N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Wapenleveringen Ruzie over graanexport leidt tot wrijving tussen de bondgenoten Polen en Oekraïne. Aan Poolse zijde spelen partijpolitieke motieven een rol.
Polen wil Oekraïne niet langer bewapenen en zich focussen op de versterking van de eigen defensie, zei de Poolse premier Mateusz Morawiecki woensdagavond. Het is de volgende controversiële uitspraak in een hoogoplopend conflict tussen beide landen rond de export van graan uit Oekraïne, dat zich afspeelt in de schaduw van de Poolse verkiezingen volgende maand.
Aanleiding voor de uitspraak van Morawiecki was de speech van de Oekraïense president Volodymyr Zelensky die tijdens een vergadering bij de Verenigde Naties in New York het importverbod van Polen, Hongarije en Slowakije op Oekraïens graan „politiek theater” noemde dat Rusland alleen maar in de kaart speelt. Deze drie landen hebben vorige week een importverbod ingesteld op bepaalde Oekraïense producten om naar eigen zeggen hun nationale markten te beschermen voor de goedkope voedingsmiddelen.
Hoewel Morawiecki benadrukte begrip te hebben voor de situatie in Oekraïne, dat zich moet verdedigen tegen de „de beestachtige Russische aanval”, zei hij dat „we niet langer wapens overdragen aan Oekraïne, omdat we nu Polen bewapenen”.
Die uitspraak is een opvallende wending in de innige relatie die Polen en Oekraïne sinds de Russische invasie onderhouden. President Zelensky noemde zijn Poolse collega Andrzej Duda regelmatig zijn „vriend” en benadrukte dit jaar nog de „eeuwige vriendschap” tussen beide landen. De twee lieten de afgelopen maanden geen moment voorbij gaan om elkaar innig te knuffelen voor de camera’s.
Drenkeling
Maar eerder deze week liet Duda een ander gezicht zien. De Poolse president vergeleek Oekraïne met een drenkeling die „alles vastgrijpt om boven water te blijven” en daarmee anderen mee de diepte in kan sleuren. Daar moet Polen „de redder” voor oppassen, waarschuwde hij. Die uitspraak zorgde voor instemming in Moskou. „Ik ben het nog nooit zo eens geweest met Duda”, zei een woordvoerder van het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken.
De uitspraken van de Poolse premier en president zijn niet los te zien van de hevige verkiezingsstrijd waarin de PiS-partij (Recht en Rechtvaardigheid) van Duda en Morawiecki is verwikkeld. De verenigde oppositie staat in de peilingen niet ver achter de regerende PiS-partij. Bovendien hijgt de extreemrechtse partij Konfederacja, die een anti-Oekraïense retoriek voert, PiS in de nek. Met deze uitspraken probeert PiS de nationalistische kiezer aan zich te binden.
Bovendien werd de partij van Duda en Morawiecki begin deze week in verlegenheid gebracht door een visumschandaal. Onder het bewind van PiS zouden mogelijk duizenden migranten uit Azië tegen betaling van duizenden dollars een werkvisum hebben gekregen in Polen. Dat dit drie weken voor de verkiezingen van 15 oktober naar buiten komt is extra pijnlijk voor de partij die een anti-migratiecampagne voert.
Focus verleggen
Wat de gevolgen zijn van de uitspraken van Morawiecki valt nog te bezien. Als reactie op schadelijk nieuws voor de partij, probeert PiS wel vaker de focus te verleggen door heftige uitspraken te doen. Daarbij concludeert nieuwssite Onet dat Polen momenteel ook niets op de planning heeft staan om te verschepen naar Oekraïne. Transporten van militair materieel uit andere landen die via Polen naar Oekraïne gaan, zouden gewoon doorgang vinden.
Polen is een grote donor van Oekraïne. Niet alleen vangt het land zeker 1,5 miljoen gevluchte Oekraïners op die financieel worden ondersteund, ook stuurde het land honderden tanks, gevechtsvliegtuigen en ander militair materiaal naar Oekraïne. Ook sprak Polen zich herhaaldelijk uit tegen andere landen, met name Duitsland, om niet te treuzelen en extra defensief materiaal te sturen naar Oekraïne.
Demissionair premier Mark Rutte (VVD) lijkt zich niet echt druk te maken over de uitspraken van zijn Poolse collega. „De soep zal niet zo heet gegeten worden als ze wordt opgediend”, zei Rutte donderdag tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. Hij denkt dat het om een „tijdelijk probleem” gaat.