Wat vindt NRC | ‘Resultaat onbekend’ is te mager voor een overheid die de burger veel belooft

Terecht ging de aandacht woensdag onmiddellijk uit naar harde conclusies die de Algemene Rekenkamer, die beoordeelt of het Rijk zijn uitgaven rechtmatig heeft besteed, trok over drie ministeries. Verantwoordingsdag wordt, zo bleek ook afgelopen jaren, niet onterecht ‘Gehaktdag’ genoemd.

In de gehaktmolen belandden ditmaal de ministeries van Buitenlandse Zaken, Defensie en Justitie en Veiligheid – juist op het moment dat geopolitieke spanningen ervoor zorgen dat je hoopt dat bij déze departementen men de zaken op orde heeft. Maar met „enig gemak” kon de Rekenkamer binnendringen bij commandocentra, fregatten en munitiedepots van Defensie, als waren de rekenmeesters tv-presentator Alberto Stegeman. Opnieuw overigens, in 2022 constateerde de Rekenkamer ook dat „militaire objecten die het zwaarst beveiligd horen te zijn, dat in de praktijk niet zijn”.

Eveneens kreeg Justitie en Veiligheid al eerder te horen dat namen verwisseld zijn bij strafzaken. Daardoor kunnen daders van zeden- en geweldsdelicten vrij blijven rondlopen. En dus ook: onschuldige burgers kunnen daardoor onbewust voorkomen in databanken. Onderzoek van de Rekenkamer wijst verder uit dat het Openbaar Ministerie bijna één op de vijf slachtoffers van criminaliteit niet goed informeert over het verloop van de strafzaak.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken is onderwijl overgestapt op een eigen „afwijkende” financiële administratie „in strijd met de normen uit de comptabele wet- en regelgeving” en heeft geen goed zicht op „hoeveel en welke verplichtingen” er zijn of „welke voorschotten hij precies heeft verstrekt met publiek geld”.

Voor politici is terugkijken naar wat beleid heeft opgeleverd een minder favoriete bezigheid. Daarom blijft Prinsjesdag, de dag waarop de regering haar plannen presenteert, voor hen zo’n feestelijk moment – ook als je de hoedjes en koetsen wegdenkt. Het is een dag vol energie, vol mogelijkheden.

Ook op alle overige dagen zijn beloftes makkelijk gemaakt, proefballonnetjes makkelijk opgelaten, kortetermijnbeleid makkelijk gelanceerd. Daarom blijft het een goede zaak dat overige Hoge Colleges van Staat – Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale Ombudsman – met beide benen op de grond blijven staan en kijken naar grondwettelijkheid, uitvoering, doelmatigheid, onbehoorlijk gedrag van de overheid, en letten op burgers die in de knel komen.

Dat de teneur van de afgelopen 25 Verantwoordingsdagen steeds hetzelfde is, blijft daarom teleurstellend: er wordt te veel beloofd, om aan partijpolitieke wensen te voldoen te veel tussentijds gesleuteld aan beleid, en – misschien wel het belangrijkste – te vaak is onduidelijk of doelen worden gehaald, nog los van personeelstekorten waardoor dat moeilijker wordt. Zoals de president van de Algemene Rekenkamer, Pieter Duisenberg, het woensdag zei: „Helaas zien we veel vaker dat doelstellingen en resultaten niet op elkaar aansluiten, dat de resultaten ondermaats zijn, of dat niet duidelijk is wat de resultaten zijn. Dat komt ook omdat het niet altijd duidelijk is wat het resultaat moest zijn.”

De voorbeelden die in het rapport staan, komen bij vrijwel alle ministeries vandaan. Neem het doel dat Nederland tot „de top hoort als het gaat om onze bereikbaarheid”. Welke top? De Europese, de wereld? Wiens bereikbaarheid? Onduidelijk. Wel concludeert de Rekenkamer dat er te weinig geld is om wegen, viaducten en bruggen te onderhouden.

Of neem het doel dat de ‘economische diplomatie’ voor het midden- en kleinbedrijf moet worden uitgebreid om het „verdienmodel” van Nederland te versterken. Daaraan is 275 miljoen euro besteed. Het mkb is „zeer tevreden, maar het resultaat is onbekend”. De minister van Volkshuisvesting blijkt verder wél zicht te hebben op de aantallen woningen voor ouderen waarvoor plannen zijn gemaakt, maar niét op wat daadwerkelijk is gebouwd. Die cijfers worden niet bijgehouden.

Risico’s worden verder niet voldoende meegenomen in besluitvorming. Zo ziet het kabinet kansen in artificiële intelligentie (AI), maar die worden niet afgewogen tegen de risico’s. Het Rijk heeft beperkt zicht op data die in de cloud worden opgeslagen, ook daar zijn „de vereiste strategische risicoafwegingen niet gemaakt”. Je vraagt je als burger na het lezen van het rapport af wat er wél goed gaat. In elk geval dat van de bijna 385 miljard euro aan overheidsuitgaven, minder dan 1 procent niet volgens de regels is uitgegeven of niet klopt. Het huishoudboekje is dus op orde.

Waar de burger echter terecht om vraagt, is zichtbaar resultaat. Belofte maakt schuld, en de overheid zou moeten wéten of ze die inlost. ‘Resultaat onbekend’ is te mager.