Tv-recensie | Als je bij ‘B&B Vol Liefde’ niet kunt kiezen, zit je in het verkeerde programma

Jean-Paul kan niet kiezen. Hij vindt het veel te gezellig, al die vrouwen voor wie hij hapjes en drankjes kan serveren. Wie wil er nog appelflappen? Dus hopen de kandidaten zich op in B&B Vol Liefde (RTL 4). Daarmee saboteert hij het datingprogramma: volgens het spel moet hij ze één voor één wegsturen, tot er één vrouw overblijft met wie hij zijn leven wil delen. We komen niet voor de gezelligheid, we komen voor de liefde. Het programma heet niet B&B Vol Vrienden.

Dat laatste merkt vakbondsvrouw Susanne op. Ze houdt de eer aan zichzelf en vertrekt. Hiermee verandert de machtsverhouding. Doorgaans is het de B&B-eigenaar die de eisen stelt, op straffe van verwijdering. Nu geeft Jean-Paul die macht aan zijn kandidaten. Sportschoolmanager Renate eist al meteen een lunch alleen met hem. JP probeert nog te bedingen dat de andere vrouwen ook gezellig een stukje meerijden, maar Renate houdt haar poot stijf. Eén op één – ze wil over de liefde praten. Dus vertrekken de twee in zijn open legerauto met een speelgoed-legerhelm op hun hoofd.

(Voor de liefhebbers: de legerauto is een DAF YA-66 uit 1974-1975, bedoeld voor ordonnansen – militaire loopjongens. Werd ook wel de Jarretel Jeep genoemd wegens de riemaandrijving: Variomatic met het pientere pookje. Het Dafje was goedkoop, had geen vierwielaandrijving, kon alleen op verharde wegen, dus een treffend symbool van Nederlands militaire onmacht. In de jaren negentig heeft het leger ze allemaal verkocht.)

Ja, dat soort dingen ga ik googelen tijdens het kijken. Want het moet gezegd: B&B Vol Liefde bevat ook behoorlijk wat saaie passages. De tijd gaat ook veel langzamer daarginter. Wij zitten al in de derde week van het programma, maar in de B&B’s zijn pas een dag of vier, vijf verstreken.

Op

Na B&B Vol Liefde was dan toch echt het moment aangebroken dat de nieuwe tv-programma’s op waren. Wat restte waren herhalingen. Geeft niet, tv-directeur Frans Klein noemde herhalingen ooit „tweedekansuitzendingen”. De vele documentaires die de publieke omroep op de plank heeft liggen, krijgen bijvoorbeeld in de zomer een tweede kans om wat kijkers te vinden. Zelfs de meest doorgewinterde kijker mist een hoop. Die krijgt zo een tweede kans om een mooie, tijdloze documentaire alsnog te zien.

In deze Pride-week was de Herhaling van de Dag: God, ik ben gay (NPO Doc) van Linda Hakeboom. Ze volgt de 27-jarige presentator en acteur Robbert Rodenburg die als gay opgroeide in een orthodox-christelijke gemeenschap. Ik vermoed dat ze gereformeerdebonders zijn, maar daar kwam ik niet helemaal uit. De kerk en de school vertelden hem dat homoseksualiteit zondig was. Het maakte hem doodongelukkig. Ook nu hij zich uit zijn bekrompen dorp heeft bevrijd en successen boekt in de tv-wereld, is hij nog altijd op zijn hoede. Wordt hij wel echt geaccepteerd?

Hij spreekt met andere gay leerlingen die in hetzelfde schuitje zaten. Ook gaat hij verhaal halen bij de schoolleiding, zijn ouders en de dominee, die hem trachtten te verhinderen te zijn wie hij was. Dat levert geen toenadering op – de geagiteerde dominee vindt dat Rodenburg hém moet accepteren zoals hij is – maar het zorgt bij Rodenburg wel voor berusting.

Rodenburg spreekt ook een Amsterdamse dominee die zelf gay is en er opmerkelijk vrijzinnige opvattingen op nahoudt. Je kunt gewoon als ongelovige gay door het leven gaan, zo betoogt hij, want ook dat is volgens Gods plan. Hoe ver je ook wegrent, God blijft bij je. Liefdevol bedoeld, maar eigenlijk gewoon benauwend.