Carnaval is veel meer dan feesten, zeggen de zuiderlingen die aan het woord komen in het dagelijkse magazine Carnavalshart (NPO 2). Ja, wat dan nog meer? „Samen zijn”, zegt Prins Luuk LI van Ganzendonck. Een antwoord waar je op zich nog niets aan hebt, totdat hij zijn verhaal vertelt.
De carnavalsprins was al eerder verkozen, maar hij moest toen zijn troon opgeven. Samen met zijn vrouw Marieke verloor hij namelijk allebei zijn zoontjes, Daan en Teun. In dit onbevattelijk grote verdriet kreeg hij veel steun van zijn vrienden van de carnavalsvereniging. „De vereniging heeft ons erdoorheen getrokken.” Vandaar: samen zijn. Vieren dat je een warme gemeenschap vormt.
Zelfs het vrolijkste tv-programma heeft een contrapunt nodig. Je ziet in Carnavalshart prachtige praalwagens – behangen met lichtjes in Zwammegat, met metershoge poppen in Boemeldonck. En je ziet extatische menigtes, voor wie Lamme Frans zijn hit ‘Handjes Handjes Bloemetjesgordijn’ zingt. Maar het gaat pas leven als er wat misgaat.
Zo is er het verhaal over de lange vriendschap tussen de verenigingen De Marotte uit Zitterd en de Grosse Kölner uit Keulen. Vlak na de Tweede Wereldoorlog stak De Marotte de hand uit naar haar Duitse broeders. Met praalwagens trokken de Limburgers naar het platgebombardeerde Keulen om wat kleur en verstrooiing te brengen tussen de ruïnes. De Duitsers waren dit gebaar nooit vergeten. Een Marot zegt: „Vergeven is een belangrijk iets.”
De verkeerde snackbar
Maar dat is niet altijd even makkelijk, zo laat Het Familiediner (NPO 1) zien. Sinds vorig jaar is het programma met Bert van Leeuwen niet alleen meer gericht op het oplossen van familieruzies, maar zitten er ook gezinsherenigingen in, en uitjes voor families die een opsteker verdienen – branchevervreemding die voor kritiek en lagere kijkcijfers zorgde.
In de eerste aflevering van het nieuwe seizoen blijkt wederom dat de ruzies veel boeiender zijn. Dit keer gaat het om twee broers uit Hoorn, Ruud en Toon. De zoon van Toon heeft Bert van Leeuwen gebeld om het op te lossen. Waar hebben ze ruzie over? „Het gaat om een kroket en een frikadel, gaat het om. En letterlijk een kroket en een frikadel.”
Helaas krijgt hij het niet helderder, en Bert van Leeuwen laat het zitten. Dat is jammer want ik wil dan weten hoe het precies is gegaan. Broer Toon had (in Ruuds versie) warm eten besteld bij de verkeerde snackbar. Dat was althans een snackbar die Ruuds autistische zoon niet trok. Maar het kan ook zijn (in de versie van de zoon) dat ze de helft van het eten bij de ene snackbar, en de andere helft bij de andere snackbar bestelden, uit kostenbesparing. Toen broer Ruud er wat van zei, kieperde broer Toon driftig de hele bestelling in de prullenbak (alle versies). 150 euro. Voor een kroket en een frikadel? Wat hadden ze nog meer besteld? Vraag om het bonnetje, Bert!
Na de frikadelrel volgde het ziekbeddispuut, wat me ernstiger leek. Broer Toon ging wegens de snackruzie niet naar de begrafenis van de vrouw van Ruud. Toen Ruud hierna toch weer bij Toon langskwam, trof hij een ziekenhuisbed in de woonkamer. Toons vrouw had een brommerongeluk gehad. Toen Ruud naar het bed informeerde, zei Toon: „Mijn vrouw heeft twee maanden op een ziekenhuisbed gelegen en jouw vrouw maar twee dagen.” Ja, dan zou ik als verse weduwnaar ook wel pissig worden.
Ze moesten het van Bert van Leeuwen goedmaken bij een snackdiner. Broer Toon zei sorry, broer Ruud gaf een hand, maar van harte ging het niet. Ruud had het liever zonder camera gedaan, weigerde ook in de lange witte limousine te stappen – een van de gimmicks van het programma. Ook zeer begrijpelijk. Maar ja, dat is de mysterieuze macht van de televisie. Vreemde ogen dwingen.
Carnaval is veel meer dan feesten, zeggen de zuiderlingen die aan het woord komen in het dagelijkse magazine Carnavalshart (NPO 2). Ja, wat dan nog meer? „Samen zijn”, zegt Prins Luuk LI van Ganzendonck. Een antwoord waar je op zich nog niets aan hebt, totdat hij zijn verhaal vertelt.
De carnavalsprins was al eerder verkozen, maar hij moest toen zijn troon opgeven. Samen met zijn vrouw Marieke verloor hij namelijk allebei zijn zoontjes, Daan en Teun. In dit onbevattelijk grote verdriet kreeg hij veel steun van zijn vrienden van de carnavalsvereniging. „De vereniging heeft ons erdoorheen getrokken.” Vandaar: samen zijn. Vieren dat je een warme gemeenschap vormt.
Zelfs het vrolijkste tv-programma heeft een contrapunt nodig. Je ziet in Carnavalshart prachtige praalwagens – behangen met lichtjes in Zwammegat, met metershoge poppen in Boemeldonck. En je ziet extatische menigtes, voor wie Lamme Frans zijn hit ‘Handjes Handjes Bloemetjesgordijn’ zingt. Maar het gaat pas leven als er wat misgaat.
Zo is er het verhaal over de lange vriendschap tussen de verenigingen De Marotte uit Zitterd en de Grosse Kölner uit Keulen. Vlak na de Tweede Wereldoorlog stak De Marotte de hand uit naar haar Duitse broeders. Met praalwagens trokken de Limburgers naar het platgebombardeerde Keulen om wat kleur en verstrooiing te brengen tussen de ruïnes. De Duitsers waren dit gebaar nooit vergeten. Een Marot zegt: „Vergeven is een belangrijk iets.”
De verkeerde snackbar
Maar dat is niet altijd even makkelijk, zo laat Het Familiediner (NPO 1) zien. Sinds vorig jaar is het programma met Bert van Leeuwen niet alleen meer gericht op het oplossen van familieruzies, maar zitten er ook gezinsherenigingen in, en uitjes voor families die een opsteker verdienen – branchevervreemding die voor kritiek en lagere kijkcijfers zorgde.
In de eerste aflevering van het nieuwe seizoen blijkt wederom dat de ruzies veel boeiender zijn. Dit keer gaat het om twee broers uit Hoorn, Ruud en Toon. De zoon van Toon heeft Bert van Leeuwen gebeld om het op te lossen. Waar hebben ze ruzie over? „Het gaat om een kroket en een frikadel, gaat het om. En letterlijk een kroket en een frikadel.”
Helaas krijgt hij het niet helderder, en Bert van Leeuwen laat het zitten. Dat is jammer want ik wil dan weten hoe het precies is gegaan. Broer Toon had (in Ruuds versie) warm eten besteld bij de verkeerde snackbar. Dat was althans een snackbar die Ruuds autistische zoon niet trok. Maar het kan ook zijn (in de versie van de zoon) dat ze de helft van het eten bij de ene snackbar, en de andere helft bij de andere snackbar bestelden, uit kostenbesparing. Toen broer Ruud er wat van zei, kieperde broer Toon driftig de hele bestelling in de prullenbak (alle versies). 150 euro. Voor een kroket en een frikadel? Wat hadden ze nog meer besteld? Vraag om het bonnetje, Bert!
Na de frikadelrel volgde het ziekbeddispuut, wat me ernstiger leek. Broer Toon ging wegens de snackruzie niet naar de begrafenis van de vrouw van Ruud. Toen Ruud hierna toch weer bij Toon langskwam, trof hij een ziekenhuisbed in de woonkamer. Toons vrouw had een brommerongeluk gehad. Toen Ruud naar het bed informeerde, zei Toon: „Mijn vrouw heeft twee maanden op een ziekenhuisbed gelegen en jouw vrouw maar twee dagen.” Ja, dan zou ik als verse weduwnaar ook wel pissig worden.
Ze moesten het van Bert van Leeuwen goedmaken bij een snackdiner. Broer Toon zei sorry, broer Ruud gaf een hand, maar van harte ging het niet. Ruud had het liever zonder camera gedaan, weigerde ook in de lange witte limousine te stappen – een van de gimmicks van het programma. Ook zeer begrijpelijk. Maar ja, dat is de mysterieuze macht van de televisie. Vreemde ogen dwingen.
Op de dijk word ik ingehaald door een boomlange Zweed. Wandelschoenen aan, telelens om zijn nek. „Zit-ie er? Weet je waar precies?’ Ik voel een vreemd soort trots dat ik gezien word als een gelijke – de juiste, niet te felle kleding, mijn verrekijker groot genoeg om mee te tellen – en wijs op de locatie die Ruud net stuurde. „Zeshonderd meter vanaf hier.”
We lopen op de asfaltdijk aan de oostkant van Texel. Rechts van ons de Waddenzee, vóór ons een klein leger met telescopen in de aanslag. De Zweed stelt zich voor als Hans, ik vraag hem waar hij vandaan komt („Malmö”). Sneller en sneller loopt hij, hem bijhouden wordt lastig. De laatste honderd meter gaan in gestrekte draf. Hans, over zijn schouder: „Sorry, maar ik kan niet rusten tot ik hem heb gezien. Hier droom ik van sinds mijn elfde.”
Zes weken zit hij nu op Texel: de brileider. Somateria fischeri. Een bijna volwassen mannetje, drie winters oud. „Geen gewoon zeldzame vogel maar een extreem zeldzame vogel”, zegt Ruud van Beusekom ter begroeting. „Normaal moet je naar Noord-Alaska of Oost-Siberië om ’m te zien.” Zelf woont hij op een steenworp hiervandaan. „Toen ik het nieuws hoorde dacht ik dat ik gek werd. Ik móést naar buiten. Die eerste zaterdag na de ontdekking stonden hier zeker veertienhonderd vogelaars. Nederlanders, Italianen, Duitsers, Fransen…” Zijn laatste week bij Vogelbescherming Nederland is net ingegaan, straks gaat hij met pensioen – communicatieadviseur in ruste. „Maar vogelen blijf ik doen tot ik erbij neerval.”
De brileider is een dwaalgast. De letterlijke vreemde eend, een buitenbeentje onder de gewone eidereenden die hier samen op de golven dobberen. Net wat kleiner, en vooral: een gekke kop. Veiligheidsbriltekening rond de ogen, groene viltstiftstrepen, een zacht tapijtje over zijn snavel – niet voor niets noemen de Duitsers hem Plüschkopfente.
De andere eiders tolereren hem, maar echt erbij horen doet hij niet. Soms verdwijnt hij onder water en slikt vervolgens, met de nek omhoog, een krab of mossel door. Even doet hij een halfslachtige baltspoging. Onsuccesvolle avances. Áls hij al een vrouwtje weet te versieren, dan zullen de jongen onvruchtbaar zijn.
Hans kan intussen zijn geluk niet op. Zijn 18-jarige dochter Sofia glimlacht berustend – ze is het wel gewend dat de vakantiebestemmingen worden gedicteerd door vogels.
Wat de brileider hier doet, weet niemand – meegevlogen met andere eiders, afgedwaald in een storm? „Hij hoort met soortgenoten te overwinteren in wakken op de Beringzee”, zegt Ruud. Hij maakt zich zorgen om de vogel. „Gisteren lag hier een zeearend op het fietspad. Dood. Vermoedelijk vogelgriep. Een hoogarctische soort als de brileider is niet gewend aan de virussen hier, dus ik houd mijn hart vast.” In 2022 nog werd door vogelgriep een kolonie grote sterns weggevaagd uit broedgebied Utopia, een kwartier fietsen hiervandaan.
Even is er tumult, wanneer de driepoot van een telescoop bijna tussen de spaken van een passerende tandem komt. „Altijd hetzelfde met die vogelaars”, briest de voorste fietser. De telescoopeigenaar lijkt zich van geen kwaad bewust. „De brileider doet je alle ellende in de wereld vergeten”, verzucht hij. „Geen betere vorm van escapisme denkbaar.”
Gemma Venhuizen is biologieredacteur en doet elke woensdag ergens vanuit Nederland verslag.
Musical Emilia Pérez schreef twee keer geschiedenis toen de Oscarnominaties eind januari bekendgemaakt werden. De film was met dertien nominaties de meest genomineerde niet-Engelstalige film aller tijden. Én hoofdrolspeelster Karla Sofía Gascón was de eerste openlijk trans persoon ooit genomineerd voor een Oscar.
Netflix vierde feest: hun excentrieke Franse musical over een Mexicaanse drugsbaas in transitie was in één klap favoriet voor de Oscars. Eindelijk zouden ze de Oscar voor beste film winnen. Maar slechts enkele weken later moest Gascón haar excuses aanbieden wegens haattweets, en was Emilia Pérez de meest bespotte film van het jaar. Het is een dieptepunt in de spannendste, smerigste en meest chaotische Oscarrace in jaren.
Hoe dat gebeurde? Vooropgesteld: de Oscars draaien niet (alleen) om filmkunst. Het is een populariteitsstrijd, een verkiezing voor klassenvoorzitter van Hollywood. Er zijn 10.000 acteurs, regisseurs, producenten en andere filmwerkers met stemrecht. Krijg je de meerderheid op je hand? Dan kun je een Oscar winnen.
De aanloop naar de Oscars is dus ook een wedstrijd wie het best campagne kan voeren. Wie verdient het? Wie gún je de prijs het meest? Een handdruk en een goed getimede knipoog op een cocktailfeestje kan het verschil maken.
Daarom draait het ook om relletjes. Raakt de reputatie van een acteur of film bezoedeld, dan slinken de kansen. Soms maakt een ster zelf een al dan niet fatale misstap. Zoals toen acteur Viggo Mortensen op campagne voor Greenbook zei: „Niemand gebruikt het woord nigger meer.” Niemand, behalve Mortensen dus. Of zoals toen regisseur Jane Campion tegen Venus en Serena Williams grapte: „Jullie hoeven niet tegen de mannen te spelen. Ik wel.”
Kwaad spel
Maar soms zijn de relletjes ingestoken. Dat is de nalatenschap van producent Harvey Weinstein, die zijn Oscarcampagnes zag als Koude Oorlog. Stemmers beïnvloedde hij met tientallen advertenties en belrondes, rivalen beschimpte hij met ingestoken krantenartikelen en fluistercampagnes. „Saving Private Ryan is alleen de eerste 15 minuten goed”, was zijn idee: van een kracht maak je een zwakte.
En dus vermoedden filmjournalisten en professionals direct kwaad spel toen er overmatig veel rellen waren rond Oscarkandidaten, dit jaar. Pausthriller Conclave (acht nominaties) was de eerste; de film zou antikatholiek zijn. Daarna werd hoofdrolspeelster van Anora (zes nominaties), Mikey Madison, wijd bekritiseerd omdat ze haar naaktscènes zonder intimiteitscoördinator had willen filmen – daarmee zou ze breken met een belangrijke post-#MeToo-hervorming.
Over The Brutalist (tien nominaties) was iedereen het eens: dit was een „behendige Oscarcampagne-sniper-aanval”, in de woorden van filmjournalist Joanna Robinson. Het minimale gebruik van AI door de editor van de film – om Adrien Brody’s Hongaars op te poetsen – werd opgeklopt tot wereldwijde controverse. Is AI geen ‘technologische doping’? Dat het merendeel van de genomineerden AI gebruikte, lieten media onverlet.
Maar zoals in de eerste alinea aangekondigd: Emilia Pérez kreeg het meeste kritiek. De film was favoriet. Won de acteerprijs in Cannes, bijna alles bij de European Film Awards, de Golden Globe voor beste ‘musical of komedie’. Terwijl trans rechten onder druk kwamen, won een trans film prijzen. Gascóns acceptatiespeeches werden beschreven als „emotional”, „a triumph”, „powerful”, en zelfs „a powerful emotional triumph”.
Maar vanuit Mexico kwam kritiek. De film verbeeldt Mexico als land van drugs en dood, zeiden critici, maar is opgenomen in Frankrijk en bevat verwaarloosbaar weinig Mexicanen. Accenten klonken lachwekkend: Spaans met een plaksnor en een sombrero. Scenarist Héctor Guillén noemde de film op sociale media een racistische en eurocentrische bespotting. „Bijna 500.000 [drugs-] doden en Frankrijk besluit een musical te maken. […] Mexico haat Emilia Pérez.”
Daarnaast hekelde lhbti-rechtenorganisatie Glaad de representatie van trans mensen als stereotiep. Een film over een tragische trans vrouw die moordt en haar kinderen achterlaat, taalgebruik als „half man, half vrouw”: dat zou gevaarlijk zijn.
Vaginoplastie
Gen Z nam een standpunt in op sociale media. In TikTok-video’s keken jongeren met walggezichten naar scènes uit de film. Met name de scène waarin een vaginoplastie bezongen wordt: „From man to woman, or woman to man? […] From penis to vaginàààh.” Mensen dreven massaal de publieksscore op websites als IMDb omlaag.
Hoofdrolspeelster Karla Sofía Gascón vermoedde Weinstein-praktijken: socialemediateams die online haat stimuleren. Zo beschuldigde ze het team van een andere genomineerde: de Braziliaanse Fernanda Torres. Tegen de Braziliaanse krant Folha de S. Paulo zei ze: „Er zijn mensen die met Fernanda Torres samenwerken [hoofdrolspeelster I’m Still Here] om mij en Emilia Pérez neer te halen.”
Zoiets is moeilijk te traceren: sociale media maken fluistercampagnes subtieler dan ooit. Anonieme brieven en zakken geld naar kranten zijn niet langer nodig. In de duisternis van het internet is het lastig te zeggen waar een echo begint. Eén goedgeplaatste, goed gedeelde post kan genoeg zijn.
Na die aanval begon Gascóns lijdensweg in alle ernst. Men ging graven, en ze bleek een uitgebreid portfolio van haattweets opgebouwd te hebben. Zo had ze George Floyd „een drugsverslaafde oplichter” genoemd; de islam zou „een broeinest van infecties voor de mensheid” zijn, Chinese vaccins kwamen met „twee loempia’s”, en uitgerekend de Oscars noemde ze ooit „een ceremonie voor protestfilms”. Netflix haalde haar prompt uit zijn Oscarcampagne. Aanvankelijk beweerde Gascón weer dat het „leugens” waren om haar goede naam te bezoedelen. Daarna ging ze tevergeefs op excuustoer.
Regisseur Jacques Audiard deed nog een poging Emilia Pérez te rehabiliteren. Door zeer publiekelijk zijn hoofdrolspeelster af te vallen. „Wat Karla Sofía heeft gezegd is onvergeeflijk”, zei hij tegen Deadline. „Ik heb haar niet gesproken en dat wil ik ook niet. Ze is zelfdestructief bezig en ik snap echt niet waarom ze hiermee doorgaat. Waarom doet ze zichzelf pijn?” En: „Ik snap gewoon niet waarom ze ons pijn blijft doen.” En: „Ze heeft nu ruimte nodig om te reflecteren en verantwoording af te leggen voor haar daden.”
Emilia Pérez doet niet meer mee om de belangrijke Oscars. Volgens de wedkantoren maakt de film wel nog kans op de Oscars voor beste vrouwelijke bijrol (Zoe Saldaña) en beste liedje. Audiard, Gascón en de film zelf maken geen kans. Zelfs de Oscar voor beste niet-Engelstalige film zou nu naar I’m Still Here kunnen gaan, volgens voorspellingen. Onmogelijk, een maand geleden.
Onvoorspelbaar
Achteraf zijn al deze rellen niet zo verbazingwekkend. Normaliter zijn de Oscars vrij voorspelbaar. Grote winnaars zijn maanden van tevoren bekend. De zegetocht van Oppenheimer werd al bij de première van de film voorzien, negen maanden vóór de ceremonie. Dit jaar was er geen grote favoriet. Mede door de Hollywoodstakingen van 2023 was de spoeling dun, artsy en internationaal. Voorspellingen van wedkantoren en filmjournalisten veranderden met de week. Van Anora, naar Emilia Pérez, naar The Brutalist, naar Conclave en terug naar Anora. Zo’n machtsvacuüm geeft gretige publicisten een kans nét dat kleine voordeel te verdienen.
Daarnaast hangt er een moreel spanningsveld rond de Oscars. Met Trumps terugkeer willen de stemmers van de Academy aan ‘de juiste kant van de geschiedenis’ staan. Dat zie je in de nominaties: je vindt films over katholicisme (Conclave), vrouwenrollen (The Substance, Anora), de Holocaust (The Brutalist), zelfs over Donald Trump zelf (The Apprentice). Dat maakt het stempubliek extra vatbaar voor relletjes, ingestoken of niet.
Welke film blijft er dan over? Gek genoeg lijkt al het gekrakeel de Oscars naar interessante keuzes te duwen. Na het gehannes rond Karla Sofía Gascón is Demi Moore plotseling favoriet voor haar rol in de feministische bodyhorrorfilm The Substance – al is Mickey Madison ondanks het gedoe over intimiteitscoördinators bepaald niet kansloos. Haar doorbraak Anora – een nihilistische Pretty Woman met Russische oligarchen – was half vergeten, maar kroop onder het puin vandaan als kanshebber voor beste actrice, film, regie (de alom geliefde Sean Baker) en originele scenario. Wie weet. De stembussen sloten op 18 februari, de enveloppen met uitslagen wachten nu in de kluis op het Oscargala. Dan weten we meer.