Actrice en theatermaker Elvis de Launay staat er een beetje beduusd bij. Ze heeft ons net verteld dat er dreigementen zijn geuit richting Theater Bellevue omtrent de voorstelling die ze straks desondanks voor ons gaat spelen. Over de redenen voor de dreiging zegt ze zelf ook niet veel te weten – maar, zo speculeert ze, het zou te maken kunnen hebben met enkele antisemitische uitspraken die Elsa von Freytag-Loringhoven heeft gedaan. Of misschien gewoon met het feit dat er een naakte vrouw op de poster stond. Nou ja. Laten we dan maar beginnen?
Een deel van het aanwezige publiek lijkt volledig in de dreiging te geloven en moedigt De Launay aan om zich niet te laten intimideren. Het is een sterk en goedgekozen ontregelend begin dat de toon zette voor een voorstelling over een ontregelende vrouw. Barones Elsa von Freytag-Loringhoven (1874-1927) was een van de meest radicale kunstenaars van haar tijd: ze maakte haar eigen lichaam tot canvas in wat tot de eerste voorbeelden van performancekunst kan worden gerekend, was een pionier op het gebied van klankpoëzie, en maakte enkele van de eerste ready-mades. De laatste jaren hoopt het bewijs zich op dat zij, en niet Marcel Duchamp, de kunstenaar van het beroemde Fountain was.
Theatermaker Ludwig Bindervoet worstelt in zijn tekst openlijk met de vraag hoe je een kunstenaar als Von Freytag-Loringhoven recht doet in een voorstelling een eeuw na dato. In eerste instantie trakteert De Launay het publiek op een geschiedenisles. Bijna achteloos somt ze de belangrijkste feiten op – tot ze zichzelf verwijt tóch in de valkuil van het biografische theater te zijn getrapt. Is de kunstenaar niet meer dan haar privéleven? Kunnen we haar niet veel beter via haar kunst tot leven wekken?
Elvis de Launay met hond Pinky in de voorstelling Mama Dada. Foto Sanne Peper
De diepste krochten
In de indrukwekkende performance die volgt, tracht De Launay de kunstenaar dan ook zo goed mogelijk te belichamen. De dada-poëzie van Von Freytag-Loringhoven speelt daarin een belangrijke rol, en de actrice lijkt de voordracht ervan uit de diepste krochten van haar ziel op te roepen. Daarnaast roepen de kostuums van Carmen Schabracq perfect de collagestijl van de kunstenaar op: uit huis-tuin-en-keukenobjecten creëert De Launay hoogst oorspronkelijke creaties, die haar het voorkomen van een mythologisch figuur geven.
Net als in eerder werk breekt Bindervoet in Mama Dada een lans voor de onbeheersbaarheid van kunst. In een geestige scène met sokpoppen laat hij De Launay twee kunstbeschouwers opvoeren die Von Freytag-Loringhoven in hedendaagse feministische termen proberen te vangen, en haar zo voor hun eigen ideologische karretje willen spannen. Steeds opnieuw verwerpt Mama Dada de neiging om kunst tot een eenduidige betekenis te reduceren.
Die onbeheersbaarheid wordt nog het beste belichaamd door de hond die ook op de speelvloer aanwezig is: Pinky, de trouwe viervoeter in wiens gezelschap de barones uiteindelijk overleed. Het dier luistert lang niet altijd naar wat De Launay van hem wil, wat nog een extra laag van weerbarstigheid aan de performance toevoegt. Niemand kan de kunst bedwingen, overmeesteren of controleren, betoogt Mama Dada – óók de kunstenaar zelf niet.
Ja, als een schilderij dat je hebt verkocht als ‘omgeving van Rembrandt’ voor miljoenen meer wordt doorverkocht als daadwerkelijke ‘Rembrandt’, dan is dat jammer. Maar de vrouw die dit overkwam, heeft géén recht op een schadevergoeding van veilinghuis Christie’s. Dat oordeelde de rechtbank te Amsterdam in een vonnis dat vorige week werd gepubliceerd.
De rechter spreekt zich niet uit over de vraag of het nu wel of geen Rembrandt is, maar concludeert: Christie’s heeft het onderzoek naar die vraag goed genoeg uitgevoerd. De voormalig eigenaresse hoopte op een schadevergoeding van 10 miljoen euro, die krijgt ze niet.
De vrouw had Aanbidding der koningen sinds 1984 in haar bezit, het was een cadeau van haar inmiddels overleden man, een Duitse kunsthandelaar. Hij kocht het werk destijds voor 35.000 gulden als schilderij uit de ‘kring’ van Rembrandt. Het is een klein werk, 24,5 centimeter bij 18,7, een in geel-bruintinten opgezette bijbelse scène met een naamplaatje van ‘Rembrandt Harmensz van Rijn’. Het werk is in een paar onderzoeken uit de jaren vijftig en zestig wel toegeschreven aan Rembrandt, en ook wel eens tentoongesteld als Rembrandt, in 1955 in Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam, in 1960 in het Centraal Museum in Utrecht, bijvoorbeeld. In andere onderzoeken is de toeschrijving weer ‘afgeschreven’.
Anderhalf jaar onderzoek
Christie’s oordeelde in 2021 na zo’n anderhalf jaar onderzoek op verzoek van de toenmalige eigenaresse dat het werk géén Rembrandt was. Het stuk werd ruim boven de vraagprijs van 10.000 euro verkocht, voor 860.000 euro. Het werk had „potentie”, aldus een kunsthandelaar die het verloor van de hoogste bieder.
De nieuwe eigenaar, kunsthandelaar Hazlitt, Gooden & Fox, vroeg veilinghuis Sotheby’s onderzoek te doen naar het werk. Dat bedrijf concludeerde: „De eigenschappen van dit schilderij verbinden het werk zo nauw aan Rembrandts artistieke persoonlijkheid, dat het onredelijk zou zijn om te denken dat iemand anders dit geschilderd heeft kunnen hebben.” Wél een Rembrandt, kortom.
Daarop gebeurde wat de voorgaande eigenaresse zo steekt: het kleine schilderij werd verkocht voor 12,8 miljoen euro. Door een ‘garant’, weliswaar. Dat is een partij die het veilinghuis belooft een werk te kopen voor een vastgesteld minimumbedrag, als dat verder door niemand geboden wordt.
Lees ook
Dit bericht uit 2023: ‘Aanbidding der Koningen’ nu wel als Rembrandt naar veiling – met duizend keer hogere richtprijs
„Dit is absoluut mijn beste werk en ik ben op een kruistocht om het iedereen te vertellen.” Regisseur en schrijver Tony Gilroy is tegen de site IndieWire trots op zijn serie Andor en inmiddels hebben unaniem lyrische recensies hem gelijk gegeven. Het tweede seizoen van Star Wars-serie Andor maakt alle hoge verwachtingen waar en kan zich meten met de beste series van de afgelopen jaren. Hoewel de serie onderdeel is van het beroemde ‘merk’ Star Wars, was het een enorme gok voor Disney.
Op de jaarlijkse bijeenkomst voor Disney-investeerders presenteerde hoofd van Lucasfilm Kathleen Kennedy in 2020 de ambitieuze plannen voor komende projecten. De boodschap was destijds duidelijk: het Star Wars-universum zal agressief uitdijen en streamingkanaal Disney+ is dé plek om het mee te maken. Tussen titels als The Mandalorian en Obi-Wan Kenobi leek Andor (2022) het buitenbeentje van deze line-up: een prequel-serie van Rogue One (2016). Deze film speelt zich af voor de oorspronkelijke film Star Wars: A New Hope (1977) van bedenker George Lucas en volgt verzetsstrijder Cassian Andor (Diego Luna), een personage dat ook nog eens aan het einde van de film sterft.
Niet meteen een overtuigend concept om een hele serie voor op te tuigen, en al helemaal niet om een astronomisch budget te rechtvaardigen. Zakenblad Forbes wist door allerlei belastingconstructies en het creatief boekhouden heen te prikken en constateert dat beide seizoenen bij elkaar opgeteld 645 miljoen dollar hebben gekost. Zelfs in deze tijden van exploderende seriebudgetten zijn dat gigantische bedragen. Waarom kreeg Andor zoveel ruimte?
Star Wars voor volwassenen
Conceptueel roeit Andor tegen alle Star Wars-conventies in. De galactische strijd tussen goed en kwaad is meestal helder gedefinieerd in het Star Wars-universum zoals George Lucas het oorspronkelijk bedacht. Helden kunnen twijfelen of verleid worden door het kwaad, maar zullen uiteindelijk met morele zuiverheid overwinnen. Andor richt zich niet op de mythische Jedi of Sith maar volgt de opkomst van de Rebellenalliantie via gewone helden die zich soms tegen wil en dank verzetten tegen de oprukkende macht van het Keizerrijk.
Revolutionairen Cassian Andor en Luthen Rael (Stellan Skarsgård) weten dat ze vechten voor een doel dat alle middelen heiligt, anderen in het verzet zoals de diplomaat Mon Mothma (Genevieve O’Reilly) komen daar gaandeweg achter. Daarbij hoort het besef van de personages dat de overwinning hun alles – eer, familie of hun leven – zal kosten, zonder garantie dat ze er zelf nog bij zijn om op de winst te proosten. „Ik verbrand mijn leven voor een zonsopgang die ik zelf nooit zal zien”, zei Luthen in een onder fans inmiddels legendarische monoloog. Het tweede seizoen zal iedereen in het verzet nog veel verder op de proef stellen.
Foto Disney / Lucasfilm
Maker Tony Gilroy is bekend van onder andere de Bourne-trilogie en het dna van deze rauwe actiefilms zie je ook terug in deze serie. Andor is in de eerste plaats een politiek spionagedrama dat Star Wars gebruikt om alle ruimte op te zoeken die dit universum biedt. Deze keer geen kindviendelijke pulp maar een serieuze serie die fascisme bij de hoorns pakt en daarbij volwassen thema’s als (post-traumatische stress van) marteling, extremistisch verzet en seksueel geweld niet schuwt. Niet voor niets werd het eerste seizoen van Andor genomineerd voor acht Emmy’s, waaronder voor Beste Dramaserie. Andor was daarmee een ‘prestigeserie’ geworden in de categorie Game of Throne of Breaking Bad.
Kijkcijfers
Het merk Star Wars is allang geen garantie meer voor succes maar het is extra pijnlijk als projecten vroegtijdig worden afgeblazen. Dit overkwam The Acolyte (2024), een verfrissende maar wisselend ontvangen serie die zich nog voor de prequel-trilogie afspeelt. Deze serie werd het slachtoffer van een online haatcampagne, inclusief het massaal posten van slechte recensies en bedreigingen richting de (zwarte, vrouwelijke) cast. De haat was letterlijk blind: woest klikkend haalden boze ‘fans’ op filmdatabase IMDB ook de Australische horrorfilm Acolytes flink naar beneden. Buiten deze storm zijn er enkele overeenkomsten en verschillen met Andor.
Net zoals met budgetten zijn streamingdiensten doorgaans ook terughoudend met het delen van kijkcijfers. Om toch een beeld te krijgen, moeten we vertrouwen op de cijfers van Nielsen, het Amerikaanse instituut dat kijkgedrag registreert.
Lees ook
Lees ook: Het Star Wars-universum snakt naar een nieuwe visie
Op het eerste gezicht lijken het openingsseizoen van zowel Andor als The Acolyte duidelijke flops. Andor begint het slechtst: de eerste drie afleveringen die tegelijk online kwamen, halen slechts een gemiddelde van 5,07 miljoen kijkers per aflevering. The Acolyte deed het iets beter en begon met twee afleveringen waar gemiddeld 5,95 miljoen per aflevering naar keken. Deze serie piekte in aflevering drie met 8,8 miljoen kijkers. Ter vergelijking: het derde seizoen van vlaggenschip The Mandalorian opende met 18,76 miljoen kijkers.
Aangekomen bij de seizoensfinales kantelde dit beeld compleet. The Acolyte sloot af met 6,83 miljoen kijkers, terwijl Andor 12,48 miljoen kijkers binnenhaalde. Na een trage start had Andor zijn publiek gevonden, terwijl The Acolyte juist kijkers was kwijtgeraakt. Zonder de rugdekking van fans en critici werd het budget van zo’n 230 miljoen dollar een molensteen om de nek van The Acolyte. Disney trok al snel de stekker uit de serie.
Weg voorwaarts
Hoewel het verhaal van Andor juist wegblijft van mythische helden, heeft het achter de schermen wel degelijk veel te danken aan een messias-achtige figuur. Tony Gilroy werd aanvankelijk ingevlogen om te helpen nieuwe scènes te schieten voor Rogue One, een film die tot laat in het productieproces niet van de grond kwam. Dankzij deze reddingsoperatie werd Gilroy Star Wars ingezogen, een franchise waarvoor hij voorheen weinig eerbied had.
Na twee seizoenen sluit Andor nu chronologisch aan bij de film waaruit de serie ooit ontsproot, waarmee de cirkel rond is. Met Andor verlegt Gilroy de grenzen van wat en hoe goed Star Wars kan zijn, een welkom voorbeeld nu het in een identiteitscrisis verkeert. Niet slecht voor iemand die zelfverklaard „geen fan van Star Wars is”.
Andor seizoen 2 is nu te zien op Disney+. Elke week drie afleveringen en twaalf aflevering in totaal.
Volgens Sara Kroos (44) bestaan er twee soorten mensen: thrillseekers die gek zijn op activiteiten als bungeejumpen en mensen die „net iets te vaak in vrije val zijn gevallen of geduwd door een ander”. Zij vermijden spanning en sensaties daarom zoveel als mogelijk.
Ondanks deze wel erg onnauwkeurige indeling van de mensheid, begrijp je dat Kroos zichzelf in de tweede categorie indeelt. En voor wie Kroos’ boek Rood is ja (2022) niet heeft gelezen, geeft ze in haar elfde voorstelling de ‘havo vijf ChatGPT-samenvatting’: als kind werd ze seksueel misbruikt door een familielid en een paar jaar geleden nogmaals door de therapeut die haar zou helpen bij de verwerking van het eerdere misbruik. Kroos: „Het voordeel van seksueel misbruikt worden door je eigen psycholoog is dat je er meteen met iemand over kan praten.”
Aan het begin van Prikkelarme kermis kondigt Kroos aan dat het slechts zeven minuten over seksueel geweld zal gaan. Slechts „3 procent van de hele avond”. Dus ze zal het gezellig houden, lijkt de suggestie: „Voor de rest is het alleen maar entertainment wat de klok slaat.”
Ruimte voor interpretatie
Het zijn uitspraken die ruimte laten voor interpretatie: is het kritiek op een cabaretpubliek dat vooral makkelijk verteerbare kost voorgezet wenst te krijgen? Of is Kroos zelf van mening dat dat het beste resultaat oplevert? Je neigt naar dat laatste – waarom doet ze het anders – hoewel een opmerking later in de voorstelling toch vooral schamper klinkt: „Maar dat zal wel een héle filosofische gedachte zijn op een avond vol entertainment.” Alsof Kroos eigenlijk wel trek heeft in meer filosofische gedachten, maar dat de cabaretwetten haar dwingend voorschrijven dat ze iets anders moet bieden.
Het resultaat hiervan is wisselend. Mooi is de manier waarop Kroos haar traumatische ervaringen bespreekt terwijl ze het er slechts zeven minuten expliciet over heeft. Gedragspatronen, waaronder het ten koste van bijna alles willen vermijden om nee te moeten zeggen tegen iemand, komen uiteraard in van alles tot uiting. Ook in minder benarde situaties, zoals wanneer een kaasbedrijf of kapper je producten wil verkopen waar je eigenlijk geen interesse in hebt. Door korte vooraankondigingen over trauma’s en seksueel geweld krijgen dergelijke herkenbare huis-tuin-en-keukensituaties meer betekenis.
Lees ook
een interview met Sara Kroos: ‘Seksueel geweld is echt de jackpot qua schaamte’
Olijke kippennamen
Minder geslaagd is de overdaad aan grappen waar Kroos haar anekdotes mee volstouwt. Deze zijn vaak nogal flauw of voorspelbaar. Geregeld legt Kroos de lat voor wat entertainment moet zijn wel erg laag, bijvoorbeeld als ze nadrukkelijk stilstaat bij de olijke namen van haar kippen: Tandoori, Kerrie en Nugget. Leukere grappen zijn meer originele typeringen, zoals die over het ‘21-diner’ van haar dochter: „Een soort laatste avondmaal, maar in plaats van Jezus zit er een verwende Gen-Z’er met een fles pinot grigio in het midden die het huis niet wil verlaten.”
Het spervuur aan fletse grappen ontneemt er soms het zicht op dat Kroos een heel sterke en natuurlijke verteller is. Zowel over triviale als over meer serieuze onderwerpen kan ze aantrekkelijk en meeslepend praten. Op die momenten is ze het grappigst en voel je het meest contact met haar, en daar biedt Prikkelarme kermis ook het beste entertainment.