Stenen die zuurstof maken, waarom ook niet? De diepzee doet wetenschappers wel vaker versteld staan, nu er steeds meer onderzoek naar wordt gedaan. Zo werden er vorig jaar opeens 5.000 nieuwe soorten bekend, soms met de meest wonderbaarlijke verschijningsvormen. En blijken sponzen zich over de bodem te kunnen verplaatsen, terwijl ze geen poten of zelfs maar een zenuwstelsel hebben.
Maar stenen die zuurstof maken, dat is van een andere orde, omdat de vondst fundamentele vragen opwerpt over het ontstaan van complex leven op aarde. Vorige week publiceerden onderzoekers van de Scottish Association for Marine Science onderzoeksresultaten waar ze zelf jarenlang over hebben getwijfeld: stenen die zij vanaf 4.000 meter diepte in afgesloten kamers uit de Grote Oceaan hadden opgetakeld, bleken kleine beetjes zuurstof te produceren. Tot nu toe heerste de overtuiging dat alleen levende wezens zuurstof kunnen maken: algen en planten die met behulp van zonlicht in staat zijn tot fotosynthese. Met zuurstof vanuit algen zou drie miljard jaar geleden langzaam ander leven zijn ontstaan. Nu rijst de vraag of er misschien ook een andere zuurstofbron was.
Misschien, want er zijn sceptische collega-wetenschappers die niet kunnen geloven dat de zuurstofvondst is toe te schrijven aan iets anders dan een meetfout. Daarmee bevindt dit onderzoek zich in de fascinerende schemerzone tussen ‘dit kan niet waar zijn’ en ‘baanbrekend’. Het credo ‘meer onderzoek is nodig’, is hier dan ook van toepassing.
Eén ding is al wel bewezen: de onafhankelijkheid van de onderzoekers. Met de publicatie hielden ze hun rug recht, terwijl hun resultaten rechtstreeks tegen de belangen van hun financiers lijken in te gaan. De stenen in kwestie zijn zogeheten mangaanknollen, die behalve mangaan ook kobalt, koper en nikkel bevatten. Sinds kort denken sommige mijnbouwbedrijven de technologie klaar te hebben om de knollen op commerciële schaal naar boven te kunnen halen, een potentiële miljardenindustrie.
Het Canadese bedrijf The Metals Company loopt voorop. Dat kan echter pas beginnen als de Internationale Zeebodemautoriteit, een onbekende organisatie op Jamaica, de regels voor de nieuwe sector heeft opgesteld. Die autoriteit is gebonden aan internationale wetgeving die voorschrijft dat diepzeemijnbouw alleen is toegestaan als dat ecologisch verantwoord kan. Natuurorganisaties en een groeiend aantal overheden pleiten voor uitstel, zolang er nog weinig bekend is over mogelijke schade. Dit spanningsveld leidt tot tal van nieuwe onderzoeken, die vaak onafhankelijk gefinancierd zijn, maar soms mede door belanghebbende bedrijven of overheidsdiensten worden betaald.
Zo was The Metals Company medefinancier van het Schotse onderzoek. Een andere geldschieter was het diepzeemijnbouwbedrijf UK Seabed Resources, dat eigendom was van de Amerikaanse wapenfabrikant Lockhead Martin tot het vorig jaar werd overgenomen door Loke Marine Minerals, een Noors bedrijf dat de eerste diepzeemijnbouwer in Noorse wateren wil worden. Beide financiers zitten vast niet te wachten op onderzoek dat de Zeebodemautoriteit tot terughoudendheid kan nopen. The Metals Company kondigde vorige week meteen een tegenartikel aan.
De wetenschappers in Schotland hebben dus op twee manieren hun nek uitgestoken: richting sceptische collega’s én richting bedrijven die de toekomst van de zeebodem in hun voordeel willen bepalen. Deze opstelling verdient lof en alle navolging.