VN-commissie berispt Australië over opsluiten migranten op eilandstaat Nauru

„Offshore detentiecentra zijn geen mensenrechtenvrije zones.” Dat schrijft het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten (OHCHR) in een donderdag gepubliceerde verklaring. De commissie oordeelt dat Australië als staat verantwoordelijk blijft voor het beschermen van de mensenrechten van migranten, ook wanneer de asielprocedure wordt uitbesteed aan een andere staat. In de uitspraak waarschuwt de VN-commissie nadrukkelijk dat dit geldt voor alle landen die van plan zijn de asielverwerking uit te besteden in zogeheten migratiedeals.

Het immigratiebeleid van Australië is simpel: „Geen enkele asielzoeker die per boot komt, zal zich ooit in Australië vestigen”, sprak toenmalig Australisch premier Kevin Rudd in 2013. En daar lijkt de staat zich ook nu nog aan te houden. Het zerotolerancebeleid is erop gericht vluchtelingen, die met hulp van mensensmokkelaars in bootjes Australië proberen te bereiken, terug te sturen. Als dat niet lukt, worden ze opgesloten in kampen op het afgelegen Pacifische eiland Nauru. Nauru is een onafhankelijke staat, half zo groot als Schiermonnikoog, het ligt ruim drieduizend kilometer uit de kust van Australië.

De VN-commissie deed donderdag uitspraak in twee zaken waarbij 25 migranten en asielzoekers tussen 2014 en 2018 zonder proces of een uitzicht daarop werden vastgehouden op het eiland. De Australische regering zei in correspondentie met de VN-commissie dat Australië als staat niet verantwoordelijk is voor de behandeling van asielzoekers of vluchtelingen op Nauru omdat het geen Australisch grondgebied is. Dat argument gaat volgens deze uitspraak niet op. “Australië heeft aanzienlijke controle over en invloed op het opzetten, faciliteren en beheren van het detentiecentrum op Nauru en is daarmee verantwoordelijk”, aldus commissielid Mahjoub El Haiba in de verklaring.

Europa

Ondertussen wordt in Europa met interesse gekeken naar de Australische methode. De Britse deal met Rwanda, de Italiaanse Albaniëdeal en de Europabrede Tunesiëdeal zijn manieren waarop landen via deals met andere landen buiten Europa de asielprocedure proberen uit te besteden. In ruil voor geld voorkomen deze landen dat vluchtelingen doorreizen naar Europa, onder meer door ze vast te zetten of terug te sturen naar hun land van herkomst. Meer dan eens worden dergelijke deals gesloten met landen waar het niet goed gesteld is met de bescherming van mensenrechten.

VN-commissielid El Haiba benadrukt in de verklaring dat deze uitspraak niet alleen voor Australië geldt: “Dit besluit is een heldere boodschap naar alle landen: wanneer er sprake is van macht of directe invloed, dan is er sprake van verantwoordelijkheid. Het uitbesteden van procedures stelt landen niet vrij van aansprakelijkheid voor het schenden van mensenrechten.”


Lees ook

Aan de buitengrenzen van Europa: minder migranten en dat heeft een schaduwzijde

Een houten boot die door meer dan 120 vluchtelingen is gebruikt om de Middellandse Zee over te steken vanuit Libië.