Wat vindt NRC | De symboliek van samenwerking van het mondiale zuiden valt niet te onderschatten, maar de onderlinge verschillen tussen BRICS-landen blijven groot

Geopolitiek

Commentaar

Het was bepaald niet voor het eerst dat de leiders van de BRICS-landen voor een top bij elkaar kwamen. Nadat een econoom van zakenbank Goldman Sachs in 2001 het acroniem (toen nog zonder de S van South Africa) gelanceerd had als groepsnaam voor enkele opkomende economieën, kwamen die landen vanaf 2009 jaarlijks samen om van de statistische theorie een daadwerkelijk economisch samenwerkingsverband te maken.

Maar geen BRICS-top kreeg zoveel aandacht als die van deze week in Johannesburg. En dat is begrijpelijk. In een tijd waarin de door het Westen gedomineerde geopolitieke orde van alle kanten wordt uitgedaagd, is het zaak de onderlinge verhoudingen bij de uitdagers in de gaten te houden. De BRICS-groep speelt een voorname rol in de plannen van vooral China om op het wereldtoneel niet alleen economisch maar ook strategisch meer invloed te krijgen. Dat kan ook voor Europa grote gevolgen hebben.

Voorafgaand aan de top stond in de eerste plaats de positie van Rusland ter discussie. Vladimir Poetin stond erop deel te nemen, maar als lid van het Internationaal Strafhof had Zuid-Afrika de Russische president, vanwege het recente arrestatiebevel, moeten oppakken. Het land had geen behoefte aan een diplomatieke rel en slaagde er vakkundig in hem op afstand te houden. Dat Poetin, anderhalf jaar na de inval in Oekraïne, slechts via video meesprak was een symbolisch tikje dat gelijk liet zien dat de banden binnen de groep wellicht minder hecht zijn dan ze voor de buitenwereld lijken.

Wat Brazilië, Rusland, India en China vijftien jaar terug gemeen hadden was duidelijk: het waren vier naar westerse maatstaven razendsnel groeiende industrielanden die de hegemonie van de G7 naar de kroon konden steken. Dat gold al minder voor Zuid-Afrika, dat in 2010 mocht aanschuiven omdat dat land voor investeerders als springplank naar de rest van Afrika zou kunnen functioneren. Destijds spraken critici niet zonder reden al woordspelerig van „BRICS without mortar”: stenen zonder cement, ofwel een vriendenclub zonder substantie.

Lees ook dit interview: ‘Nergens leef je beter dan in Europa, maar we hebben niet door dat dit op het spel staat’

Nog altijd zijn de verschillen tussen de landen in rijkdom, democratische ambitie of bijvoorbeeld technologische ontwikkeling en organisatiegraad enorm. India landt op de maan, terwijl Zuid-Afrika moeite heeft het licht aan te houden. Concreet heeft de samenwerking behalve een relatief kleine ontwikkelingsbank ook nog niet veel opgeleverd. Een gezamenlijke munt om minder afhankelijk te worden van de grillen van de dollar, zoals Brazilië wil, is weinig realistisch zolang de economische verschillen onderling zo groot blijven.

Ook strategisch heeft niet elk BRICS-land hetzelfde perspectief. Dat bleek bij de discussie over uitbreiding. Volgens Zuid-Afrika willen meer dan veertig landen zich aansluiten. Vooral China heeft daar belang bij. Dat wil het mondiale Zuiden samenbrengen om in internationale gremia tegenover het Westen meer steun te krijgen. Landen als India en Brazilië houden de lijnen liever wat meer open en hebben weinig zin om in China’s strategische strijd met de VS meegezogen te worden. Dat uiteindelijk alleen Argentinië, Egypte, Ethiopië, Iran, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten zijn uitgenodigd om toe te treden, is voor China een tegenvaller. Zuid-Afrika benadrukte ten overvloede dat het „extreem verkeerd” is de BRICS als anti-westers platform te zien.

Een alternatief voor de G7, zoals China wil, zijn de BRICS nog niet. In een multipolaire wereld zijn veel landen in het mondiale Zuiden er begrijpelijk beducht voor om op één paard te wedden. De symboliek van het samenwerkende mondiale zuiden valt niet te onderschatten. Maar de BRICS-groep is en blijft in de eerste plaats toch een economisch samenwerkingsverband.