Het staakt-het-vuren in Soedan is met 72 uur verlengd. Dat blijkt donderdag uit een verklaring van het Soedanese leger, melden persbureau Reuters en The Guardian. De huidige wapenstilstand zou na donderdag aflopen, maar loopt nu vanaf middernacht nog drie dagen door. Onder meer de Verenigde Staten hadden aangedrongen op een verlenging.
Ook afgelopen dagen gold er een wapenstilstand, maar in die periode is het nooit helemaal rustig geweest in Soedan. Wel zouden de gevechten in onder meer de hoofdstad Khartoem minder hevig zijn geweest. Zuid-Soedan bemiddelt tussen de twee strijdende partijen in Soedan, maar tot nu toe lijkt er geen vooruitgang te zijn geboekt.
In Soedan braken half april gevechten uit tussen het Soedanese leger en de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF). Daarbij zijn inmiddels zeker vijfhonderd mensen om het leven gekomen. Meer dan vierduizend mensen raakten gewond. Tienduizenden Soedanezen zijn sinds de gevechten uitbraken het land uit gevlucht. De achtergebleven inwoners hebben een tekort aan drinkwater en voedsel. De afgelopen dagen hebben verschillende landen hun staatsburgers en diplomaten uit het land gehaald. Nederland heeft ongeveer honderd mensen geëvacueerd.
„Heer, geef ons uw bescherming nu wij onze reis beginnen.” Met beide handen opgeheven spreekt bisschop Hermanus Willibrordus Woorts zijn zegen uit over een groep jonge katholieken. „Heer, sta ons bij”, antwoorden de jongeren in koor. Op de Vredenburgknoop in Utrecht wacht een touringcar op de jongeren, ze gaan naar Brussel om het Hope Happening-evenement rondom het pauselijk bezoek bij te wonen.
Het is 08.30 uur en voor Adi is dat wat vroeg: „Sorry, ik ben net wakker. Ik heb last van een uitgelopen vrijmibo. Eigenlijk ben ik een slechte katholiek”, zegt hij lachend. „Maar goed, er bestaan geen goede katholieken.” Ook Shirley, de gospelzangeres, is geen ochtendvogel. Wanneer iedereen al in de bus zit, komt ze hijgend aanrennen. De opluchting is groot, nu kunnen ze de gospels eindelijk in de juiste toon zingen.
1, 2, 3, 4…Een reisleidster telt de hoofden in de bus. „Is Gevin aanwezig? Heb jij Gevin gebeld?” Ondertussen stelt de buschauffeur zich voor: „I will drive you to Brussels.” Een paar ouders en de bisschop zwaaien enthousiast als de bus begint te rijden. Het is net gestopt met regenen en in de lucht verschijnt een regenboog: voor de een een symbool van emancipatie, voor de ander een teken van God. De reis is begonnen.
Omdat hij het belangrijk vindt om medegelovigen te ontmoeten en te spreken is Benjamin (16) in z’n eentje meegegaan. Hij trekt zich weinig aan van de kritische geluiden over de katholieke kerk. De paus is ondermeer naar Brussel gekomen om zijn spijt te betuigen voor het misbruik van kinderen in de Belgische kerk.
Sorry, ik ben net wakker. Ik heb last van een uitgelopen vrijmibo
„Ik focus me op Jezus”, zegt Benjamin. Volgens hem leert Jezus dat je van iedereen moet houden.
Ook expat Shibu Sivakumar Punitha, begin twintig, vindt dat er plek is voor iedereen in de kerk moet zijn: „Ik kan het christendom op mijn eigen manier uitoefenen. In iedere gemeenschap zijn er wel mensen die anders denken. God leert mensen om goed met elkaar om te gaan, ongeacht wie ze zijn. Als een autoriteit iets anders zegt zou ik zeggen: oké, jij gelooft dat en ik geloof wat anders.” Op de vraag of hij dat zelfs tegen de paus zou zeggen antwoordt hij: „Sure, why not?”
Hebben jullie een rozenkrans?
De pater heeft een vol programma gemaakt voor tijdens de busreis. „Hebben jullie een rozenkrans mee?” vraagt hij aan de groep. Achterin is het wat rumoerig, middenin liggen mensen onderuit gezakt te slapen en voorin zitten de reisleiders. Patricia Tersteeg (50) haalt wat rozenkransen uit haar tas en geeft er een aan haar dochter Sophie (16). De kralen onderaan de ketting staan voor de geloofsbelijdenis, vertelt ze. Daarna komt het langste deel van de ketting. Bij iedere kraal spreekt de pater de woorden: „Wees gegroet Maria, vol van genade. De Heer is met u. Gij zijt de gezegende onder de vrouwen en gezegend is Jezus, de vrucht van uw schoot.” Waarop de groep antwoord met: „Heilige Maria, Moeder van God, bid voor ons zondaars, nu en in het uur van onze dood. Amen.”
Na iedere oproep tot Maria volgt de volgende oproep tot Maria, en dat zo’n vijftig keer.
Op de stoelen naast Patricia zitten twee jongens. Ook zij hebben een rozenkrans in hun handen. „Er is nog hoop in de wereld”, zegt Patricia terwijl ze naar de jongens wijst. Haar eigen dochter ziet het gebed als het uitgelezen moment om haar make-up te doen. Patricia geeft haar een kleine zet, maar Sophie is druk bezig met haar mascara.
Good vibes only
Eenmaal aangekomen in Brussel, gaan de busreizigers naar een gebouw dichtbij het Koning Boudewijnstadion. Daar vindt het evenement plaats. Bij de ingang staan de huisregels op grote, kleurrijke spandoeken vermeld: „No sexism, no racism, no discrimination, no sexual harassment, no violence. Good vibes only.” De ongeveer vijfduizend bezoekers vormen een gemêleerd gezelschap. Van priesters en nonnen tot honderden jonge katholieke scouts en gidsen in padvinderskledij. Met grote optredens van christelijke bands, en buiten het gebouw tientallen stands met allerlei activiteiten en foodtrucks doet het evenement niet veel onder voor een muziekfestival.
Lasse (12) en zijn moeder Annemie Deparcq lopen zwaar bepakt naar de ingang van het evenement. Annemie vertelt: „Vriendjes van Lasse wilden niet mee. Er zijn sowieso niet meer zoveel katholieke jongeren. Vooral na de schandalen is de kerk echt leeggelopen.” Voor Annemie en Lasse is ondanks de ophef de kerk nog steeds een veilige plek. Vannacht blijven Lasse en zijn moeder op het terrein slapen, zodat ze morgenochtend vroeg naar de misviering met de paus kunnen. „Hij is de priester van de wereld, die wil ik weleens zien”, zegt Lasse. Ze hebben er veel voor over – ze slapen met honderden gelovigen in een grote zaal op matjes met slaapzakken op de betonnen vloer.
Achter een doek met het opschrift: ‘Prayer of Hope’ kapel waar een misviering plaatsvindt. Op een podium voeren priesters de plechtigheden op. In de hoek zit een priester te knikkebollen. Wanneer de bisschop bij de zegening van het brood is aangekomen, ligt hij te slapen, met geopende mond. ‘Jesus 1 in my life’ luidt de tekst op de trui van één van de aanwezigen. Wanneer hij aan de beurt is om de hostie te ontvangen knielt hij neer voor de priester en vouwt hij zijn handen. Een andere priester op het podium schiet snel een plaatje op zijn smartphone van het gebeuren.
In zijn toespraak tot de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties haalde de Iraanse president Masoud Pezeshkian vorige week zoals gebruikelijk hard uit naar Israël, wegens „de genocidale oorlog” in de Gazastrook en de aanvallen op Libanon. Maar tegen de rest van de wereld sloeg hij een voor een Iraanse leider ongebruikelijk verzoenende toon aan. Hij onderstreepte dat zijn land een constructieve rol in de wereld wil spelen. Hij sprak van terugkeer in het nucleaire akkoord, dat in 2018 door president Trump werd opgeblazen, waarna een „dialoog over andere zaken” zou kunnen volgen. „We streven naar vrede voor allen en willen geen conflict met enig land”, zei hij.
Het punt is, het Iraanse regime kán zich geen conflict veroorloven wil het overleven – en overleven is zijn primaire doel en streven. De voorzichtige reactie van opperste leider Khamenei op de dood van Hezbollah-leider Hassan Nasrallah, zijn belangrijke buitenlandse bondgenoot, spreekt boekdelen. Khamenei zei dat Nasrallahs dood „niet ongewroken” zal passeren maar riep vooral op tot internationale spoedzittingen over de „misdadige” Israëlische aanvallen.
Militaire macht van belang
Het grootste deel van de Iraanse bevolking heeft zich in de loop van 45 jaar islamitisch bewind van haar revolutionaire leiders afgekeerd. Door de sancties waarmee het Westen de islamitische republiek heeft gebombardeerd (en eigen wanbeleid en corruptie), is de economische situatie dramatisch slecht. Dat is een heel explosieve combinatie, zie de herhaalde opstanden die de autoriteiten alleen met grof geweld de baas kunnen. De relatieve hervormer Pezeshkian is in juli met de zegen van opperste leider Khamenei gekozen om een deal te sluiten met het Westen en van die dodelijke sancties af te komen. De dood van de vrome havik Ebrahim Raisi bij een helikopterongeluk in mei kwam wat dat betreft precies goed uit.
Nu Israël Irans buitenlandse verdediging begint te ontmantelen, wordt de situatie voor Khamenei en de zijnen wel heel precair. De Israëlische propaganda wil dat de islamitische republiek Iran een macht van het kwaad is die het kleine Israël, het bredere Midden-Oosten en de hele wereld dreigt te overweldigen. Luister naar premier Netanyahu, ook vorige week in de VN-Assemblee in New York: „We worden geconfronteerd met woeste vijanden die onze vernietiging nastreven [..]. Onze vijanden proberen niet alleen ons te vernietigen, ze proberen onze gemeenschappelijke beschaving en ons allemaal terug te werpen in een duister tijdperk van tirannie en terreur.”
Hezbollah was met zijn wapenarsenaal en goed getrainde strijders altijd veel sterker dan Hamas, waarvan de raketten in vergelijking proppenschieters zijn
De ‘As van Verzet’ van buitenlandse strijdgroepen die de Iraanse grenzen moeten verdedigen tegen zijn belagers – voorop kleine satan Israël en de grote, Amerika – geldt daarbij als een levensgevaarlijke aanvalsmacht. De werkelijkheid is een andere. In het gezelschap van sjiitische Arabische en Afghaanse milities in Jemen, Irak en Syrië plus het soennitische, Palestijnse Hamas was alléén Hezbollah een militaire macht van belang. Direct aan de grens met Israël, met tienduizenden, geoefende strijders en door Iran voorzien van ruw geschat 150.000 raketten die Israël plat zouden leggen als dat land een oorlog tegen Iran zou beginnen (zoals de afgelopen twintig jaar herhaaldelijk door premier Netanyahu is beloofd). Veel en veel sterker dan Hamas, waarvan de raketten in vergelijking proppenschieters waren.
Verdedigingsdoctrine
Na de bloedige en verwoestende oorlog tegen Irak (1980-1988), waarin Iran zo goed als alleen stond tegenover de Arabische wereld en het Westen, ontwikkelde de Iraanse leiding de doctrine van de vooruitgeschoven verdediging. Eventuele toekomstige oorlogen zouden in voorwaartse loopgraven vér van het Iraanse land worden uitgevochten door bevriende en door Iran bewapende strijdgroepen. Dat is wat nu de ‘As van Verzet’ heet.
Daarvoor was de sjiitische oppositie tegen Saddam Hussein beschikbaar die na Saddams omverwerping door de Amerikanen in 2003 een machtspositie in het nieuwe Irak kregen. Er was sowieso steun in Syrië, waar de Assads de enige Arabische leiders waren die Irans kant hadden gekozen in 1980. De Jemenitische Houthi’s kwamen pas recentelijk erbij. En Hezbollah dus, de ‘partij van God’ die door Iran zelf in 1982 was opgericht om de Libanese sjiitische minderheid tegen Israël te verenigen en bewapenen.
Israël was dat jaar Libanon binnengevallen, tot aan de rand van Beiroet, om een eind te maken aan de guerrilla-aanvallen vanuit Yasser Arafats Palestijnse staat-in-de-staat in Libanon. De Israëlische leiders hadden de steun van een machtig deel van de christelijke minderheid, en gingen ervan uit dat de gemarginaliseerde sjiieten in het zuiden de Palestijnse inwoning beu waren. Maar de Israëliërs werden al snel bezetters, en doelwit van de jonge partij van God, die de vernietiging van Israël en trouw aan de Iraanse opperste leider hoog in haar vaandel droeg.
De aanvallen van Hezbollah dreven de Israëlische troepen uiteindelijk in 2000 Libanon uit. In een nieuwe invasie in 2006 probeerde Israël met disproportioneel geweld – de zogeheten Dahiya-doctrine, vernoemd naar de sjiitische wijk van Beiroet waar Hezbollah sterk vertegenwoordigd is – de beweging een dodelijke slag toe te brengen.
Methodisch opgeruimd
Dat is min of meer wat er nu gebeurt. Hezbollah overleefde de oorlog van 2006 in een psychologische overwinning op de veel sterkere vijand. Maar de organisatie delft vandaag het onderspit tegen een dit keer veel beter voorbereide vijand. Niet alleen wordt zijn wapenarsenaal uitgedund en zijn infrastructuur vernietigd, ook zijn leiding methodisch opgeruimd, tot en met topleider Hassan Nasrallah.
Lees ook
Geliefd wegens zijn verzet tegen Israël en meedogenloos voor politieke tegenstanders
Hezbollah is niet weg, maar het is weggeslagen als de pijler waarop de Iraanse defensie rustte. Wat is er over? De Houthi’s, veel te ver weg; de Iraakse milities, eveneens op afstand van Israël; wat er na een jaar oorlog nog over is van Hamas. In Syrië valt de koele houding van Assad jegens zijn beschermheren op.
Plezierkloof. Dat is het woord dat Marlene Werner gebruikt als ze vertelt over het verschil in seksueel plezier tussen jongens en meiden. In recent onderzoek van de Rutgers Stichting naar seksuele gezondheid onder jongeren tot 25 jaar bleek 85 procent van de jongens een orgasme te krijgen met de laatste sekspartner tegenover 49 procent van de meiden. Ook internationale studies bevestigen keer op keer een hardnekkige ‘orgasmekloof’.
Werner is psycholoog en doet onderzoek naar het meten van seksuele beleving. Graag zou ze de ‘plezierkloof’ dichten. In een vergaderruimte van Amsterdam UMC kiest ze haar woorden zorgvuldig. Naast haar ligt een stapel uitgeprinte papers met onderstreepte passages, aantekeningen en notities.
Hoe meet je precies seksueel plezier?
„Dat is meteen een van de belangrijkste vragen. Want de ervaring van seksueel plezier blijft natuurlijk altijd subjectief. Vroeger werd vaak gekeken naar de intensiteit en frequentie van orgasmes, maar seksueel plezier is meer dan een orgasme, al is het vaak wel een belangrijk onderdeel ervan.
„Je kunt metingen verrichten van gezichtsuitdrukkingen die gepaard gaan met genot en plezier of gebruik maken van beeldvorming in de hersenen om zogenaamde hedonic hot-spots te ontdekken. Deze plekken zijn verbonden met het algemene beloningssysteem en dat sluit weer aan bij kennis uit mijn vakgebied. Wij meten seksueel plezier met behulp van vragenlijsten. Het gebruiken van de juiste woorden is daarin heel belangrijk. Want met het kiezen van bepaalde woorden bepaal je de uitkomsten van onderzoek en daarmee ook welke conclusies je hieraan kunt verbinden.”
Hoe ziet het nieuwe concept van seksueel plezier eruit?
„Bij onderzoek naar gevoelservaringen wordt in de psychologie een onderscheid gemaakt tussen state en trait-vragenlijsten. State-plezier verwijst meer naar een bepaalde ervaring in het hier en nu – denk aan vragen over de intensiteit van het laatste orgasme – maar ook aan het gevoel van verbondenheid dat voor veel mensen belangrijk is.
„Trait-plezier is ingewikkelder, want dat gaat meer om een eigenschap. Maar die ligt niet vast! Als vrouwen in het algemeen minder orgasmes ervaren, dan komt dit niet doordat ze nu eenmaal anders zijn dan mannen. Wij definiëren trait-plezier als de neiging om seks als iets plezierigs te ervaren. Daarbij gaat het niet om een ingebakken vermogen.
„Hoe vaak je een orgasme hebt, heeft met veel factoren te maken. Wat voor soort stimulatie is er bijvoorbeeld? De orgasmekloof tussen heteromannen en -vrouwen is groot en een van de belangrijkste voorspellers van orgasmefrequentie bij vrouwen is stimulering van de clitoris.
„We weten uit eerder onderzoek dat niet alleen de genitale respons maar ook het seksueel verlangen bij het kijken naar een pornofilm bij mannen en vrouwen vergelijkbaar kan zijn. Maar het seksueel plezier tijdens partnerseks loopt vervolgens uiteen. Dat komt deels door het feit dat het heteroseksuele script gericht is op penetratieseks waarbij clitorale stimulatie niet op de voorgrond staat. Vrouwen hebben daarin minder gelegenheid te ontdekken wat ze lekker vinden. En penis-in-vagina-seks als hoofdmaaltijd beschouwen, sluit niet alleen queerpersonen buiten, maar staart zich blind op wat je doet in plaats van of je plezier daaraan beleeft.
„Trait-plezier is dus nooit een enkelvoudig, statisch gegeven. De neiging van een persoon om plezier te hebben in seks kan dan ook veranderen in de tijd. Misschien heeft iemand nooit de neiging gehad om seksueel plezier te ervaren, maar ervaart diegene de laatste tijd meer plezier door het hebben van een leuke relatie. Door het verschil tussen state- en trait-plezier te maken, hopen we te weten te komen waarmee verschillen in seksueel plezier gepaard gaan. Hopelijk helpt dat om de orgasmekloof én de plezierkloof te dichten.”
Hoe verwerk je dit brede concept in seksuologisch onderzoek?
„Met vragenlijsten zoals de nieuwe versie van de Amsterdam Sexual Pleasure Inventory (ASPI), die Ellen Laan en Rik van Lunsen oorspronkelijk hier ontwikkelden. Tussen twee haakjes: Ellen Laan, overleden in 2022, was mijn promotor en grote inspiratiebron. In de ASPI wordt seks gezien als een zogenaamd ‘buffet van beloningen’. Een van die beloningen is sensueel genot, maar ook bijvoorbeeld verbondenheid en je gewaardeerd voelen kunnen een rol spelen.”
Is het concept van libido als persoonlijkheidskenmerk hiermee achterhaald?
„Het concept libido is onderdeel van de drifttheorie van seksueel verlangen en die theorie is inderdaad achterhaald. In de drifttheorie zit namelijk de aanname dat seksueel verlangen voortkomt uit een tekort aan seks. Alsof er een tekort is aan een stofje dat moet worden aangevuld of juist een overschot dat moet worden afgestoten. Naarmate je meer gedepriveerd bent, zou het verlangen sterker worden en krijg je steeds meer behoefte aan seks. Die drift zou bovendien sterker zijn bij mannen dan bij vrouwen. Dat incorrecte idee ligt helaas nog steeds ten grondslag aan de manier waarop onderzoek soms wordt gedaan.
„Seks kan wel degelijk bepaalde menselijke behoeftes vervullen, maar het afzien van seks hoeft niet schadelijk te zijn. Zoals Ellen Laan altijd zei: ‘Van geen seks ga je niet dood.’
„Laan vergeleek seks met honger en trek. Zin in seks is geen honger, maar trek. En dat geldt voor iedereen. Mijn fascinatie in dit onderzoek is om te weten te komen wat vervullende seks kan zijn voor álle mensen.”