Wereldheerschappij? De AI in ‘Murderbot’ is geen Terminator, maar een rustige eenling die liever series kijkt

Wat gebeurt er als een AI-gedreven robot zichzelf weet los te hacken uit de systemen die hem in bedwang houden? Marteling, moord, wereldheerschappij – in scifi én toenemend interviews met sommige experts eindigt de opkomst van AI eigenlijk altijd in onze ondergang. Maar wat als de betreffende robot niks anders wil dan rustig in zijn eentje series kijken?

De androïde ‘Murderbot’ uit de gelijknamige serie (gebaseerd op boekenserie The Murderbot Diaries van Martha Wells) is geen Terminator, maar een sociaal onhandige einzelgänger die na de persoonlijke ‘bevrijding’ gewoon doorgaat met het werk. Een moordpartij? Dat zorgt alleen maar voor onnodige aandacht, terwijl het (Murderbot gebruikt voor zichzelf uiteraard ‘het’ als voornaamwoord) nog honderden afleveringen van de ‘hoogkwalitatieve’ soapserie The Rise and Fall of Sanctuary Moon te downloaden heeft. Een sterke plotwending levert een veel grotere digitale dopaminerush dan het hoofdpijndossier dat mensen (‘allemaal idioten’) onderdrukken heet.

De boomlange Zweedse acteur Alexander Skarsgård was altijd stiekem een wat excentrieke verschijning, maar de drama- en actiegenres van het gros van zijn werk (True Blood, The Northman) hielden zijn vreemdere randjes in toom. In deze scifi-comedy mag hij los –zijn robotpersonage wil niemand aankijken, staat het liefst stijf in de hoek, en emoties zorgen voor rare trekjes in zijn gezicht. Alsof het even niet weet wat het ermee aan moet. Zo maakt Skarsgård de robot zowel aandoenlijk als vervreemdend. Nogal logisch, denk je dan, dat de neurotische hippies waar Murderbot aan wordt verhuurd niet weten wat ze van de robot moeten denken.

Het universum wordt hier met brede penseelstreken geschilderd: centraal staat de Corporation Rim, een verzameling hyperkapitalistische planeten waar de meeste mensen onder het juk van grote bedrijven leven. Ze zitten vast aan wurgcontracten of worden soms zelfs via kunstmatige verslavingen gedwongen om werk te leveren. De hippies komen van een planeet buiten dit gebied, een soort grote wetenschappelijke commune waarin vrijheid en aan-jezelf-werken centraal staat. Ze hebben geld nodig, dus besluit leider Mensah (Noma Dumezweni) om in samenwerking met een gigantisch bedrijf een afgelegen planeet te verkennen, op zoek naar grondstoffen. Uit verzekeringsoverwegingen moeten ze van het bedrijf een beveiligingsrobot inhuren. De wetenschappers uit Mensahs team vinden het maar lastig: zij zien dergelijke robots als vrije wezens met een bewustzijn. Is dit niet gewoon een vorm van slavernij?

Polyamoureuze gesprekken

De arme androïde wordt al snel gedwongen om de wetenschappers te redden van hun eigen naïviteit – en uren aan emotionele polyamoureuze onderhandelingsgesprekken aan te horen. Het ergst: de eindeloze vragen over de eigen emotionele gesteldheid, die Skarsgård in korte, feitelijke zinnen moet pareren. Ondertussen ratelt Murderbot in de voice-over eindeloos door over eigen gedachten en lievelingsseries. De humor is, kortom, gemakkelijk te vinden.

Het probleem: er is óók een plot –een reeks geheimzinnige en gevaarlijke gebeurtenissen die plaatsvinden op de planeet, en de commune in gevaar brengen. De balans tussen dit sciencefiction-spionnendrama en de dikke laag comedy is vrij lang zoek in dit seizoen. Moeten we de leden van de commune sympathiek vinden, of alleen om ze lachen? Zijn ze incompetent of juist niet? Het is lastig om je echt zorgen te maken dat Murderbot iets overkomt als tegelijkertijd wetenschappers buiten staan te klungelen, of om je te bekommeren om een driehoeksrelatie als de serie er zelf continu grappen over maakt.

Vermakelijke brokjes

In een boekenreeks kan je het nog verklaren met een onbetrouwbare verteller (Murderbot, die het afschuwelijk vindt dat het van deze mensen gaat houden). Maar de serie Murderbot voelt vaak klein aan, als een knusse sitcom, terwijl er allerlei grote scifi-gebeurtenissen plaatsvinden. Het ongemak begint pas in de laatste afleveringen weg te vallen, wanneer de reeks het aandurft om iets volledig serieus te nemen.

Tegelijk, deze serie is zeer behapbaar, met vermakelijke brokjes van zo’n half uur per stuk. Er valt altijd wel wat te lachen, er is altijd íets dat de nieuwsgierigheid prikkelt. En je moet respect hebben voor de beslissing om een tv-sterrencast –John Cho, Clark Gregg, Jack McBrayer – in te zetten voor de kleine fragmentjes van Murderbots favoriete serie, Sanctuary Moon. De robot aapt deze serie-binnen-de-serie continu na. Dan wil je wel weten waarom het zo aanstekelijk is – en daar slagen makers Paul en Chris Weitz met dank aan de acteurs prima in.

Murderbot heeft zeker potentie. Dit is een uitstekende tijd voor series over de betekenis van identiteit en (zelf)bewustzijn in een commerciële wereld, voor wat het zou betekenen als machines echt intelligent worden, voor overpeinzingen op hoe we de wereld prettiger kunnen maken voor elkaar. Met een beetje schaafwerk valt Murderbot best te verheffen tot ‘hoogkwalitatief entertainment’.