N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
ZAP Ook in de Curaçaos-Nederlandse Izaline Calister woont een Tula, krijgt de zangeres te horen op Curaçao, waar ze de route volgt van Tula’s rebellenleger.
We kunnen wel blijven mopperen dat Hollandse helden als Jan Pieterszoon Coen en Peter Stuyvesant van hun sokkel zijn gevallen, wegens slavernij en massamoord, maar kijk toch eens naar de stoere helden die we ervoor terugkrijgen. Boni, Baron, Tula – zwarte rebellen die vochten tegen de slavernij. Tot voor kort werden ze als terroristen en lastpakken weggezet.
Donderdag vierde Curaçao de Dia di Lucha pa Libertat (Dag van de Vrijheidsstrijd), een feestdag om te herdenken dat op 17 augustus 1795 de slaafgemaakte Tula een opstand leidde tegen de Nederlandse onderdrukkers. De opstand werd snel neergeslagen, Tula werd in het openbaar doodgemarteld, maar de symbolische waarde van zijn rebellie is groot. Tula werd een inspiratie voor latere verzetshelden als Anton de Kom, Jerry Afriyie en ridder Mitchell Esajas. Op 3 oktober, Tula’s sterfdag, verleent de Nederlandse regering hem eerherstel.
Op tv was de viering aanleiding voor de documentaire Tula leeft! De zangeres Izaline Calister volgt op Curaçao de route van Tula’s rebellenleger. Onderweg vertelt ze de geschiedenis aan haar bandleider Thijs Borsten, die zo dient als witte gids die de witte kijkers bij de hand neemt. Ze ontmoet plaatselijke musici met wie ze liederen over zingt over de rebel. Die zijn afkomstig uit haar muziektheaterprogramma Tula Leeft! Het zijn liederen van strijd, liederen over het harde leven, en over de betekenis van de opstand voor zwarte mensen van nu. Ze zingt in het Papiaments: „Tula, jij hebt ons geleerd te vechten/ Te vechten voor onze eigenwaarde/ Maar kijk, hoe ironisch/ Wij vechten niet…” Ze moet het lied afbreken omdat ze volschiet. Een eilander verzekert de zangeres dat er ook in haar een Tula woont.
De trektocht over het eiland vermengd met de liederencyclus is een originele manier om Tula’s geschiedenis te vertellen. Ondertussen krijgen we van eilanders te horen hoezeer Tula daar nog leeft, en kunnen we ons vergapen aan de ruige schoonheid van Curaçao. In een katholieke kerk zingt Calister een lied over de religieuze schilderijen die daar hangen. Waarom is iedereen op de schilderijen wit? Tula leerde ons toch dat we allemaal van Adam en Eva afstammen? Calister is ondanks alles optimistisch over de strijd tegen de nawerking van de slavernij. Ieder generatie is weer een stukje vrijer, zegt ze. Haar dochter is weer ietsje vrijer dan zij. Het vertellen over het verleden is belangrijk in die trage, uitgestelde bevrijding.
Dansen in een rolstoel
In de documentaire A way to B (NPO2) maken Jos de Putter en Clara van Gool een portret van Liant la Troca, een Spaanse dansgroep die goeddeels bestaat uit mensen met een lichamelijke beperking. Dansers in rolstoelen, een blinde danser, een danser zonder benen. Tijdens een overleg met zijn partner hoor je choreograaf Jordi Cortés Molina zeggen: „We hebben meer tweebenigen nodig.” Bij dans denk je eerder aan mensen met een volmaakte lichaamsbeheersing, maar als je naar deze dansgroep kijkt zie je hoe vanzelfsprekend deze vorm eigenlijk is. De dansers met een beperking hebben een persoonlijke, unieke danstaal van een schoonheid die je direct raakt.
De zwierig gefilmde dansscènes – de camera danst mee – worden afgewisseld met huiselijke scènes waarin de dansers zich buitengewoon veerkrachtig tonen. Hun beperking is niet het probleem, zeggen ze, maar hoe de buitenwereld erop reageert. De man zonder benen vertelt dat de dokter hem na de geboorte niet aan zijn moeder durfde te tonen. „Alsof ik een monster was.” Als hij in deze tijd was verwekt, stelt hij, dan was hij nooit geboren, omdat zijn moeder hem voortijdig zou hebben laten weghalen. „Ik ben een 21ste-eeuwse abortus die niet geaborteerd is.” De mooiste scène is die waarin de danser zonder benen in de huiskamer een duet danst met zijn vrouw, die een stalen korset draagt. Je voelt de liefde stromen, voor elkaar en voor de bevrijdende dans.