Voor ASML was Wim Troost de juiste man, op de juiste plaats

Techniek, toewijding en een gezonde dosis toeval. Dat waren de ingrediënten waarmee de huidige hightechgigant ASML de wankele start in 1984 wist te overleven. Een van de grondleggers was Wim Troost, voormalig directeur van de Veldhovense chipmachinefabrikant. Hij overleed vrijdagochtend in zijn woning in Nuenen, op 98-jarige leeftijd. Troost was de degene die in de jaren tachtig van de vorige eeuw voorkwam dat Philips de ontwikkeling van een beloftevolle lithografiemachine staakte. Deze uitvinding uit Philips’ NatLab werd later de basis van ASML, inmiddels een multinational met een beurswaarde van 385 miljard euro.

Een rebel was Wim Troost, geboren in 1925 in Den Haag, helemaal niet, zegt zijn zoon Pieter. „Maar hij durfde wel op zijn strepen te gaan staan als hij het ergens hartgrondig mee oneens was.” Vandaar dat Troost zijn hand opstak om zich over de prille lithografietak te ontfermen, terwijl zijn collega-directeuren bij Philips er niets in zagen. Hij maakte tegen alle adviezen in extra budget vrij – een woord dat Troost graag met een harde ‘g’ uitsprak.

Als ze ‘m ooit openmaken vinden ze een embleem van Philips, zei m’n moeder

Pieter Troost, zoon van Wim

Later maakte Troost met zijn toenmalige baas George de Kruiff de afspraken voor de joint venture met ASM International, de Nederlandse chipfabrikant die in 1984 mede aan de wieg van ASML stond.

Wim Troost bleek de juiste man op het juiste moment, maar werd niet de eerste directeur van ASML; hij ging op zijn zestigste met pensioen, zoals gebruikelijk bij Philips. In 1987 werd hem gevraagd het roer tijdelijk weer over te nemen omdat het wankele ASML stuurloos was – de eerste topman, Gjalt Smit, was opgestapt en de beoogde vervanger bleek spoorloos. Troost bleef er tot aan zijn tweede pensioen in 1990, en sleepte de voor ASML belangrijke deal binnen met de Taiwanese chipfabrikant TSMC. Toen nog een start-up, nu de grootste chipfabrikant ter wereld, draaiend op ASML-machines.

Troost nam in 1983 in zijn Philipstijd ook de eerste sollicitant voor ASML aan, met de belofte dat hij bij de nieuwe joint venture aan de slag kon: dat was Martin van den Brink, de persoon die ASML’s strategie zou gaan bepalen en zijn stempel drukte op de nietsontziende bedrijfscultuur van de chipmachinefabrikant. Van den Brink werd technisch directeur en co-president en ging zelf vorige maand met pensioen, tegelijk met co-president Peter Wennink.


Lees ook
‘Ze zeiden Wim, houd toch op geld te verdonderen’

Oud-ASML-directeur: ‘Ze zeiden:  Wim, houd toch op geld te verdonderen’

De crisis ontvlucht

Zijn jeugd bracht Troost, zoon van een banketbakker-annex-stofzuigerverkoper, door in Brabant; tijdens de crisis van de jaren dertig verhuisde de familie Troost van Den Haag naar het gehucht Boomjesdijk, bij Dinteloord. In de Tweede Wereldoorlog dook hij onder om aan Duitse dwangarbeid te ontsnappen. Hij studeerde aan de Technische Hogeschool in Delft en ontmoette in Engeland zijn toekomstige vrouw Pamela.

Na zijn studie ging Troost in 1951 bij Philips aan de slag en verhuisde naar de Skandiawijk in Geldrop. Die woningen waren door Philips gebouwd om werknemers te huisvesten. Ze kregen samen vijf kinderen en Troost klom op tot directeur van de divisie Science & Industry, voor Philips’ industriële toepassingen.

Thuis was Troost behalve vader een extreem harde werker, vertelt zoon Pieter. „Hij kwam rond half acht thuis, deed een dutje bij het Journaal en werkte daarna tot twee uur of half drie ‘s nachts door, om de volgende ochtend weer om zeven uur aan de slag te gaan.”

Zijn moeder, in 2003 overleden, verwoordde het volgens Pieter anders: „Als ze ooit je vaders borstkast open maken, dan vinden ze een Philips-embleem op de plek waar z’n hart zit.” Het latere verval van Philips deed Wim Troost pijn, maar de trots op ASML overheerste. Veertig jaar na dato kon Troost zich nog nijdig maken om de kortzichtigheid van Philips, dat begin jaren tachtig de kans liet schieten om de lithografietechniek aan het Amerikaanse bedrijf PerkinElmer te verkopen. Een blunder, vond hij. Maar zonder die misser had Philips geen joint venture gestart met ASMI en was ASML waarschijnlijk geen Nederlands bedrijf gebleven. ASML kocht uiteindelijk zelf de restanten van PerkinElmer op.

Technicus met talenknobbel

Dankzij een gezond gestel en een messcherp geheugen was Wim Troost tot op hoge leeftijd actief; hij bezocht de aandeelhoudersvergaderingen van ASML, gaf regelmatig lezingen over chiptechniek en doceerde Engels aan senioren in zijn woonplaats Nuenen. Troost was een technicus met een talenknobbel, zegt zoon Pieter. „Hij voerde onderhandelingen in het Duits, Frans en Engels, en tijdens vakanties leerde hij in een uurtje snel wat Spaanse woorden om met de tuinman te kunnen kletsen.”

Troost kwam uit een familie met veel langlevenden, vertelde hij in een interview met NRC in 2022: zijn zus werd 93, zijn vader 96, een tante die de gezegende leeftijd van 103 haalde.

„Ik wil de honderd halen”, zei Wim Troost dan ook tegen de ambulancemedewerkers die hem dit voorjaar, na een acute medische tegenslag, in zijn woning ophaalden en vroegen of hij op zijn leeftijd nog wel ‘opgelapt’ wilde worden. Zeker wel.

Het was uitgerekend op die dag dat hij voor het eerst zijn allerjongste achterkleinzoon zou ontmoeten, kort daarvoor geboren in Noorwegen. Terwijl ze hem op de brancard naar de ambulance droegen liet Troost de broeders even stoppen, zodat hij nog één keer de hand kon schudden met de volgende generatie.