlogen twee traumahelikopters over ons huis, die maakten heel veel lawaai”, zegt een ander meisje.
„Er zijn vijftien gewonden en een dode”, zegt een klasgenootje. „Dat heb ik van mijn moeder gehoord.”
„Ik ben zelf ook geschokken”, zegt juf Rea tegen haar leerlingen. De school staat vlakbij het station, de meeste kinderen wonen in de buurt. Conciërge Patrick loopt met een namenlijstje met afwezige kinderen rond. Vier kinderen uit twee gezinnen, die vlak bij het spoor wonen, blijven vandaag thuis.
Klap voor het dorp
Bij buurthuis De Boschbloem, even verderop, zijn alle activiteiten voor dinsdag afgelast om ruimte te maken voor buurtbewoners die hun verhaal kwijt willen. Het is er rond kwart over tien nog rustig. „Dit is een klap voor Voorschoten”, zegt wethouder en loco-burgemeester Paul de Bruijn die namens de gemeente in het buurthuis is. „Grote rampen gebeurden altijd ergens anders, maar het blijkt ook hier te kunnen.”
Lees ookOver de toedracht, de slachtoffers en de schade
Hij had zijn pieper nog per ongeluk aanstaan omdat hij dit weekend dienst had, dus was hij vannacht als een van de eersten op de hoogte. Ook veel ambtenaren meldde zich uit zichzelf vroeg op het gemeentehuis, zegt hij.
Buiten staan de raadleden Conny van der Krogt (GroenLinks) en Bart Lavrijsen (VVD). Ze wilden wat doen maar wisten niet wat, dus zijn maar naar het buurthuis gekomen, zegt Van der Krogt.
Voorschoten heeft ruim 25.000 inwoners en ligt vlak onder Leiden, een rustig dorp. Tot afgelopen nacht. „Dit is een ramp van nationale omvang, en jouw gemeenschap moet ermee aan de slag”, zegt Lavrijsen. „Omwonenden hebben in pyjama’s mensen geholpen. De vrijwillige brandweer is vijf uur lang bezig geweest.”
