Volledige vrijspraak voor Haagse oud-wethouder Richard de Mos. Uitkomst van corruptiezaak is mokerslag voor OM

Rechtbank Voormalig wethouder en locoburgemeester van Den Haag Richard de Mos is vrijgesproken van alle verdenkingen. Ook zijn medeverdachten gaan grotendeels vrijuit in de omvangrijke corruptiezaak. Alleen horecaman Atilla Akyol kreeg 4 maanden voorwaardelijke cel wegens verboden wapenbezit.

Richard de Mos vrijdag in de Rotterdamse rechtbank, na het horen van het vonnis.
Richard de Mos vrijdag in de Rotterdamse rechtbank, na het horen van het vonnis.

Foto Robin Utrecht/ANP

De Rotterdamse rechtbank oordeelt dat Richard de Mos, voorman van de lokale partij Hart voor Den Haag, zich niet heeft laten omkopen door vijf Haagse zakenmensen die in 2018 zijn verkiezingscampagne financierden. Ook pleegde hij geen meineed, schond hij zijn ambtseed niet en vormde hij geen criminele organisatie met de medeverdachten. Ook die gaan grotendeels vrijuit in de omvangrijke corruptiezaak. Alleen horecaman Atilla Akyol kreeg vier maanden voorwaardelijk wegens verboden wapenbezit.

De uitkomst van het grootste corruptieproces van de afgelopen jaren is een mokerslag voor het Openbaar Ministerie. Dat vroeg voor De Mos 22 maanden onvoorwaardelijke cel, vier jaar ontzegging uit het recht om een bestuurlijk ambt te mogen bekleden en een boete van 8.500 euro. Het OM wilde voor mederaadslid Rachid Guernaoui zestien maanden gevangenisstraf, waarvan zes voorwaardelijk. Ook hij zou vier jaar geen bestuurlijk ambt meer mogen bekleden.

Het ontbreken van deugdelijke overheidsregels voor partijfinanciering voor lokale partijen kan, volgens de rechtbank „niet worden opgelost met het strafrecht”. Bovendien zijn de kwade bedoeling van de gever en ontvanger van de partijdonaties niet aangetoond door het OM, aldus de rechtbank.

Emotionele reacties

De Mos reageerde emotioneel. Huilend omarmde hij zijn medeverdachte, partijgenoot Guernaoui. Die trad in 2019 samen met De Mos terug als wethouder nadat de rijksrecherche huiszoeking had gedaan in het stadshuis en de woningen van beiden.

Na afloop zei Guernaoui: „Na drie-en-een-half jaar is de nachtmerrie nu hopelijk voorbij. De aantijgingen van het OM bleken vals. We hebben niets verkeerd gedaan, geen regels overtreden.”

De advocaat van Richard de Mos, Peter Plasman, had tijdens het proces al gepleit voor volledige vrijspraak. Bewijzen voor de verdenkingen van onder meer omkoping bevatte het strafdossier volgens hem niet. En de aanklacht van deelname aan een criminele organisatie moest nietig worden verklaard. Volgens Plasman was het proces tegen zijn cliënt „sterk politiek gekleurd”.

Dat laatste concludeert de rechtbank niet, maar verder is het vonnis helder: Het OM heeft niet bewezen dat de partijdonaties kunnen worden gezien als giften aan De Mos en Guernaoui. Of het OM in hoger beroep gaat, is nog onduidelijk. Een reactie op het opmerkelijke vonnis moet nog komen. De advocaat van Guernaoui hoopt dat het OM „in de spiegel” kijkt en niet in beroep gaat. „Anders komt er nog geen einde aan de lijdensweg.”