Wilders getuigt van broos vertrouwen tussen de formerende partijen

De coalitiepartijen die op alles grip willen krijgen, krijgen nog geen grip op elkaar. De reactie van Geert Wilders op de keuze van de VVD-senatoren om de spreidingswet aan een meerderheid te helpen, laat zien dat de vier partijen zich nog altijd afvragen wat ze aan elkaar hebben.

Wilders draaide er woensdag voor de toegestroomde journalisten niet omheen: „We hebben een groot probleem en dat moet de komende dagen worden opgelost.” Daarmee was de radiostilte van de eerste formatieweken gebroken en verbond Wilders de spreidingswet direct aan de formatie.

Wilders torpedeerde zo in één zin de uitleg die de VVD en partijleider Dilan Yesilgöz probeerden uit te dragen. Volgens Yesilgöz was het niet aan haar om de Eerste Kamerfractie voor te schrijven hoe er gestemd moest worden. Staatsrechtelijk is dat zuiver, maar dat is niet wat Wilders wil horen. De PVV-leider wil een VVD-partner op wie hij kan bouwen. Dat de senatoren van die partij lijnrecht tegen Yesilgöz ingingen, boezemde hem weinig vertrouwen in.

Eigengereid

Het is een teken dat de onderlinge twijfel tussen de vier onderhandelende partijen groot blijft, alle persberichten over goed verlopen gesprekken ten spijt.

De ironie wil dat de spreidingswet een eventueel kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB wel eens zou kunnen helpen. De verwachting is dat die wet leidt tot minder onvrede onder de gemeenten die nu het leeuwendeel van de opvang regelen, en tot minder kosten en minder onrust als gevolg van haastig opgetuigde asielzoekerscentra, zoals nu met regelmaat het geval is.

Maar voor Wilders telt ook iets anders. Anders dan in 2010, toen hij een kabinet van VVD en CDA gedoogde, is de PVV nu de grootste partij en lonkt volwaardige kabinetsdeelname. Uitglijders en controversiële keuzes zullen hem veel zwaarder worden aangerekend dan toen.

Hij heeft de VVD nodig, als leverancier van 24 zetels en als enige van de vier partijen met serieuze bestuurservaring. Maar de VVD is de klap van de verkiezingsuitslag nog niet te boven – de partij verloor tien zetels. Niet voor niets is het nu Yesilgöz die hint op een gedoogrol voor haar partij.

De VVD zit bovendien vol eigengereide senatoren die zich niet laten temmen door de partijtop, en burgemeesters die de noodzaak van de spreidingswet voor hun gemeente keer op keer hebben benoemd. Pragmatisme: ook dat is een product van bestuurservaring.

Concessiebereidheid

Op hun beurt vragen de andere partijen zich af hoeveel concessies Wilders nu echt heeft gedaan en bereid is te doen. De PVV-leider begon het jaar weliswaar door drie omstreden oude wetsvoorstellen in te trekken, maar dat ging om wetten die al jaren op de plank lagen. Bij de andere partijen wordt geconstateerd dat Wilders ook veel voorstellen níet heeft teruggenomen.

Volgens een betrokkene bij het formatieproces heerst bovendien irritatie bij de formatiepartners over het tweetgedrag van Wilders. De PVV-leider, die tijdens de verkiezingscampagne bezwoer wat milder te zijn geworden, heeft zo nu en dan nog altijd dezelfde neiging als Donald Trump in de VS: scherpe of boze berichten op social media zetten.

Zo zette hij zich afgelopen weekend op X, in het Engels, opnieuw af tegen de „traditionele media” die volgens hem „worden gedomineerd door links-liberaal woke gedreven ‘intellectuelen’ die in een fake fantasiewereld leven”. In het verleden noemde hij journalisten „tuig van de richel”.

Maandag schreef hij een korte, afkeurende recensie van het rapport van de commissie-Van Zwol over de demografische vooruitzichten in Nederland: „De asiel- en migratie-instroom moet echt veel forser worden beperkt”, fulmineerde Wilders op X.


Lees ook
Staatscommissie Demografie: beperken migratie nodig om welvaart te behouden

Een plek met tijdelijke woningen voor arbeidsmigranten in de Limburgse gemeente Horst.

Onverstandig en niet dienstbaar aan het onderhandelingsproces, zo oordelen gesprekspartners aan de formatietafel: inhoudelijke verschillen van inzicht dien je eerst onderling te bespreken.

Kabinetten worden nooit gevormd omdat ze de dromen van alle formerende partijen tot in ieder detail waarmaken. Kabinetten zijn levensvatbaar als ze voor de deelnemende partijen beter aanvoelen dan de alternatieven: een tocht naar de oppositiebanken of nieuwe verkiezingen.

Zijn ze zover? Alleen bij BBB, de kleinste van de vier, valt van twijfel weinig te merken. Om voor de rest de sprong te wagen is een grote mate van onderling vertrouwen nodig, het vertrouwen dat de ander je niet wipt of laat vallen. En laat dat vertrouwen deze dagen nou net broos zijn.