Wat vindt NRC | Het gemak waarmee dit kabinet noodrecht wil inzetten, is verontrustend

Doe een pyromaan nooit lucifers cadeau. De afgelopen maanden probeerde PVV-leider Geert Wilders de indruk te wekken dat redelijkheid en compromisbereidheid in hem zijn gevaren. De ‘mildere Wilders’ was opgestaan. Maakt u zich geen zorgen, hier geen brandgevaar. Afgelopen week werd tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen duidelijk dat Wilders Nederland wil besturen zoals hij al jaren zijn eigen partij bestiert. Als enig lid, zonder inspraak of bemoeienis van anderen. Partijloos premier Dick Schoof, die de agenda van Wilders uitvoert, zat erbij als een gegijzelde die met oogbewegingen omstanders vraagt om gered te worden.

Was het zó erg? Ja, dat was het. Wat een breed debat had moeten zijn over de grote uitdagingen waar Nederland de komende decennia voor staat, draaide door staatsrechtelijk geknoei van het nieuwe kabinet al snel maar om één kwestie: het formeel, op basis van noodrecht, uitroepen van een asielcrisis. Wilders eist dat dit gebeurt. De coalitiepartners hebben zich er herhaaldelijk zwart op wit aan gecommitteerd. Dus moet en zal het gebeuren. Door het noodrecht in te zetten, kan het kabinet forse maatregelen nemen zonder goedkeuring vooraf van de Tweede Kamer. Een paardenmiddel dat normaliter alleen bij hoge uitzondering (oorlogen, overstromingen) wordt ingezet. Tijdens het debat werd Schoof dan ook gedwongen om het onderliggende juridische advies te delen met Tweede Kamer. Daar zat geen woord Spaans bij. De problemen rond de opvang van asielzoekers vormen geen crisis van epische proporties, en de inzet van noodrecht is daarom „niet aanvaardbaar vanuit democratisch en rechtsstatelijk oogpunt”. De rechter maakt hier gehakt van, aldus de Rijksambtenaren.

Het openbaar maken van ambtelijk advies is problematisch. Ambtenaren moeten onafhankelijk en in de beslotenheid van hun departementen adviezen kunnen geven over alle onderwerpen, in de wetenschap dat deze pas publiek (kunnen) worden nadat de politiek verantwoordelijken (de bewindslieden) een besluit hebben genomen. Schoof, zelf een oud-ambtenaar, baalde dat er om de stukken werd gevraagd. „Tjongejongejonge, werkelijk niet te geloven dit”, verzuchtte hij. Het siert Schoof dat hij de ambtenarij in bescherming wilde nemen, maar ‘niet te geloven’ is natuurlijk vooral hoe dit kabinet degelijk onderbouwd advies naast zich neer lijkt te willen leggen. Minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie, PVV) beweerde een week geleden zonder blikken of blozen dat alles juridisch getoetst was. „We hebben de beste juristen erop gezet.” Maakt u zich geen zorgen, hier geen brandgevaar. Wat ze er niet bij zei is dat die juristen de inzet van noodrecht „juridisch en politiek niet te verdedigen” vinden.

Dat het kabinet ondanks dit alles toch nog gaat proberen om het plan door te drukken is de échte crisis. Dit gaat niet over het oplossen van (eventuele) asielproblemen, maar over het levend houden van deze vanaf het begin al uiterst wankele coalitie. De ‘asielcrisis uitroepen’ is de prijs die Wilders vraagt voor zijn steun, en andere partijen lijken bereid om die te betalen. Althans, dat waren ze tot het debat. Nu klinken er vanuit NSC en VVD ook pleidooien voor een minder ingrijpende ‘spoedwet’, waarbij de Kamer wél zou mee kunnen beslissen. Ook voor veel oppositiepartijen is zo’n spoedwet bespreekbaar.

Is dat winst? Nou nee, want ook dit is een paardenmiddel. Ook met een spoedwet zou meegegaan worden in het PVV-frame dat er een asielcrisis is. De vraag of dat ook echt zo is, lijkt een gepasseerd station, ook voor oppositiepartijen, en dat is verontrustend. Het migratieprobleem is complex. De grootste groep migranten komt uit de EU zelf. De goed gedocumenteerde uitbuiting van deze arbeidsmigranten zorgt voor problemen. Daklozen, overlast, woningnood. De groep asielzoekers is veel kleiner, maar de opvang daarvan is slecht. NRC onthulde deze week dat er in 40 procent van de gemeenten nog altijd geen opvangplekken zijn, terwijl Ter Apel overvol zit.

Schoof heeft het graag over de „ervaren asielcrisis”. Burgers ‘voelen’ het probleem, en dat noopt tot actie. Nu moeten emoties uit de samenleving serieus genomen worden, ook die over migratie, maar als basis voor staatsrechtelijk ingrijpend beleid is het niet voldoende. Het politieke geweld over asiel verhinderde bovendien een serieus debat over de overige kabinetsplannen. Ook in deze Miljoenennota, formeel de hoofdmoot van de beschouwingen, wordt weer voor vele miljarden verspijkerd aan Nederland, met grote gevolgen voor sectoren (onderwijs, cultuur, zorg) en mensen (koopkracht). De eenzijdige focus op asiel doet die mega-operatie op geen enkele manier recht, en daar moeten kabinet en Kamer zich voor schamen.