Voor het Maagdenhuis slaat de sfeer om. Het wordt grimmig en dan is het rennen

‘Fucking hell! En toen” – met grote ogen vertellen Jasmijn van Velzen (19) en David Boer (20) wat ze zojuist hebben meegemaakt op het Spui – „kwam de politie in formatie, zes volle bussen, en toen bám: iedereen rennen. Steegjes, zó smal, een jongen gleed uit, werd opgetild en verder. En wij, fiets in de hand, dachten ook: rénnen. We wilden écht niet verdrukt worden!”

En het begon zo vredig, donderdagavond in Amsterdam, toen opnieuw enkele duizenden pro-Palestijnse betogers op de been waren. Van heinde en verre kwamen ze begin van de avond per fiets of metro naar het Roeterseiland, een campus van de Universiteit van Amsterdam (UvA). Mondkapje op, Palestina-sjaal om, sommigen over het gezicht. Klaar om voor de vierde dag achtereen te demonstreren tegen de banden van de universiteit met Israëlische instellingen.

Demonstranten staan tegenover de mobiele eenheid bij de campus van de Universiteit van Amsterdam (UvA) op het Roeterseiland.
Foto Ramon van Flymen/ANP

De groep zwol aan tot enkele duizenden betogers, veelal jong, sommigen oud. Omdat de politie het campusterrein had afgezet, trok de groep als een lange sliert door de stad. Van Roeterseiland over de grachten met een omweg stilaan richting het Maagdenhuis, waar het bestuur van de UvA zetelt. „Free free Palestine”. Op een van de politiebusjes was de Palestina-sticker geplakt met de leus „Kick me”. Intussen liepen agenten vriendelijk pratend tussen de demonstranten terwijl verderop politiebusjes om de massa cirkelden. Uit de menigte klonk „Slow down” – angstig om uit elkaar te worden gedreven.

Op het Spui gingen demonstranten zitten.
Foto Roger Cremers

Spontane hug

Een oudere bewoner stond er op het Waterlooplein met tranen in de ogen naar te kijken. Ze kreeg een spontane hug van een meisje met hoofddoek.

„What’s going on?” zegt een verdwaasde toerist amper tien minuten later op het Spui. Pal voor de ingang van het Maagdenhuis blaft een politiehond onophoudelijk terwijl de horeca aan het plein snel het terrasmeubilair vastketent. Het lijkt erop dat de betogers het Maagdenhuis willen bezetten. De sfeer slaat om. Het is grimmig, paniekerig, onoverzichtelijk. Politiebusjes staan midden in de menigte en vanuit de smalle straatjes komt steeds meer ME. Enkele meisjes beginnen spontaan te huilen, de menigte deinst wat terug.

Politie treedt op tegen demonstranten op het Spui.
Foto Ramon van Flymen/ANP

Paniek

„Zes bussen politie, helemaal vol!” David Boer was net klaar met zijn werk in het restaurant verderop en Jasmijn van Velzen dacht: laten we even kijken. Ze hebben de hele mars meegefietst, maar niets gescandeerd – „we hebben over dit onderwerp te weinig kennis”. Plots stonden ze midden op het Spui en zagen ze het voor hun ogen ontaarden. De poging om een politiebusje omver te duwen hebben ze niet gezien, wel dat iemand bovenóp een politiebusje stond. Die werd gearresteerd en toen riep de politie iets en brak er paniek uit. Iedereen rennen, alle kanten op.

„Nee, nee, we gaan niet meer terug”, zegt David Boer beslist. „Maar dit was fúcking spannend.”

„We hadden ook in de coffeeshop kunnen zitten”, zegt Van Velzen. „Dit is beter. Ik lééf jongen. Ik lééf.”