Begin februari 2022, toen Rusland al maanden troepen opbouwde aan de grens met Oekraïne, noemde Emmanuel Macron het „legitiem” dat Rusland zich zorgen maakte over zijn veiligheid. Nadat Rusland Oekraïne op 24 februari dat jaar op grote schaal binnenviel, was het de Franse president die maandenlang de telefoonlijnen met de Russische president Vladimir Poetin openhield. In juni van 2022 was het Macron die zei dat „Rusland niet vernederd moet worden”.
Dit is nu bijna niet meer voor te stellen. Want het was óók Macron die twee weken geleden als eerste westerse regeringsleider niet uitsloot dat er westerse troepen naar Oekraïne gestuurd kunnen worden. Een „nederlaag van Rusland” is volgens hem nu „onontbeerlijk”. Afgelopen dinsdag organiseerde hij een symbolische parlementsstemming over een bilateraal akkoord met Oekraïne. Daarbij uitte zijn premier Gabriel Attal in de Assemblée nationale de Oekraïense overwinningsleus Slava Ukraini! (Glorie aan Oekraïne!). Donderdag volgt een televisie-interview met Macron dat volledig gewijd zal zijn aan Oekraïne.
Lees ook
Brussel wil dat EU-landen meer en slimmer investeren in een Europese defensie
Verkiezingen
Zoals altijd in Frankrijk worden Macrons geopolitieke manoeuvres vooral in de nationale context geplaatst. „Natuurlijk speelt nationale politiek een rol”, zegt ook Guillaume Lagane, topambtenaar en defensie-expert die doceert aan SciencesPo Paris. „De Europese verkiezingen komen eraan en de [radicaal-rechtse] Rassemblement Nationaal (RN) staat op één in de peilingen.” Door te laten zien dat hij vierkant achter Oekraïne staat, zou de president zich willen afzetten van deze partij – en in mindere mate ook van de radicaal-linkse partij LFI.
„Deze oorlog leidt tot meer verdeeldheid in Frankrijk dan in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, waar Conservatieven en Labour ongeveer dezelfde mening hebben over steun aan Oekraïne”, verklaart Lagane. „Bij radicaal-links en radicaal-rechts in Frankrijk is van oudsher een bepaalde vijandigheid richting de Europese Unie, de NAVO, en een sterk anti-Amerikanisme. Dat alles bij elkaar maakt dat ze terughoudender zijn met het sturen van veel steun aan Oekraïne.” De parlementsstemming zal Macron dan ook als een succes zien: het bilaterale akkoord werd ruimschoots aangenomen maar RN stemde niet mee, LFI stemde tegen.
Maar de strategie is niet zonder risico. „De gemiddelde Fransman houdt zich meer bezig met nationale thema’s als inflatie, huisvesting, onveiligheid en immigratie” – en vooral van RN-stemmers is bekend dat geopolitiek weinig invloed heeft op het stemgedrag. Daarom probeert de regering de oorlog in Oekraïne aan deze alledaagse thema’s te verbinden, zegt Lagane. „Bij de parlementsstemming zag je dat premier Attal argumenten gebruikte om deze groep toch te raken: zo zei hij dat als Rusland wint, de prijzen van energie en voedsel hier zullen stijgen en een golf van migranten op gang kan komen.”
In de peilingen is nog niet terug te zien dat Macrons verandering van toon ertoe leidt dat Fransen hun stem voor RN (of LFI) heroverwegen. Maar Lagane ziet dat onder RN-aanhangers wel „een bepaald soort gêne” is ontstaan. „Het beeld wordt neergezet dat ze niet trouw zijn aan hun land.”
Door op te werpen dat er westerse troepen naar Oekraïne gestuurd zouden kunnen worden, kwam de oorlog gevoelsmatig ook een stuk dichterbij. „Het idee dat Franse militairen zouden kunnen sterven voor Oekraïne, ook al zijn we daar nog lang niet, leidt tot angst en ook dat is een manier om de publieke opinie te sensibiliseren.”
Lees ook
Tijd om Poetin niet zo bij ons in de kaart te laten kijken
Gevoel van urgentie
Maar electoraal gewin is zeker niet de enige reden dat Macron zijn toon veranderde. „De belangrijkste reden is dat de militaire situatie in Oekraïne fors is verslechterd sinds het einde van het contra-offensief”, zegt Lagane. „Er is een gevoel van urgentie ingedaald dat vorig jaar nog niet bestond.”
Hij benadrukt dat Frankrijks positie lange tijd wat ambigu was. „We steunden Oekraïne politiek en militair gezien, maar we waren terughoudend met het sturen van véél steun”, zegt hij. Zo weigerde Frankrijk anders dan onder meer Nederland gevechtsvliegtuigen te sturen en heeft het land minder geld en militaire steun gestuurd dan bijvoorbeeld Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.
„Die houding was te verklaren doordat Macron de rol van bemiddelaar poogde te spelen tussen Rusland en Oekraïne”, zegt Lagane. Maar inmiddels ziet Macron in dat een diplomatieke oplossing in de nabije toekomst onmogelijk is. „Dus wil hij zich fermer uiten naar Moskou en laten zien dat er geen grenzen zijn aan de steun aan Oekraïne.” Met de parlementsstemming zou Macron aan Poetin willen laten zien dat niet alleen híj, maar het hele Franse volk (of in elk geval hun vertegenwoordigers) achter hem staan.
Geopolitieke krachten spelen hierbij een rol. „De Verenigde Staten zijn een beetje absent vanwege de naderende presidentsverkiezingen en de houding van de Republikeinse partij die 60 miljard dollar aan steun aan Oekraïne blokkeert in het congres. Macron springt in dat gat.” Het past bij de president, die er al jaren op hamert dat Europa autonomer moet worden. „En hij probeert aan Oost-Europese landen te laten zien dat ze na terugtrekking van de VS niet alleen staan.”
Lagane acht de kans klein dat Macron zijn toon bij het interview donderdag weer zal afzwakken: „zijn positie is veranderd omdat de geopolitieke situatie is veranderd”, benadrukt hij, en snel ziet hij die niet omslaan. Overigens betekent dit alles niet dat Franse militairen zich klaarmaken voor vertrek naar het oosten: na Macrons uitspraak haastte minister van Defensie Stéphane Séjourné te zeggen dat de president niet doelde op grondtroepen, maar op mogelijk helpende handen bij zaken als ontmijnen en trainingen. De Oekraïense president zelf, Volodymyr Zelensky, drukte de Fransen in Le Monde deze week op het hart dat „uw kinderen niet zullen sterven in Oekraïne”.