Van de Gouden Koets tot Grace Jones: in het afrofuturisme van AiRich komen zwart verleden en toekomst samen

Afgezien van de film Black Panther (2018) bevat sciencefiction doorgaans maar weinig mensen van kleur in de hoofdrol. Kunstenaar AiRich wil dat veranderen. Ze ontwerpt alternatieve toekomstscenario’s, waarin zwarte mensen een zelfbewuste, leidende rol spelen: „Ik móét ervoor zorgen dat kleine zwarte kindjes weten dat ze mooi zijn”, zei in een interview met NRC in 2019: „Mensen die naar mijn werk kijken moeten hun identiteit weer omarmen. Dat beschouw ik als mijn missie.”

AiRich (Fana Richters, 1991) bouwt al tien jaar aan een multidisciplinair universum, waarin ze bodypainting, styling, afrofuturistische mode en collagetechnieken combineert en remixt. Bij binnenkomst van haar eerste solotentoonstelling in Stedelijk Museum Schiedam is direct te zien hoe ze daarbij te werk gaat. Je betreedt een diep donkerpaarse ruimte, waar zich in elke hoek een serie fotoportretten bevindt, waarin de inspiratie uit sciencefiction, (afro)punk, surrealisme en fantasy duidelijk is terug te zien.

Voor haar portretten gebruikt AiRich steevast zwarte modellen, om een zwart schoonheidsideaal tegenover het westerse schoonheidsideaal te plaatsen. Zo verwijzen de buitenaardse moederfiguren met lange opstaande vlechten en rupsachtige kimono’s van de serie OUR MOTHER (2023) aan het mythische beeld van de oermoeder, afkomstig van het Afrikaanse continent, waarvan de hele mensheid zou afstammen. De fotoserie Amazing Grace, a tribute to the icon Grace Jones brengt dan weer een hommage aan een van de eerste popiconen die in de jaren tachtig de dominante Europese schoonheidsidealen doorbrak.

AiRich, ‘Louis D’or Award (Best Actor 2021)’, 2022

Afrofuturisme

Afrofuturisme ontstond vanuit de Afrikaanse diaspora en werpt de vraag op, hoe de zwarte toekomst eruit zou zien zonder onderbreking van kolonialisme. Daarbij wordt geput uit eeuwenoude, pre-koloniale spirituele creatielegendes en mythologieën. Over het algemeen toont het Afrofuturisme een krachtige en hoopvolle toekomst vol sterke zwarte mythische figuren. Het probeert daarbij nadrukkelijk niet het koloniale en slavernijverleden te verdoezelen.

De culturele stroming kent vele gedaanten. Jazzmuzikant en filosoof Sun Ra wordt met zijn album Space is the place (1972) vaak als de vader van het Afrofuturisme gezien. De precieze definitie en invulling van Afrofuturisme verschilt per maker en dat maakt het tot een genre-overstijgende stroming: van muziek tot beeldende kunst naar film en spoken word. Net zo veelzijdig is het werk van AiRich. Zo creëerde ze Planet AiRich, een modelabel dat ze losgekoppeld ziet van haar werk als visueel artiest.

Het kan voor AiRich dan ook als een andere planeet hebben gevoeld om de gevestigde kunstwereld te bestormen. Daarover zei ze eerder in een ander interview met NRC (2020): „De vraag is hoe wij daar als zwarte kunstenaars blijvend een voet aan de grond krijgen. Subsidies aanvragen klinkt voor de kunstenaars die ik ken als iets wat nog niet helemaal voor ons is. Het is alsof je die taal niet goed genoeg spreekt.” Zelf rondde AiRich het Mediacollege af, in plaats van een klassieke kunstopleiding.


Lees ook
Kunst maken met identiteit: ‘Ik kan alles zijn’

Werk van <strong>Richard Kofi</strong> op Festival Klein New Orleans (2019)” class=”dmt-article-suggestion__image” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/02/van-de-gouden-koets-tot-grace-jones-in-het-afrofuturisme-van-airich-komen-zwart-verleden-en-toekomst-samen.jpg”><br />
</a> </p>
<h2 class=Gouden Koets

Speciaal voor deze tentoonstelling maakte ze nieuw werk: Den Doro (2024), waarin ze voor het eerst haar eigen persoonlijke Afro-Surinaamse afkomst onderzoekt. ‘A ten Doro’: de tijd is aangebroken, in de Surinaamse taal Sranantongo. AiRich liet zich hiervoor inspireren door de koto, Surinaamse klederdracht, vertaald naar futuristische kleding waarin ze haar mythische superwezens hult. Haar versie van de koto is een goudkleurige wijde rok van hard glimmend materiaal met een kort jasje en een op speciale manier gevouwen hoofddoek, de angisa of anyisa. Die plaatste ze op een voetstuk midden in de ruimte, onder een hemel van goudkleurige planeten.

Het uit collagebeelden opgebouwde paneel Bloody Gold – Hulde aan de koloniën (2021) wijkt af van AiRich’ optimistische Afrofuturisme. Dit werk, dat ze maakte in opdracht voor het Amsterdam Museum en CBK Zuidoost, is haar reactie op het omstreden paneel van de Gouden Koets. In het originele paneel knielen slaaf gemaakten uit de voormalige koloniën Oost- en West-Indië voor de Nederlandse maagd die het Nederlandse Gemenebest representeert. AiRich’ installatie toont een paneel met de schaduwzijden van het koloniale verleden: een gegeselde rug, semi-automatische geweren en stapels met goud.

Hoewel ze zich in haar werk doorgaans niet zo bezighoudt met expliciete geschiedenis, verleent Bloody Gold de tentoonstelling verdere diepte. Hier komen verleden, heden en toekomst, individu en samenleving hopeloos met elkaar overhoop te liggen. En daarin schuilt de kracht van AiRich.