Wat vindt NRC | Gymnasia moeten hun kroonjuwelen niet verkwanselen

Een leerlingenstaking op een gymnasium in Rotterdam, waar docenten moeten vertrekken omdat het aantal leerlingen krimpt, was aanleiding voor NRC om eens dieper te duiken in de cijfers over zelfstandige gymnasia. Dat leverde een beeld van neergang op. Op zeven van de tien gymnasia (er zijn er 41) daalde het aantal leerlingen de afgelopen vijf jaar. Vooral buiten de grote steden gaat het rap. Diverse gymnasia zijn al een vijfde van hun leerlingen kwijt. Toch zijn er ook scholen die groeien, waardoor de krimp gemiddeld beperkt blijft.

De vraag is hoe erg het is dat de gymnasia terrein verliezen. Intussen floreren technasia, die bètatechnisch projectonderwijs bieden naast de andere vakken, en scholen met tweetalig onderwijs, waar de lessen deels in het Engels worden gegeven. Ook andere middelbare scholen profileren zich met extra’s om leerlingen te trekken: lessen in Chinees, kunstvakken of de belofte van huiswerkvrij onderwijs. Dat het aanbod aan aantrekkelijke middelbare scholen groot is, kan alleen maar toegejuicht worden.


Lees ook

De gymnasia hebben het zwaar. Een leerling met vwo-advies kan namelijk ook naar technasia of tweetalige scholen

Het Marnix Gymnasium in Rotterdam-West. Foto Hans van Rhoon

Grieks en Latijn hebben als unique selling point minder aantrekkingskracht dan vroeger. De gymnasia hebben dit deels aan zichzelf te wijten, doordat ze de klassieke talen in het curriculum naar de marge hebben gedrongen. Het is allang niet meer verplicht om in beide talen eindexamen te doen. Bovendien zijn er ook scholengemeenschappen die Grieks en Latijn aanbieden. Er zijn evenveel leerlingen die via deze route gymnasium doen als op de categorale gymnasia.

De terugloop op de gymnasia begon in 2018, na decennia waarin het aantal leerlingen groeide tot boven de dertigduizend. Gymnasia staan doorgaans te boek als goede scholen vanwege de kleinschaligheid van het onderwijs en de nadruk op ontplooiing van cultureel en intellectueel talent. De keerzijde is dat deze scholen bekendstaan als witte, elitaire bolwerken. Ze zijn daarvan zelf ook doordrongen en doen pogingen de diversiteit van hun leerlingenpopulatie te vergroten. Hoewel op enkele scholen al meer dan de helft van de leerlingen een migratieachtergrond heeft, is het algemene beeld nog niet gekanteld.

Naast de teruglopende instroom hebben gymnasia een andere zorg: de klassieke talen worden als moeilijk ervaren en dat leidt ertoe dat leerlingen de school voortijdig verlaten. Grieks en Latijn worden steeds verder in het defensief gedreven. Inmiddels zijn er gymnasia die leerlingen willen toestaan beide vakken te laten vallen en toch hun diploma te krijgen. Het is begrijpelijk dat de scholen zoeken naar manieren om te overleven, maar het verkwanselen van je kroonjuwelen klinkt niet als een verstandige strategie, zeker niet in deze tijd waarin concurrerende scholen er beter in slagen zich te profileren.

Er zijn ook scholen die juist het omgekeerde doen. In Amsterdam is een gymnasium dat leerlingen in leerjaar 3 laat instromen als zij op een scholengemeenschap zijn begonnen maar bij nader inzien toch graag naar een gymnasium willen. Zij krijgen een programma aangeboden om de klassieke talen bij te spijkeren. En er zijn ook gymnasia met een ‘talentklas’ waarin leerlingen die van huis uit minder bekend zijn met het gymnasium alvast kunnen snuffelen aan dit onderwijs.

Willen gymnasia overleven, dan zullen zij niet minder maar méér moeite moeten doen om leerlingen enthousiast te maken voor het unieke onderwijs dat zij bieden. Grieks en Latijn maken daarvan onlosmakelijk onderdeel uit.