Wat vindt NRC | Eigenrichting zoals bij de grens bij Ter Apel mag niet op begrip kunnen rekenen van politici

Wie zich afvroeg waar het constante politieke gehamer op het gevaar van asiel(zoekers), op het beperken van een vermeend ‘hoge’ instroom, en op nóg strengere asielregels toe leidt. Wat het resultaat is van de nauwelijks nog verhulde discriminerende toon van sommige politici. Die zag afgelopen dagen het antwoord bij de grens bij Ter Apel.

Daar probeerde een groepje vigilantes asielzoekers, „donkere mensen of wat er op lijkt” eigenhandig tegen te houden. Duitsland zou volgens hen vluchtelingen de grens met Nederland overzetten om de eigen instroom beperkt te houden. En als de Nederlandse overheid niets zou doen, zouden ze het zelf maar doen.

Eigenrichting, en daar nog trots op zijn ook. Dat de leider van de PVV-fractie, de grootste in de Tweede Kamer, dat toejuicht en aanmoedigt, is al een schande. Opsporing en aanhouding zijn met reden overheidsbevoegdheden, geen vrijwilligerswerk.

Erger nog was de lauwe reactie vanuit het demissionaire kabinet. Minister van Justitie en Veiligheid David van Weel (VVD) zei „de frustratie” te begrijpen, staatssecretaris van Defensie Gijs Tuinman (BBB) zei dat mensen uit de buurt van Ter Apel „echt” wisten „welke busjes het zijn waar mensen mee overkomen”. Het begrip voor deze illegale actie contrasteert pijnlijk met de dagenlange stilte na de grondwettelijk wél geëigende actie, de rodelijndemonstratie waarbij 100.000 mensen hun zorgen uitten over ander kabinetsbeleid.

De woorden van de bewindslieden gingen ten minste nog gepaard met een ‘foei niet doen’, houd je aan de wet. Maar wanneer de overheid niet onmiddellijk stevig en corrigerend handelt, dreigt dergelijk vigilantisme, dergelijke eigenrichting, normaal te worden.

Van Weel herhaalde bovendien weer eens de mythe dat Nederland „de huidige instroom” van asielzoekers niet aankan. Alsof asiel de kristallisatie is van andere problemen als woningnood en wachtlijsten. De aantallen asielaanvragen zijn, in heel Europa, lager dan in voorgaande jaren. Nederland heeft géén asielcrisis, wél een probleem met een kleine groep overlast gevende ‘veiligelanders’, die het beeld helaas bepalen.

Nederland heeft vooral een opvangcrisis. Veroorzaakt door jarenlang schommelend beleid, met als dieptepunt het geharrewar over de spreidingswet, die over twee weken ingaat maar zonder landelijk politiek draagvlak. Het enige resultaat van dit halfslachtige kabinetsbeleid – wel zeggen de wet te zullen intrekken, maar dat (nog) niet voor elkaar krijgen én geen alternatief bieden – is dat lokale volksvertegenwoordigers te maken krijgen met protesten en zelfs bedreigingen, en huiverig worden hun wettelijke taak te vervullen.

Terwijl de spreidingswet is bedacht om de schrijnende toestanden in Ter Apel en Budel tegen te gaan, waar mensen buiten moesten slapen als er geen plek meer was in de aanmeldcentra. Om de overlast daar te verkleinen. De wet bood duidelijkheid: elke gemeente zou, op basis van het inwonertal, asielzoekers opnemen. Solidariteit dus.

Eenzelfde halfslachtigheid geldt de grenscontroles die minister Faber van Asiel (PVV) invoerde. Zoals de Rekenkamer vorige week concludeerde, zijn de gerichte controles die de marechaussee al jaren deed, veel effectiever. Dát is de boodschap die ‘bezorgde burgers’ moeten horen. Dit land verdient een eerlijk debat over asiel, gespeend van symboliek en retoriek.