Wegkijken bij onrecht, dat doe je niet op de Berlinale

Of ze wel beseft dat de Berlinale een heel politiek filmfestival is? „Dat hoor ik hier de afgelopen 48 uur continu”, antwoordt juryvoorzitter Lupita Nyong’o op haar persconferentie afgemeten. „Maar alles is politiek toch?”

Een prudente dooddoener gezien de vele open brieven en dreigende acties bij het 74ste filmfestival van Berlijn. Beter je op de vlakte te houden; in Berlijn eist de pers sinds de jaren zeventig op bitse toon correcte standpunten, zo merkte juryvoorzitter Jeremy Irons toen hij in 2020 door het stof moest wegens oude opmerkingen die inmiddels seksistisch en homofoob waren.

Dit jaar dreigde uit talloze hoeken heibel. Aan de openingsfilm ligt dat niet: het ingetogen Small Things Like These van de Vlaamse regisseur Tim Mielants gaat over misbruik van Ierse ‘gevallen vrouwen’: in door nonnen gerunde Magdalena-wasserijen werden ongehuwde moeders gedwongen hun baby’s af te staan en dwangarbeid te verrichten.

Over de katholieke kerk als schurk valt vrijwel niemand, en het probleem is dit jaar ook niet zozeer taxichauffeurs die protesteren tegen festivalsponsor Uber of bioscoopmedewerkers die betogen voor een hoger loon. Vooral de oorlog in Gaza werkt het festival op de zenuwen; pro-Palestijnse betogers brachten het Sundance-festival en IDFA eerder in het nauw.

Midden-Oosten

Op de Berlinale staan de zaken op scherp gezien de historische Duitse sympathie voor Israël; Eisenmans Holocaust-monument ligt op een paar honderd meter van het festivalhart. De actiegroep Strike Germany roept om die reden op tot een culturele boycot, slechts twee filmmakers gaven daar tot dusver gehoor aan.

De Berlinale sprak in januari proactief en neutraal zijn steun uit voor slachtoffers van oorlogsgeweld en keerden zich tegen antisemitisme, islamofobie en haatzaaien. Er is een ‘tiny space’ – een soort blokhut – naast de rode loper gebouwd waar liefhebbers drie dagen mogen soebatten over het Midden-Oosten. Een groep invloedrijke medewerkers van de Berlinale eist als ‘Berlinale Workers Voice’ evenwel een hardere opstelling tegen Israël.

Dan was er nog heisa over het inviteren van politici van het extreemrechtse AfD op de rode loper. Zij waren er vorig jaar ook bij, maar nu betoogden Duitsers wekenlang massaal tegen de AfD nadat partijleden in november een ‘remigratie-masterplan’ bleken te hebben besproken. De Berlinale verdedigde de invitatie eerst als protocol: de Bondsregering steekt jaarlijks 14 miljoen euro in het filmfestival en nodigt in ruil honderd representatieve politici uit. Maar na een protestbrief van 200 filmmakers en een dreigende blokkade van de rode loper werd de invitatie van AfD-politici toch maar ingetrokken.

De rode loper wordt gelegd voor de 74ste Berlinale, het filmfestival van Berlin.
Foto Clemens Bilan/ EPA

Hollywoodglamour

Tenslotte is er het weinig elegante vertrek van de ‘Doppelspitze’ die de Berlinale sinds 2019 leidt: zakelijk directeur Mariëtte Rissenbeek (68) en artistiek directeur Carlo Chatrian (52). Toen Rissenbeek in de herfst haar pensionering aankondigde, liet de staatsminister (een soort staatssecretaris) voor Cultuur Claudia Roth (De Groenen) weten na dit jaar terug te willen naar een eenhoofdige leiding. Chatrian wilde wel praten over ‘een rol in het nieuwe team’, maar dat bleek niet de bedoeling.

Chatrian bracht eerder het filmfestival van Locarno tot een hoog artistiek niveau en deed dat – voor zover de pandemie en een krimpend budget dat toestonden – ook in Berlijn. Zijn zwakke punt is Hollywood; de Berlinale begon ooit als etalage van Hollywoodglamour om Oost-Duitsland de ogen uit te steken. Berlijn eist – naast een correcte stellingname – ook sterren op de rode loper. Nu lijkt die dit jaar niet slecht gevuld met Matt Damon, Martin Scorsese, Cillian Murphey, Adam Sandler, Kristen Stewart en Carry Mulligan, maar topfilms als The Grand Budapest Hotel of Boyhood lijken lang geleden op de Berlinale.

De nieuwe directeur is inmiddels bekend: Tricia Tuttle van het filmfestival van Londen, die de weg kent in Hollywood. Tuttle heeft wat plooien glad te strijken, ook daar: Martin Scorsese en Kristen Stewart bevonden zich onder de 400 filmmakers die in september een open brief ondertekenden waarin ze staatsminister Claudia Roth „schadelijk, onprofessioneel en immoreel gedrag” verweten bij het wegwerken van Chatrian.

Stug en loodzwaar

De line-up van de 74ste Berinale lijkt een soort afscheidsstatement van Chatrian: een radicale, gewaagde competitie die cinefiele harten sneller doet kloppen. De openingsfilm, vaak een luchtig niemendalletje om in de stemming te komen, is ditmaal een stugge en loodzware film geschoten in schemerlicht, kolengruis en natte sneeuw. Small Things Like These is een one man show van de Ierse acteur en Oscarkandidaat Cillian Murphy (Oppenheimer) naar een novelle van de Iers schrijver Claire Keegan (The Quiet Girl). Als stille, goedhartige kolenboer Bill Furlong treft hij bij de levering van kolen aan het klooster een klappertandend meisje in het kolenhok: een straf van de nonnen. Zelf een ‘bastaard’ en vader van vijf dochters, is het helder wat Bill erover denkt, maar de kerk is machtig en eist omèrta, geheimheiding: stelt Bill zijn bedrijf, gezin en toekomst in de waagschaal? Na anderhalf uur interne strijd, flashback en roetzwarte handen wassen – metafoor! – volgt een niet geheel onverwachts besluit in deze schilderachtige, sfeervolle film die net iets te vol van zichzelf is. Wegkijken bij onrecht, dat doe je niet op de Berlinale.

Op de rode loper organiseerde de Berlinale zelf actie: vijftig filmmensen scandeerden ‘Defend democracy!’ terwijl die leus op het jumboscherm oplichtte. Een actrice droeg een ‘Fck AfD’-ketting – terwijl Matt Damon en Cillian Murphy even verderop euforisch werden toegejuicht.

https://www.youtube.com/watch?v=jxJbml7-9VE