Tv-recensie | BN’ers dreigen grens tussen feit en fictie te verliezen, maar voor tv-kijkers is het ook niet makkelijk

„Degene die je vertrouwt, moet je muntjes geven…”

„Ja…”

„En degene die je niet vertrouwt, moet je géén centjes geven.”

„Oké.”

Het duurde even voor deze concensus zaterdag werd bereikt in De verraders (RTL). De verwarring was al begonnen bij het onbijt, toen spelleider Tijl Beckand de deelnemers zakjes met zilverlingen had toegeworpen. Hun zilveren munten moesten ze verdelen over tien spaarpotten, op elke spaarpot stond de naam van een deelnemer. Dat verdelen mochten ze doen „naar eigen inzicht”, meldde Beckand. „Het devies is: wie… vertrouw je… voor… geen… cént?”

Tien monden zakten open voor wat waarderende ah’s en oh’s, maar tegen de tijd dat ze weer waren gesloten had lang niet iedereen begrepen wat de woordgrap nu concreet betekende. Aan Beckand kon geen uitsluitsel worden gevraagd; die was alweer in een rechte lijn de ontbijtzaal uitgelopen om zijn levenskeuzes te overdenken. Zijn vertrek liet ruimte voor twee theorieën. „‘Ik vertrouw je voor geen cent’: dan gooi je dus centen in de spaarpot van degene die je voor geen cent vertrouwt”, zei influencer Julia Heetman. De oudste zoon van Frans Bauer was er ook en dacht juist dat het andersom zat. Dit alles tot grote consternatie van model Kim Feenstra, die tot het beslissende moment bleef twijfelen hoe ze haar zilverlingen moest verdelen. Ze nam uiteindelijk het advies over van Christiaan Bauer: wél muntjes voor degene die je vertrouwt, géén centjes voor degene die je niet vertrouwt.

Vertrouwen is heel belangrijk in De verraders. Vertrouwen, en cryptische instructies begrijpen. De spelers moeten missies volbrengen om ‘zilverstaven’ te verdienen, maar onder hen zijn drie verraders die de buit niet willen delen. Dat geheime gezelschap komt ’s nachts bij elkaar om een van de andere BN’ers om te leggen – het is een vrij lugubere bedoening.

Zaterdag werd intrige op intrige gestapeld, want verrader Veenstra voelde zich verraden door medeverrader Joost Dowib. Die had haar namelijk helemaal geen muntjes gegeven en durfde later, toen Feenstra haar geduld verloor, te beweren dat ze wel erg „in haar emotie” zat. Tegen die tijd waren bij Heetman de gemoederen al een keer hoog genoeg opgelopen om te roepen: „Vermoord me maar, ik heb er geen zin meer in.” „Ik denk dat ik het allemaal een beetje te persoonlijk neem”, zuchtte ze daarna. „En dat het toch een spel is.”

Onvoorzichtig

Soms vrees ik dat BN’ers de grens tussen feit en fictie uit het oog verliezen. Niet gek, gezien hoe onvoorzichtig we met ze omgaan. Kijk alleen al naar de programma’s van afgelopen weekend: we stoken ze tegen elkaar op in De verraders, maken ze een avond tot musicalster in Stars on stage (RTL), proberen ze dichter bij God te brengen in Bijbelen met de sterren (EO) – zondagavond had Renze Klamer in het voorstukje van Renze op zondag (RTL) zelfs nog het feloranje pakje aan dat BN’ers moeten dragen als ze meedoen aan Hunted VIPS (AvroTros), een spel waarin ze worden opgejaagd door een opsporingsteam. In het reclameblok wisselde Klamer nog even vlug van kostuum. Zo kon hij in iets serieuzer ogende kleren bespreken hoe een groep burgers zelf had besloten ‘grenscontroles’ te houden in Ter Apel (wat een eufemistische manier is om te zeggen dat ze joegen op asielzoekers).

Daarna was het tijd om de vragen door te nemen die sinds de val van het kabinet de talkshowtafels beheersen. Zou de VVD nog eens met de PVV in zee willen gaan? En hoe lang zou er nog worden gesteggeld over ministersposten? Wie gunt wie nog wat; wie kun je nog vertrouwen? Wanneer weer uitgebreid al die kansen en mogelijkheden worden doorgenomen, klinkt het al gauw alsof het niet om de politieke werkelijkheid gaat, maar om het zoveelste onderhoudende spelformat. Bondjes en verraad. Ook voor kijkers dreigt het onderscheid soms te vervagen.