
Zachtjesaan lijkt op tv het oorlogsseizoen begonnen: de stortvloed van programma’s over de Tweede Wereldoorlog die voorafgaat aan de herdenking op 4 en 5 mei. In de tweede reeks van Oorlog is erfelijk (zondag, NPO 2) praat Natascha van Weezel met mensen die zich trachten te verhouden tot een oorlogstrauma dat ze van hun ouders hebben meegekregen. Dat hoeft niet per se de Tweede Wereldoorlog te zijn. Onder de gasten zit één Shoah-overlevende en één zoon van een KNIL-militair die in een Jappenkamp zat. De anderen slepen andere oorlogen achter zich aan. Ze zijn vluchtelingen, of kinderen van vluchtelingen, uit Srebrenica, Sierra Leone, Turkije, Palestina.
De jeugd van schrijver Adriaan van Dis werd bepaald door een gewelddadige vader die in een kamp in Indonesië had gezeten. Dat hij een gebroken man was kon die vader niet verkroppen, en hij reageerde zich af op zijn gezin. Hoewel het leven van de schrijver getekend is door het gedrag van zijn vader, spreekt hij nu steeds milder over hem.
Zangeres Meral Polat is geboren in Amsterdam maar sinds haar vaders overlijden is zij zich steeds meer gaan verdiepen in de cultuur waaruit zij stamt. Alewitische Koerden in Turkije hebben een lange geschiedenis van onderdrukking en genocide. Polat zingt erover in het Koerdisch, haar vaders taal die lang verboden was.
Mooie gesprekken die laten zien hoe lang en diep oorlogen doorwerken in families. En hoe verschillende oorlogen dezelfde wonden slaan. Wederom ergerlijk is dat er tussendoor steeds reclameborden van War Child verschijnen, en dat de geïnterviewden iets aardigs over de sponsor moeten zeggen. Waarom kan de publieke omroep zo’n programma niet zelf betalen? Twee mensen aan een tafel – kan niet erg duur zijn.
Overlevingskunst
Als we in Nederland nog bezig zijn met de naweeën van een oorlog van tachtig jaar geleden, dan kun je wel nagaan hoelang de oorlog in Oekraïne zal doordreunen. In 82 Dagen in de hel (maandag, NPO 2) vertellen regisseur Jasper Christiaens en oorlogsjournalist Joanie de Rijke het verhaal van de drieduizend mensen die tijdens het beleg van Marioepol in de schuilkelders van staalfabriek Azovstal woonden. Wekenlang in vochtige catacomben, zonder daglicht, elektriciteit of contact met de buitenwereld, terwijl boven hun hoofden de bommen dreunden.
Veel van de beelden in deze Vlaams-Nederlandse driedelige docuserie zijn geschoten door de bewoners zelf. Onder de grond ontstond een wonderlijke samenleving met mensen uit alle lagen van de bevolking, van wie sommigen hun honden en katten hadden meegenomen. Onderlinge spanningen, angst en honger gaan gepaard met staaltjes van moed, menselijkheid en overlevingskunst.
De Italiaanse documentaire Kunst versus oorlog (Close Up, NPO 2) zoekt schoonheid tussen het oorlogspuin. Los van elkaar gingen straatkunstenaars Banksy en C215 naar Oekraïne om hun geëngageerde graffiti op kapotgeschoten gebouwen te plaatsen. Banksy liet in de verwoeste stad Borodjanka de gracieuze Turnster op een muur achter. En David en Goliath: een jonge judoka die een volwassen man vloert. De Franse kunstenaar C215 maakte op de muren portretten van bewoners en van nationale helden. De kunstwerken groeiden uit tot symbolen van Oekraïense veerkracht en verzet.
Italiaanse conservatoren zijn nu bezig om de muurschilderingen te conserveren en in een museum te krijgen. Wanneer je ze bezig ziet met hun voorzichtige kwastjes op de ruwe betonbrokken, voel je dat er iets niet klopt. Dit is straatkunst – bedoeld om op te gaan in het straatbeeld. Niet bedoeld om geïsoleerd in een keurig museum te hangen. Maar ja, zeggen de Italianen, anders verdwijnt deze kunst als de slopers komen. Ze beloven dat ze de brandsporen en de kogels laten zitten.
