N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Oorlogsmisdaden
Het was een mijlpaal die weinig aandacht trok. Op 31 mei werden in Den Haag de laatste uitspraken gedaan tegen verdachten van het Joegoslaviëtribunaal. Het tribunaal zelf werd jaren geleden opgedoekt, beroepszaken werden overgenomen door het Restmechanisme voor Straftribunalen. Eind mei kregen twee verdachten daar een langere straf voor het trainen van moordcommando’s die zich schuldig hebben gemaakt aan etnische zuiveringen.
Sinds Poetins oorlog in Oekraïne ligt de vraag op tafel of er een nieuw tribunaal moet komen. De agressor moet niet alleen verslagen worden, hij moet ook rekenschap afleggen. Tegelijk verscherpt de oorlog internationale machtsrelaties die de berechting van mensenrechtenschendingen juist hinderen. Blijft internationale rechtspraak op basis van universele principes overeind in een wereldorde die gekenmerkt wordt door meerdere machtscentra met verschillende politieke systemen, waarvan de democratische rechtsstaat er maar één is?
Het Joegoslaviëtribunaal in Den Haag symboliseerde in het midden van de jaren negentig een nieuw vertrouwen in de mogelijkheden van internationaal recht. Ondanks de naoorlogse tribunalen van Neurenberg en Tokio hoefden de dictators van de twintigste eeuw – denk Mao Zedong, Idi Amin – niet bang te zijn dat ze van hun bed gelicht zouden worden om zich in het buitenland te verantwoorden. Daar kwam met de tragedies van Rwanda en voormalig Joegoslavië verandering in.
Voor het Joegoslaviëtribunaal werden 161 mensen in staat van beschuldiging gesteld, van wie er 90 werden veroordeeld en 19 vrijgesproken. De voormalige president van Servië, Slobodan Milosevic, stierf tijdens zijn proces in een cel in Scheveningen. In 1998 werd bovendien de basis gelegd voor een permanent Internationaal Strafhof voor het vervolgen van personen die zich schuldig hebben gemaakt aan genocide, misdaden tegen de menselijkheid of oorlogsmisdaden.
In de jaren negentig waren de geopolitieke omstandigheden in zekere zin gunstig. De VS golden als oppermachtig, Rusland was na de implosie van de Sovjet-Unie met zichzelf bezig en China was nog naar binnen gekeerd. De VS steunden internationale berechting, hielden zichzelf echter buiten schot bij het strafhof. Rusland keerde het hof in 2016 definitief de rug toe. China hield zich afzijdig.
Internationaal recht krijgt zoveel speelruimte als de gemeenschap van soevereine staten toelaat. Als een van de grootmachten een belang heeft in een conflict wordt het moeilijk. Toen het hof de rol van de CIA in Afghanistan wilde onderzoeken, grepen de VS naar sancties tegen de aanklagers – het onderzoek kwam er uiteindelijk niet.
Rusland blokkeerde in de VN-Veiligheidsraad vervolging van het regime van de Syrische president Assad, maar de internationale gemeenschap liet het er niet bij zitten. Men verzamelde bewijzen, ook al is er (nog) geen tribunaal. Een aantal landen berechtte Syrische oorlogsmisdadigers in de nationale rechtbank. Nederland koos nog een andere weg: deze week daagden Nederland en Canada Syrië voor het Internationaal Gerechtshof wegens schending van het VN-Antifolterverdrag.
Lees ook dit essay van Caroline de Gruyter: Ineens is het mondiale Zuiden wél interessant
Poetins inval in Oekraïne leidde vrijwel onmiddellijk tot discussie over berechting. Ook al erkent Rusland het strafhof niet, de aanklager in Den Haag begon in Oekraïne meteen bewijzen te verzamelen van oorlogsmisdaden. Het hof vaardigde ook een arrestatiebevel uit tegen Poetin wegens het ontvoeren van Oekraïense kinderen.
President Zelensky ijvert voor een nieuw tribunaal waar Poetin zich moet verantwoorden voor de misdaad van agressie, de inval zelf. De oprichting van zo’n tribunaal is niet eenvoudig. In de Veiligheidsraad heeft Rusland een veto en het is niet zeker of in de Algemene Vergadering voldoende steun is. Het Westen staat in dat debat niet sterk: na de inval in Irak kwam er geen tribunaal. Bovendien is het de vraag hoe happig westerse vetomachten zijn op de precedentwerking van een tribunaal waar een (ex-)regeringsleider gedaagd wordt voor een invasie.
Het alternatief zou een Oekraïens tribunaal zijn met internationale rechters, maar die variant kan eenvoudiger als partijdig afgedaan worden. Wel wordt in Den Haag alvast een centrum gevestigd waar bewijs verzameld wordt voor de misdaad van agressie.
De kans dat Poetin zich straks voor een tribunaal moet verantwoorden is niet bijster groot. Maar dat betekent niet dat niet naar wegen gezocht moet worden om ook de oorlogsmisdaden van grote machten te berechten. Juist nu een multipolaire wereldorde ontstaat, moet voor het behoud van internationale juridische uitgangspunten worden gevochten. Universele rechten mogen niet verwaarloosd worden omdat de realpolitiek van het moment tegenzit.