Tv-recensie | Toch weer een column over Johan Derksen en racisme (helaas)

Dit zou eigenlijk een column worden over de Vlaamse documentairereeks Mirakel n°71 (KRONCRV). Over hoe warm en hoopvol de woensdagavond uitgezonden eerste aflevering aanvoelde, waarin regisseur en MS-patiënt Nathalie Basteyns haar zoektocht naar genezing vastlegde. Ook als areligieuze kijker zou je haast gaan meebidden om het mirakel dat Basteyns in bedevaartsoord Lourdes hoopte te vinden.

Daar had ik graag verder over willen uitweiden, maar alas: de actualiteit drong zich op in de vorm van een vergeelde snor. Dinsdagavond had Johan Derksen in VI (Talpa) de rituele dans ingezet die steevast volgens de volgende passen verloopt:

1) Johan Derksen maakt een racistische/antisemitische/seksistische/homofobe/transfobe ‘grap’ (gelieve zelf door te halen wat niet van toepassing is);

2) Wilfred Genee zegt een variatie op: „Nou nou Johan”;

3) René van der Gijp zegt: „AHHhh, HA HA HA HÁ”;

4) Online leidt het fragment tot terechte ophef;

5) Maar is die terechte ophef wel terecht? U hoort het vanavond in vijf verschillende talkshows (het antwoord zal u verbazen!);

6) Johan Derksen gebruikt het hem toegewezen dagelijkse tijdsslot, waarin hij avond na avond een uur lang alles kan zeggen wat in zijn hoofd opkomt, om te beklagen dat je tegenwoordig niets meer kunt zeggen;

7) De publieke aandacht verschuift naar een andere kwestie;

8) Herhaal vanaf 1.

Als tv-recensent kun je dan zeggen: „Ik doe niet meer mee” (Femke Louise et al., 2020). Je kunt uit principe besluiten geen aandacht te besteden aan een programma dat duidelijk draait op ophef, en ervoor kiezen alsnog lekker je column te vullen met, zeg, Mirakel n°71. Ach – ik had het zo graag gedaan. Maar het voelde niet kies.

Normalisering van discriminatie

Toch maar een rondje talkshows dan. Daarbij sprong Omroep Zwart-presentatrice Veronica van Hoogdalem in het oog, die bij Sophie & Jeroen (BNNVARA) vertelde hoe een vrouw haar had gevraagd of je Derksen nog wel aandacht moest schenken: wat hij dinsdag had gedaan was toch niets nieuws meer? Die normalisering van discriminatie, mede mogelijk gemaakt door bekende figuren die bij VI blijven aanschuiven, stemde Hoogdalem verdrietig, zei ze, en een beetje bang. „Omdat kijkers thuis nu zelfs zoiets hebben van: tsja, dit is toch wat er gebeurt.” Aan haar gezicht viel af te lezen dat ze veel wilde zeggen, maar ten behoeve van de balans was ook Dominique Weesie (PowNed) uitgenodigd om uit te leggen dat Derksen heus geen racist was, en dat bij hem aan tafel zitten je juist de mogelijkheid gaf zijn grapjes waar nodig bij te sturen.

Laat ik deze plek gebruiken om dat gesprek nog even voort te zetten. Van een zwart Kamerlid zeggen dat hij geen echte Fries kan zijn (wat Derksen dinsdag deed) is racistisch. Racisme is geen humor. Het is treurig dat dat schijnbaar nog uitgesproken moet worden, en het níét uitspreken is zo mogelijk nog treuriger. Maar voor dat uitspreken hoef je echt niet naar de VI-studio te komen: de aanwezigheid van BN’ers en politici draagt enkel bij aan het normaliseren van een programma dat allang niet meer normaal is. Derksen boeit het verder niet.

Shownieuws (Talpa) onderstreepte dat weer even. In de microfoon van een verslaggever meldde Derksen dat slechts twee mensen over hem konden oordelen: „De rechter en John de Mol. De rest is geen partij.” Je zou haast om een wonder gaan bidden tot Onze Vader, die in het Talpakantoor zijt. Maar of wonderen echt bestaan zou ik niet weten – Mirakel n°71 kon ik niet afkijken. Ik had mijn handen vol aan vijf talkshows. Johan: bedankt.