Met de klinkende overwinning in het eerste EK-duel tegen Wales (3-0) heeft het Nederlandse elftal niet alleen gedaan wat het moest doen – winnen van de zwakste tegenstander in een sterke poule – maar ook het vertrouwen in bondscoach Andries Jonker hersteld.
In aanloop naar die eerste wedstrijd, zaterdagavond in Luzern, waren er meerdere onzekerheden rond Oranje, waarvan die rond de opstelling niet eens de spannendste was. Door zijn eigen toedoen had bondscoach Jonker aan de vooravond zijn eigen positie ter discussie gesteld.
Voor wat de selectie betreft was het lange tijd onzeker of het ideale aanvalsduo aan de wedstrijd zou kunnen beginnen, of überhaupt zou kunnen meedoen. Zowel Vivianne Miedema als Lineth Beerensteyn waren afgelopen seizoen langdurig geblesseerd en hebben hard moeten werken aan herstel. Miedema kon uiteindelijk spelen – en hoe. Op slag van rust maakte ze met een Van Bastiaanse actie haar honderdste doelpunt als international. Het brak de wedstrijd open en gaf haar teamgenoten de energie en inspiratie om de winst in de tweede helft snel veilig te stellen.
Beerensteyn, die sinds de aankomst vorige week in het basiskamp van Oranje aan de Thunersee pas een paar dagen weer volledig kon meetrainen, bleek in staat om de laatste twintig minuten in te vallen. In die slotfase liet ze de ruim 14.000 toeschouwers in het Allmend Stadion zien dat ze inderdaad een superspits is: fel in de duels, snel in de sprint, behendig aan de bal. Ze was twee keer heel dichtbij, maar doelpunten bleven nog eventjes uit.
Als Beerensteyn en Miedema voorspoedig van hun inspanningen herstellen zou het zo maar kunnen dat bondscoach Jonker bij de twee zwaarste klussen in de groepsfase – woensdag tegen titelhouder Engeland, zondagavond tegen Frankrijk – zijn gevaarlijkste voorhoede kan opstellen.
In het onderlinge duel tussen deze twee favorieten won Frankrijk zaterdag met 2-1 van Engeland. Dat kan om twee redenen gunstig zijn voor Nederland. Engeland zal komende woensdag meer risico moeten nemen, waardoor Oranje wellicht meer speelruimte krijgt. De Fransen zouden zich al in hun tweede duel, woensdag tegen Wales, kunnen plaatsen voor de kwartfinales. Dan heeft Nederland het volgende week in Bazel wellicht wat gemakkelijker in de laatste en beslissende groepswedstrijd.
KNVB gaf nooit opheldering
Buíten het veld speelde een andere kwestie die het Nederlands elftal op dit EK parten kan spelen: het gezag van bondscoach Andries Jonker. Dat kreeg in januari een flinke knauw toen de KNVB naar buiten bracht ná dit toernooi niet meer met hem verder te willen. Jonker en zijn speelsters kregen pas in februari de kans daarop te reageren. Op een persconferentie in Zeist liet de bondscoach toen blijken not amused te zijn maar wel netjes zijn contract uit te dienen.
De speelsters die er al iets over wilden zeggen – aanvoerder Sherida Spitse bijvoorbeeld – zeiden de bondscoach te blijven steunen. Jonker bleef maar zeggen dat de groep op het trainingsveld en in de wedstrijden voor hem en voor elkaar door het vuur bleven gaan. Dus de kwestie had volgens hem géén invloed op het team. Hij schroefde de ambitie op om op het EK voor de titel te gaan.
Het aanstaande vertrek en de manier waarop de KNVB dat besluit naar buiten had gebracht bleef niettemin vragen oproepen. Waarom precies de bond niet verder wil met Jonker, heeft verantwoordelijk KNVB-directeur Nigel de Jong nooit willen toelichten. Geruchten zwollen aan dat bepalende speelsters bij technisch directeur De Jong hebben geklaagd over de werkwijze van Jonker.
Het enige wat De Jong er zelf over zei: „We willen een nieuwe weg in slaan”. Al in april presenteerde hij de opvolger van Jonker: de 38-jarige Arjan Veurink – de huidige assistent van Sarina Wiegman, de bondscoach van Engeland.
Lees ook
Met haar honderdste doelpunt geeft Vivianne Miedema vleugels aan Oranje op dit EK
Merkwaardig genoeg was het Jonker zelf die op donderdag zijn onvrijwillige vertrek weer oprakelde. In een uitgebreid gesprek met de NOS Voetbalpodcast had hij gezegd wel degelijk te hebben overwogen om nog voor het EK op te stappen, zelfs nog vrij recent na een paar slechte wedstrijden in de Nations League eind mei, begin juni. Hij zei ook: ,,Als het contract van een trainer niet wordt verlengd, dan is de autoriteit van die trainer een andere.”
Vrijdagavond volgde een merkwaardige persconferentie in het stadion van Luzern, waarin Jonker woedend uithaalde naar een journalist die zijn verhaal in twijfel trok. En hij legde uit dat hij zijn uitspraken bij de NOS bewust had gedaan om zijn team op scherp te zetten en er een eenheid van te maken. Dat had hij intern ook al gedaan door kort voor het EK alle spelers en stafleden hun handtekening op een oranje shirt te laten zetten, als blijk van vertrouwen in de missie van het team: het EK winnen. Wie niet tekende, legde Jonker uit, kon naar huis.
Bliksemafleider of bluf?
Bij de volgende persconferentie, zaterdagavond na de wedstrijd, had Jonker zelf ook een iets andere lezing van het interview bij de NOS. Nee, het was geen vooropgezet plan maar toen hem eenmaal de vraag was gesteld over het vertrouwen in zijn eigen positie, „had ik hem maar ingekopt”. En vervolgens bedacht: ik kan dit bij de voorbespreking op de eerste wedstrijd inzetten om eenheid in het team te creëren. Hoe dan precies, wist hij ook zaterdagavond niet goed uit te leggen.
Wat Jonker nou precies bewogen heeft om zijn aanstaande vertrek weer onderwerp van speculatie te maken blijft vooralsnog onduidelijk. Wilde hij een bliksemafleider zijn om zijn speelsters uit de wind te houden? Of was het een ongelukkige slip of the tongue die hij vervolgens niet goed wist uit te leggen? In zijn eigen Amsterdams: heeft hij zichzelf klem geluld?
Of was het een staaltje bluf, om de indruk te wekken dat hij als bondscoach overal een uitgekiend plan voor heeft? In dat geval heeft Jonker bepaald een risico genomen. Want als Nederland tegen Wales nou niet goed had gespeeld en niet drie punten had gepakt, dan was niet alleen de uitgangspositie in de poule bijzonder zwak geweest maar ook – zoals Jonker het zelf al formuleerde – „de autoriteit” van de trainer.
