N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Asielzoekers In Velsen-Noord is de keuze of de opvang met duizend asielzoekers mag blijven aan de inwoners overgelaten. „Er is ons beloofd dat het écht maar voor een half jaar zou zijn.”
Op 21 september wordt Silja Europa aangemeerd aan de kade van een verlaten industrieterrein, net buiten Velsen-Noord. Op een cruiseschip, dat van alle luxe is ontdaan, worden duizend asielzoekers opgevangen. De afspraak was dat de asielzoekers er tot 1 maart zouden blijven, dat hadden het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers en staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel en migratie, VVD) aan de wantrouwende inwoners van Velsen-Noord beloofd. Maar op 16 januari doet Van der Burg een „moreel beroep” op het gemeentebestuur van Velsen. Hij vraagt of het schip om „een humanitaire noodsituatie” te voorkomen „in eerste instantie” zes maanden langer mag blijven. Afspraak is afspraak, besluit het college. Het was de meerderheid in de gemeenteraad die eind januari opperde om tóch een raadpleging onder de inwoners van Velsen-Noord te doen: wat nu als ze de inwoners van Velsen-Noord vragen of de opvang met asielzoekers nog langer mag blijven?
Acht betrokkenen aan het woord.
De kwestie
‘De gemeenten moeten het maar oplossen’
Frank Dubelaar, inwoner van Velsen-Noord, kijkt vanaf zijn garage uit op het Noordzeekanaal: „Ik zag het schip binnen komen varen. Wat een apparaat, joh! Er worden duizend mensen opgevangen, maar er hadden er nog meer op gepast. Een paar dagen nadat het schip was aangemeerd, arriveerde de eerste bus met asielzoekers, een goud-geel ding met geblindeerde ramen. Ik keek er doorheen en zag een meneer van een jaar of zeventig zitten. Hij hield zijn duim omhoog en zijn hand op zijn hart. Weet je wat er dan door je heen gaat? Maar de burgemeester had een einddatum op de noodopvang geplakt: 1 maart. Dus sommige mensen in Velsen-Noord zijn op de kalender in hun wc de dagen gaan wegstrepen.”
Joost Bleekman, fractievoorzitter van Velsen Lokaal, voelde zich overvallen door de vraag uit Den Haag: „En toen kreeg het gemeentebestuur dus de brief van staatssecretaris Eric van der Burg, met de vraag of het schip toch langer mocht blijven liggen. Wij zijn een lokale partij, onze leden hebben achtergronden van GroenLinks tot Forum voor Democratie. Gesprekken over lokaal beleid, zoals bestemmingsplannen of speeltuintjes, zijn makkelijk. Maar zoiets fundamenteels als asiel, zorgt voor een ander soort discussie.”
Marijke Gemser (PvdA) stemde als enige van haar fractie – tevergeefs – tegen de enquête: „Gooi maar naar de gemeenten, denken ze in Den Haag, die lossen het wel op. Wij zitten nu met duizend asielzoekers die het zwaar hebben, maar nergens anders terecht kunnen.”
Bas de Ruig (D66) opperde dat ze de inwoners naar hun mening konden vragen: „De toon van de staatssecretaris was: als jullie het schip wegsturen, kunnen deze mensen nergens anders naartoe. We stonden voor het blok. Het voelde als een keuze die helemaal niet bij een gemeente hoort te liggen. Het college zei: afspraak is afspraak. De boot gaat weg. Maar met een paar andere partijen dachten wij: het voelt echt niet goed om het schip, waar geen problemen mee zijn geweest, te laten uitvaren. Wilden we per se vasthouden aan 1 maart, alleen maar om betrouwbaar over te komen? Dan zouden we de volgende zijn die duizend mensen in een kwetsbare positie opnieuw in onzekerheid storten. We zijn intensief gaan overleggen, op zoek naar een oplossing, zonder voorbij te gaan aan het sentiment dat onder bewoners leeft. Zo kwamen we op het idee om de bewoners zelf te vragen wat ze eigenlijk vinden.
„Elke inwoner van Velsen-Noord kreeg een brief met een persoonlijke code in de bus, waarmee een digitale enquête kon worden ingevuld. Maar de volksraadpleging is niet bindend.”
Joost Bleekman (Velsen Lokaal): „Ik merkte wel dat de vraag die wij stelden vrij polariserend is. In de wijk, maar vooral op sociale media, waar mensen elkaar uitmaken voor van alles en nog wat. In Velsen-Noord hebben mensen het hart op de tong, ze zullen nergens omheen draaien.”
Gerrit Ausma, senior liftadviseur, woont al jaren in Velsen-Noord: „En zo ging de kwestie van Den Haag naar de gemeente Velsen naar de inwoners van Velsen-Noord. Moeten wij die arme stakkers nu gaan wegsturen? Je merkt dat het tussen de inwoners in komt te staan. Velsen-Noord voelt zich al decennialang het afvoerputje van de gemeente. Door de vele goedkope woningen wonen hier veel mensen die niet in het keurslijf van het dagelijks bestaan passen, ingeklemd tussen de A22, Tata Steel en het Noordzeekanaal. Of dat minderwaardigheidsgevoel terecht is, laat ik in het midden. Maar er is in elk geval weinig voor nodig om het op te laten opvlammen.”
Het schip
Veel wantrouwen, maar ‘geen last’
Lujain Ghasam uit Damascus verblijft sinds zes maanden op het cruiseschip in Velsen-Noord: „Ik kwam hiernaartoe over de zee en daar ben ik nu eigenlijk nog steeds. Het schip is mooi van binnen, hoor! Maar je bent er nooit alleen. Ontbijt, lunch, avondeten; elke dag zit ik tussen duizend mensen. En op elke vrouw zijn er zeker tien mannen. Daarom zit ik graag hier, in mijn eentje, in het glazen bushokje.”
Cees Duijn heeft een bedrijf in Velsen-Noord en is regelmatig op het schip: „Luister, het is uiteindelijk een ferry, dat ding vaart normaal op de Oostzee, rondjes Finland, Zweden, Denemarken. Daar moeten vrachtwagens op. Die gaat van a naar b op zee. Het is netjes, maar qua afmeting een soort hondenhok-plus. Er zijn wat grote hutten waar gezinnen in zitten. De mensen zijn nu eindelijk veilig, voor het eerst sinds maanden, maar nu hangt dit boven hun hoofd. Ze zijn zo onzeker, dat voel je.”
Inwoner Ed van Beilen is voorzitter van voetbalvereniging FC Velsen-Noord: „De mensen daar op die boot hebben het echt niet zo goed als we allemaal denken. Maar in Velsen-Noord kom je haast geen asielzoekers tegen. Ze worden in de bus naar Beverwijk gebracht. Dat is toch krom? Je wordt gratis opgehaald met een bus, mag overal heen, als je maar niet door Velsen-Noord gaat dwalen. Ze voetballen bij ons, op maandagavond. Dat gaat hartstikke goed. Of laat ik het zo zeggen: we hebben er geen last van. Dat is het belangrijkste.”
Inwoner Frank Dubelaar: „Er is hier in Velsen-Noord een Dekamarkt, daar merk je het wel aan de schappen, dat er meer mensen zijn. De schappen zijn gauw leeg. Gestolen? Nee, er wordt niet gestolen. De gewone Velsen-Noorder heeft last van lege schappen. Ze worden niet snel genoeg aangevuld.”
Inwoner Gerrit Ausma: „Wat ze voor overlast hebben bezorgd? Ik zie de boot alleen als ik uit de Velsertunnel rijd. Als ik tussen de middag wat boodschapjes doe in het dorp, kom ik nooit vervelende asielzoekers tegen. Nee, de overlast van asielzoekers is meegevallen. De wijze waarop de gemeente ermee omgaat, heeft ons meer problemen bezorgd.”
Joost Bleekman van Velsen Lokaal: „Ik herinner me een informatiebijeenkomst in een loods met het COA en de staatssecretaris, vorig jaar. Er kwamen bijna duizend inwoners op af. Er was zó veel wantrouwen. Met zo veel asielzoekers kregen de 5.300 inwoners heel wat op hun nek. Maar het COA en de staatssecretaris beloofden dat de opvang écht maar voor een half jaar zou zijn. Dan zou de spreidingswet zijn ingevoerd en asielzoekers eerlijker over gemeenten worden verdeeld. Door die bijeenkomst in de loods is 1 maart zo’n belangrijke datum geworden. In het contract tussen de gemeente en het COA was zelfs opgenomen dat de vraag of de boot langer kan blijven, niet gesteld mag worden.
„Maar nu zijn wij volgens de inwoners de onbetrouwbare partij. Precies dezelfde boze mensen als bij de bijeenkomst in de loods, stonden bij een bijeenkomst over de enquête met de vinger op onze borst. Je gaat over je eigen veiligheid twijfelen.”
De volksraadpleging
‘Ik hoop dat wij nog even mogen blijven’
Lujain Ghasam uit Damascus: „Ik spreek eigenlijk niet echt met mensen die hier wonen. Als ik door het parkje wandel kom ik weleens iemand tegen. Ik zeg altijd hallo, ik wil vriendelijk zijn. Sommige mensen zeggen niets terug. Dat is oké, het hoeft ook niet. Maar ik hoop vooral dat wij hier nog even mogen blijven. Straks moeten we worden verdeeld over heel Nederland en raakt de immigratiedienst weer het overzicht kwijt. Ik ben bang dat mijn asielprocedure dan nog langer duurt. Pas als we een verblijfsvergunning hebben, kan mijn vader overkomen – vanwege gezondheidsproblemen kon hij de reis niet maken. Hij zit midden in het aardbevingsgebied in Damascus. Sorry, ik word zo emotioneel, omdat ik hem gisteren pas eindelijk weer heb gesproken.”
Joost Bleekman: „Het is erg spannend. Aanstaande vrijdag 10 maart krijgen we de uitslag. Om en nabij 30 procent van de inwoners heeft de enquête ingevuld, heel weinig. Maar het onderzoeksbureau zegt dat het voor zulke enquêtes nog aan de hoge kant is. Wij volgen hoe dan ook het geluid van de inwoners. Iedereen heeft nu de kans gehad. Ik denk nog steeds dat het antwoord nee is, vanwege het principe. Het COA heeft dan een maand om een andere plek te vinden. En als ze zeggen dat het echt niet lukt? Als je genoeg geld vrijmaakt, moet het toch mogelijk zijn? Desnoods huur je een vakantiepark van Peter Gillis.”
Bas de Ruig: „De enquête was ingestoken als volksraadpleging. Pas als we de uitslag hebben, geïnterpreteerd door het onderzoeksbureau, kunnen we een goede afweging maken. Op 16 maart is er een extra raadsvergadering, dan maakt de raad een keuze.”