Daar zit verdachte Tariq (35), een gedrongen man in een lichtgroen poloshirt, met zijn advocaat. Een ‘stekende beweging’ maken met een mes onder de uitroep ‘ik ga je vermoorden’. Plus een poging tot het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel dus, ofwel mishandeling. Het slachtoffer stuurde ook een advocaat. Diens eis zit Tariq vooral hoog. Ruim 11.000 euro wil de andere deelnemer aan de vechtpartij ontvangen, die de politierechter vandaag probeert te reconstrueren.
Dat geld is vooral compensatie voor het „doen opleven” van een eerder trauma waarvoor Tariq’s tegenstander in behandeling was. Volgens z’n advocaat is z’n cliënt mentaal beschadigd. Hij zag op kantoor een ‘gebroken vogeltje’ tegenover zich. De openingsvraag van de politierechter „Wat is er op die dag gebeurd”, negeert Tariq. Hij legt via de tolk uit dat „ieder toch in z’n eigen onderhoud moet voorzien”. En dat zo’n eis „geen bedoeling heeft”. Zo gaat het de hele zitting. De rechter stelt een vraag, Tariq begint over iets anders. Hij is bitter en boos. Het was juist zijn tegenstander die begon, die hém sloeg, voor wie híj vluchtte, die hem bespuugde, die hem achtervolgde.
Vragen ontloopt hij. De tolk verontschuldigt zich soms voor Tariqs teksten. Een vraag van de officier of hij het achteraf misschien anders had kunnen doen, komt helemaal niet over. Hij vertelt liever over het gedrag van z’n tegenstander. De politierechter, onder tijdsdruk, kapt hem af, waarop de advocaat protesteert. En de rechter hem toch maar laat uitpraten. Hoewel „meneer wel veel ruimte inneemt”.
Op het bureau bleken beiden letsel aan het hoofd te hebben.
Het slachtoffer blijkt de ex van Tariqs vrouw met wie zij één kind heeft. Gaandeweg wordt duidelijk dat er grote spanningen zijn. Dat het kind mishandeld zou worden. En over geld. Bij de laatste overdracht voor de omgangsregeling zou de biologische vader Tariq met een ‘ijzeren staaf’ hebben bedreigd en hem vanuit z’n auto hebben bespuugd. Waarna Tariq met z’n eigen auto op hoge snelheid de ex achtervolgde. Daarna was het vechten, waarbij Tariq met een grote moersleutel ‘bovenhands’ zou hebben geslagen. En met een mes hebben gedreigd.
Op het bureau bleken beide mannen letsel aan het hoofd te hebben. Schrammen, bulten, een snee. Maar het was de ex die aangifte deed. Uit het onderzoek zou een hoofdrol voor Tariq zijn gebleken. Er waren getuigen, een vaag gsm-filmpje, met ‘duwende mannen’, slaan met ‘gereedschap’, een ‘mogelijk mes’ waartegen ‘man 2’ zich moest verdedigen. Tariq schudt heftig ‘nee’ en citeert een Arabische uitdrukking „Darabani wa-bakā, wa-sabaqani wa-ishtakā”. Hij sloeg me, huilde, en was me voor met klagen.
Als de politierechter vraagt of hij zich aan een contactverbod kan houden, zegt hij „dat niks mij met hem verbindt”. Tariq blijkt te zijn afgekickt „van de drugs” en te zijn behandeld door een psycholoog. Hij is ooit vrijgesproken wegens huiselijk geweld. Z’n relatie met z’n vrouw is verbeterd, volgens het dossier ook volgens haar. Werk en gezin, daar draait z’n leven nu om.
De officier constateert dat Tariq geen overlast geeft en dat zijn leven nu beter verloopt dan eerder. Dat Tariq in woede ontstak wil het OM zien als iets „dat ons allemaal wel kan gebeuren”. Maar dat hij achter de ex-man aan scheurde, dat is dus wél mis. De getuigen ondersteunen het relaas van de ex-man: diens feiten kloppen dus. Niet de versie van Tariq. Nu moet er rust komen, „ook in het belang van het kind”. Dat de verdachte op zitting „nooit een direct antwoord” geeft, valt hem tegen.
Verder betwijfelt hij of de mentale terugval van het slachtoffer echt door Tariq is veroorzaakt. 1.000 euro lijkt hem redelijker. De officier eist een contactverbod van twee jaar en een werkstraf 120 uur, waarvan 60 uur „op de plank” (voorwaardelijk). Beide met een proeftijd van 2 jaar.
De advocaat ziet vooral een incident waar „over en weer is gevochten”. Waar ook Tariq „nogal wat letsel” aan overhield – de advocaat maakte er op het bureau zelf foto’s van. Of er een mes in het spel is geweest, bleef onduidelijk. Achteraf had ook zijn cliënt aangifte moeten doen. Dat volgens de reclassering er „geen structurele agressie-problematiek” speelt bij Tariq is belangrijk. „Meer balans” in deze zaak graag, ook met oog voor het uitdagende gedrag van de ex. Wat was nou ieders precieze aandeel? Bij zoveel twijfel hoort de verdachte daarvan het voordeel te krijgen: „in dubio pro reo”.
Het oordeel
De politierechter constateert dat „beide verhalen” recht tegenover elkaar staan. En dat beide vechters er met letsel uit zijn gekomen. Maar ze kiest voor de versie van de ex-man, vooral omdat de vier getuigen diens versie ondersteunen. Die verdedigde zich tegen de klappen met de baco-sleutel door Tariq, wat slecht had kunnen aflopen. Ook vindt de politierechter dat er voldoende aanwijzingen zijn voor het „maken van stekende bewegingen”, die ook zijn gezien. Dat staat daarmee „buiten redelijke twijfel”. Ze betreurt het dat Tariq zijn „aandeel niet erkent”. De impact van de vechtpartij, op straat, is heftig geweest, meent ze. Dat rechtvaardigt de straf die de officier eiste: 120 uur werkstraf, waarvan 60 uur voorwaardelijk. Daar komt een locatie- en contactverbod bij. De vergoeding stelt ze vast op 1.000 euro aan immateriële kosten. Ze ziet geen verband tussen het incident en de verergerde traumaproblematiek van het slachtoffer. Wel rekent ze nog 446,25 euro aan vergoeding van eigen risico en reiskosten van de ex-man.
„Dit is een heel mooi mandje, gemaakt door de firma Tichelaar. Het werd gebruikt op tafel als versiering en fruitmandje.” Dat is de uitleg die antiquair Ben Strik aan presentator Maxim Hartman geeft terwijl hij een wit met blauw aardewerken mandje naast zijn hoofd houdt. „Dat is veel te lang, het moet korter”, zegt Hartman buiten beeld. „Veel korter.”
Daarna ontvouwt zich een scène die, zo ongeveer, half Nederland wel kent. De uitleg moet, wat meneer Strik ook probeert, volgens Hartman telkens minder uitgebreid: „Nee, nog korter. Kort!” Het fragment van OmroepMaxim, waarin de uitleg van Strik wordt teruggebracht tot het alom bekende ‘Mand!’ werd door de VPRO gedeeld op YouTube. Nu, ruim dertien jaar later, is het meer dan vijfenhalfmiljoen keer bekeken.
Hartman, bekend geworden met Rembo & Rembo, staat bekend om zijn absurdistische en herkenbare provocatieve stijl. Berouw om zijn acties ligt niet in de lijn der verwachting. Toch realiseerde Hartman zich een paar maanden geleden dat het eigenlijk helemaal niet oké is.
Het is niet oké dat het leven van meneer Strik zo in het teken is komen te staan van die door hem gedwongen uitspraak. En dat iedereen meneer Strik nu kent als „meneer Mand”. En dat iedereen hem constant blijft herinneren aan wat hij voor de camera heeft gezegd. En dat, van reclames (in de reacties worden Ikea, Hema, Kruidvat, Bol.com en Albert Heijn opgeroepen óók te doneren) tot de Tweede Kamer, iedereen zijn uitspraak zomaar pikt. Helemaal niet oké.
Op 26 maart van dit jaar besluit Hartman, die bekendstaat om zijn altruïstische inborst, daarom recht te zetten wat hij zelf scheef heeft gemaakt. Op Instagram laat hij weten dat hij een crowdfunding begint, om Strik te geven „waar hij recht op heeft”. Want hij is „zo vaak gebruikt en misbruikt en geciteerd en gejat” dat hij wel „een mooi nationaal cadeau” verdient. Want: „Misschien wil hij wel ooit begraven worden in een hele grote mand? Maar beter iets tijdens zijn leven.”
Een paar dagen later, op 1 april, wordt zijn oproep behandeld in de uitzending van Goedemorgen Nederland. „Het zit in het rijtje van toeslagenaffaire en slavernijverleden”, zegt Hartman. „Ik vind dat we als collectief die man schadeloos moeten stellen. Hij moet twee miljoen euro krijgen van de samenleving.” En nee, verzekert hij presentatrice Welmoed Sijtsma: „Het is echt geen grap.”
Smartengeld
Aan die twee miljoen is Hartman niet gekomen. Maar dankzij „1400 gulle donateurs” heeft hij toch 10.908 euro op de cheque kunnen schrijven. Onduidelijk blijft of Hartman zelf ook een bijdrage heeft gedaan.
In een Instagram-filmpje overhandigt hij de cheque aan ‘mijnheer Ben “Mand” Strik’, die volgens Hartman „jarenlang geterroriseerd” is. Met stift getekend op een oranje A4’tje met witte stipjes, staat dat het ‘smartengeld’ is. „Voor het leed dat u is aangedaan”, vult Hartman aan. „Het is een herstelbetaling namens het Nederlandse volk en mijzelf wegens het uitmelken van u als persoon.”
Het gaat niet slécht met meneer Strik. Ja, het was wel irritant, altijd maar gebeld worden met diezelfde grap. „Mand zeggen, hoorn d’r op”, werd de regel. Hij wordt bijna 83 jaar oud maar werkt nog steeds „zes dagen in de week” in zijn „kunst- en curiosawinkel”. Hij hoeft dat niet korter te vertellen, zegt Hartman, hij is genoeg uitgebuit. Het bedrag, waar hij „heel dankbaar” voor is, gaat hij „goed gebruiken”, zegt hij in de camera. „Waarschijnlijk ga ik daarmee weer een mooie cruise maken.”
En dan haalt meneer Strik iets uit zijn koffertje. „Is dat de echte?”, vraagt Hartman. „Ja”, zegt meneer Strik. Natuurlijk is het de echte. „Verkoopt u hem”, vraagt Hartman hoopvol. „Nee, nooit.” „Ook niet voor 10.908 euro?” „Nooit”, zegt meneer Strik. „Het is en blijft mijn mandje.”
Het mandje blijft van meneer Strik, die waarschijnlijk te maken krijgt met een nieuwe golf aandacht die hem naar verluid best kan bekoren. De kosten gingen naar de donateurs. De lof gaat naar Hartman, die de mensen aanspoorde iets te geven: „Doneren kreng. Als iedereen die mand zegt een euro geeft haal@ik het streefbedrag!”
Als ze vanaf de andere kant van de wereld contact met hem maakten op zijn privé-eiland in Polynesië, noemde hij, zoals het hoort, eerst zijn call sign, „FO5GJ”, en dan zijn naam, „Marty”. Dat is wie je bent op de korte golf: je roepletters, je voornaam en een plaats. Dan wisten ze niet dat ze even met Marlon Brando hadden gepraat, acteur uit The Godfather en Apocalypse Now, die een parallel leven leidde als zendamateur. „Daarin kan ik mezelf zijn”, zei Brando in 1994.
De vorige koning van Jordanië was JY1 en ‘Hussein’. En Priscilla Presley vond haar liefhebberij „verslavend”, maar liet haar zendmachtiging verlopen wegens een te druk leven. Zij was altijd N6Y0S, nooit de vrouw van.
„Onder radioamateurs is iedereen gelijk”, zeggen de mannen die elke donderdag bijeenkomen in een zaaltje in Sassenheim. De afdeling Hollands Midden van de Vereniging van Radio Zend Amateurs (VRZA), is met 137 leden een van de grootste.
In 1901 verzond Guglielmo Marconi het eerste transatlantische draadloze bericht (de letter ‘s’ in morsecode). Hij had twintig zendmasten nodig. Precies honderd jaar geleden bewees de Poolse ingenieur Joseph Tykocinski-Tykociner dat je op de korte golf even ver of verder kon zenden met één mini-antenne.
De mannen in Sassenheim zijn hun erfgenamen. Ze kennen elkaars call sign beter dan hun echte namen. Ze praten over golflengtes, frequentiebanden, signaalsterkte en storingen, en over van alles en niks, behalve politiek. Wat niet erg verschilt van hoe veel van hen ooit begonnen, met een illegaal ‘27Mc bakkie’.
‘Als je contact legt met, zeg, Australië, daar kun je een week op vooruit’
Daar raakten ze op uitgekeken, gingen studeren voor het zendexamen, soldeerden een zendontvanger in elkaar, zetten een antenne in de tuin of op het dak, en nu zitten ze elk vrij ogenblik achter microfoon of morsesleutel om „te werken” met een zielsverwant in de wereld. In een schuurtje dat ze shack noemen, op zolder of in de huiskamer.
Zoals Gert de Jonge (60), voorzitter van de afdeling en met vroegpensioen, omdat hij na een leven op de ambulance „genoeg heeft gezien”. „CQDX”, zegt hij in de microfoon, thuis in Hillegom. „This is PD0CT from the Netherlands.” CQ is ‘seek you’. En DX is ‘lange afstand’. Radiosignalen kunnen via de ionosfeer rond de wereld stuiteren, maar de ionosfeer is al dagen van kaas. „Drama”, zegt hij.
Maar als je dan contact hebt gelegd met, zeg, Australië, liefst met zo min mogelijk vermogen op de antenne, want dat is de sport, „ja, daar kun je een week op vooruit, dan ben je het ventje”. Maar je weet het nooit. Opeens gaat een band open, alsof wolken voor de zon wegschuiven. Of je hebt een prachtige DX en, pats, klapt-ie dicht. „Dat zijn de grillen van de korte golf.”
Er zijn ook vrouwen bij zijn afdeling en twintigers, maar die zijn er die avond in Sassenheim niet bij. De verenigingswebsite heeft een bladzijde die ‘silent key’ heet, naar de morsesleutel die niet meer bediend wordt.
„Ik roep niet vaak zelf, want dan moet je de hele tijd antwoorden”, zegt hij. Gert is iemand die zelf liever reageert, liefst intercontinentaal. En natuurlijk kun je ook bellen of mailen, maar, „het gaat om de ether, dat hij je hoort en dat je dat kunt loggen.”
Hans Steketee doet elke maandag ergens vanuit Nederland verslag.
Het witgepleisterde kerkje aan de voet van de Golden Gate-brug in San Francisco completeert een perfect Amerikaans plaatje. Links de erebegraafplaats met eindeloze rijen witte kruizen, waar dertigduizend soldaten en hun familieleden begraven liggen. Rechts de gemanicuurde grasvelden van het paradeveld van de voormalige legerbasis, waar gezinnen picknicken en frisbeeën. Het Presidio heet het ruim zeshonderd hectare grote Nationale Park – de Spanjaarden bouwden hier eind achttiende eeuw een gelijknamige militaire buitenpost.
Maar binnen in de Presidio Chapel overheersen de zorgen. „We moeten dit gebied verdedigen tegen de grijpgrage handen van projectontwikkelaars”, zegt Peg DiGiammarino, voordat ze een benefietconcert van een blues- en folktrio in de kapel aankondigt. DiGiammarino is bestuurslid van het historisch genootschap van het Presidio, dat al zeventig jaar strijdt voor het behoud van het gebied – inmiddels een van de drukst bezochte en meest geliefde parken van Californië.
De aanval op het Presidio kwam krap een maand na de inauguratie van president Donald Trump. Op 19 februari tekende de Amerikaanse president een decreet waarin hij het Presidio, in één adem met drie organisaties die vrede in Afrika en Latijns-Amerika propageren, als „overbodig” bestempelde. Trump schreef dat hij de organisatie die het park beheert, wil ontdoen van „alle overbodige taken” en zoveel mogelijk personeelsleden wil ontslaan.
Protestlied
„We weten niet wat ons overkomt”, zegt secretaris Samantha Davis van het historisch genootschap nadat de circa vijftig aanwezigen in het kerkje – de meesten wit en op leeftijd – ter afsluiting gezamenlijk ‘This land is your land’ hebben gezongen, een hit uit de jaren veertig over de ongelijkheid van inkomen en grondbezit in de VS. Sinds artiesten als Bob Dylan en Bruce Springsteen eigen versies van het nummer opnamen geldt het protestlied als een alternatief volkslied – voor progressief Amerika wel te verstaan.
De strijd om het Presidio is geen politieke strijd, zegt Davis, in het dagelijks leven vastgoedadviseur, terwijl ze na afloop de concertbezoekers taartjes en limonade serveert. „Het is een symbolische aanval, het gaat over iets groters”. Bovendien, zegt ze: het Presidio bedruipt zichzelf, door de oude barakken en militaire gebouwen op het terrein te verhuren. Van de opbrengsten worden het groenonderhoud en de salarissen van de parkwachten (rangers) betaald.
Betogers lopen op 1 maart in een protestmars in het Presidio in San Francisco, tegen de achtergrond van de Golden Gate Bridge. Foto Dan Hernandez / San Francisco Chronicle / Polaris
Al even wonderlijk, zegt zij, is dat Trump aanstuurt op een botsing met de Presidio Trust, de door het Congres in het leven geroepen stichting die het gebied beheert. In het bestuur daarvan zit een aantal Republikeinse kopstukken en zeer vermogende inwoners van San Francisco die Trump tijdens zijn eerste termijn als president nota bene zelf heeft benoemd.
Haar analyse: „Het is een gevaarlijk spel. Als Trump de Presidio Trust weet te kraken, dan kan hij bij wijze van spreken alle nationale parken van de VS opheffen en de grond aan de hoogste bieder verkopen. Want de meeste parken hebben helemaal geen geld of een sterk bestuur, zoals hier.”
Democratisch bolwerk
Ook schrijver en docent aan Columbia University Lincoln Mitchell zegt dat de aanval op het Presidio meer is dan pesterij door Trump, die zijn afkeer van het Democratische bolwerk San Francisco nooit onder stoelen of banken heeft gestoken. Mitchell groeide op vlakbij het Presidio, toen nog militair terrein. Nadat het Amerikaanse leger in 1989 de legerbasis verliet, speelde hij op de grasvelden honkbal en American football met zijn kinderen.
De eerste reden voor de aanval, zegt Mitchell, is een persoonlijke. Dat het Presidio een Nationaal Park werd, is de verdienste van het Democratische kopstuk Nancy Pelosi – met wie Trump hevig overhoop ligt. Pelosi ijverde vanaf de jaren negentig met succes voor een publieke bestemming van het militaire terrein. Als extraatje regelde zij in 2023 een injectie van 200 miljoen dollar in het Presidio.
Als dank daarvoor is de rotonde naast het bezoekerscentrum omgedoopt in het ‘Speaker Nancy Pelosi Plaza’. Daar herinnert een plaquette bezoekers eraan dat de voormalige Huis-voorzitter „het Amerikaanse Congres en de buurt verenigde om het Presidio te redden als nationaal park”. En dat „haar leiderschap” ervoor heeft gezorgd dat het park „vandaag, morgen en voor altijd mooi en open zal zijn voor iedereen”.
Dat het Presidio een Nationaal Park werd, is de verdienste van het Democratische kopstuk Nancy Pelosi
Politicoloog Mitchell zegt dat zelfs de meest uitgesproken tegenstanders van de inmiddels 85-jarige Pelosi – en dat zijn er nog al wat – haar roemen om haar bemoeienis met het gebied. Maar dat geldt niet voor een aantal haviken uit de zakelijke achterban van Trump. Die hebben hele andere ideeën, zegt hij. „En Trump laat ze hun gang gaan.”
De plannen van die haviken werden medio januari uit de doeken gedaan in Palladium, een conservatieve glossy uit San Francisco. In het blad bepleitten twee prominente libertaire activisten voor het volbouwen van het park, dat zou moeten plaatsmaken voor de zogeheten ‘Presidio Freedom City’ – een vrijhaven voor vastgoedontwikkelaars en techondernemers, met eigen wetten en regels en zo laag mogelijke belastingen.
Wandelaar in het Presidio-park in San Francisco. Foto Adam C Bartlett
Zo’n nieuwe wijk is de gedroomde leefomgeving voor gezinnen en bedrijven, onder meer vanwege een „hogere dichtheid” aan gebouwen, „effectiever politie-optreden” en een betere „handhaving van de openbare orde”, betuigen de auteurs. Hun voorbeeld: China, waar grootschalige bouwprojecten zonder noemenswaardige inspraak van de bewoners worden gerealiseerd.
Trump zelf sympathiseert met deze ideologie. In het voorjaar van 2023 schaarde hij zich achter een plan om tien van zulke ‘vrijheidssteden’ te stichten, door de hele VS. De aanhangers van Freedom Cities hebben ook sterke morele ideeën: binnen de grenzen van deze economische vrijhavens is geen plek voor lastige buren, daklozen of progressieve Amerikanen die de libertaire toekomstdromen in de weg staan.
„Ik heb vaak gehoord dat ik overdrijf”, zegt Lincoln Mitchell. „Maar we moeten dit soort wilde plannen helaas uiterst serieus nemen. Stuk voor stuk lijken het wellicht losse flodders, maar alles bij elkaar opgeteld staat er niets minder dan de toekomst van de democratie op het spel.”
Techbro’s
Aan de andere kant van de baai van San Francisco maakt ook Jeremy Mack zich zorgen. De stedenbouwkundige zit in de achtertuin van Xochi the Dog – een alternatieve koffiebar in Oakland, waar hondenbezitters hun havermelk-latte komen halen en een vrouw haar kind borstvoeding geeft.
Mack is een van de drijvende krachten achter het in 2023 opgerichte Phoenix Project, een organisatie die de lobby van de vastgoed- en techbedrijven in San Francisco probeert bloot te leggen. Dat is een flinke klus, zegt hij. Rechtse lobbyorganisaties in de regio zijn volgens hem de voorgaande jaren onder de radar sterk in aantal gegroeid en naar elkaar toe gekropen.
Hun krachtenbundeling begon volgens Mack als een reactie op het strenge ruimtelijke ordeningsbeleid dat ontstond nadat progressieve politieke kandidaten tussen 2015 en 2020 veel lokale verkiezingen wonnen. Vooral vastgoedpartijen hadden last van alle extra regelgeving die daarna werd geïntroduceerd. Gaandeweg sloten diverse techondernemers die fortuin hadden gemaakt in de nabij gelegen Silicon Valley – Elon Musk van Tesla en X, de libertaire durfinvesteerder Pieter Thiel – zich bij hen aan.
Zij bestrijden het progressieve stadsbestuur niet openlijk, zegt Mack, maar via maatschappelijke organisaties met onschuldig klinkende namen zoals ‘Buren voor een beter San Francisco’, ‘SF verbonden’, ‘Stop Misdaad in SF’ en de ‘SF Coalitie van ouders’. En via tijdschriften zoals Palladium, waarin de plannen voor de vrijheidsstad Presidio uit de doeken werden gedaan. „Als je de financiële en bestuurlijke achtergronden van deze organisaties in kaart brengt, ontdek je dat ze worden gerund door professionele lobbyisten en worden betaald door vastgoedmannen en techbro’s op zoek naar politieke invloed”, zegt Mack.
Progressieve buurtinitiatieven
De naar rechts neigende organisaties zijn succesvoller dan veel progressieve buurtinitiatieven, zegt hij. „Traditionele, links georiënteerde clubs zijn vaak onderling verdeeld en hebben weinig budget.” Bovendien hameren de conservatieve organisaties op thema’s die veel inwoners aanspreken. Mack: „Zij hebben het narratief veroverd.”
Want inderdaad: de stad kampt met een aantal in het oog springende problemen, zoals grote aantallen verslaafde daklozen. In het centrum van San Francisco zijn ze niet te missen, de tientallen junkies die onder invloed van onder meer fentanyl als zombies op straat staan te trippen, hun knieën gebogen en hun broek op hun knieën. Ook de daklozencampings onder de spoorbaan aan de rand van de stad zijn onontkoombaar.
Een ander probleem: het wegkwijnende downtown, waar de huren van kantoren torenhoog hoog zijn, terwijl de meeste werknemers sinds corona het liefst vanuit huis werken. Het gevolg: uitgestorven straten, lege wolkenkrabbers en horeca zonder gasten.
De discussie in San Francisco had moeten gaan over de kwaliteit van leven en het revitaliseren van de binnenstad, zegt Mack. Maar in plaats daarvan werd het één grote klaagzang over drugs, daklozen en huisvesting, breed uitgemeten in de conservatieve media. Mack: „De rechtse zender Fox News besteedt elke week aandacht aan de problemen in San Francisco. Hun boodschap: dit is wat je krijgt als een stad jarenlang door de progressieven wordt bestuurd.”
Parken zijn helemaal niet links of rechts – iedereen houdt van ze
Mack probeert met zijn Phoenix Project aan te tonen dat deze verhaallijn geregisseerd is – en dat de conservatieven in de lobbyclubs en burgerinitiatieven in werkelijkheid een hele andere agenda hebben, zoals het volbouwen van het Presidiopark. „Onze gulste donors zijn progressieve mensen uit de techhoek”, zegt hij. „Die vinden het verschrikkelijk dat hun bedrijfstak zich zo identificeert met de conservatieve agenda.”
De onderzoeken van het Phoenix Project slaan aan, zegt hij. „Veel mensen vroegen zich al af waar al die maatschappelijke organisaties zoals ‘Buren voor een beter San Francisco’ vandaan kwamen? Nu ze weten dat die in het leven zijn geroepen door rechtse stichtingen en ondernemers, kijken ze op een hele andere manier tegen hun pleidooien aan.”
Alcatraz
Terug in het bezoekerscentrum houdt parkwachter John Osborne, die al vrijwel zijn hele leven in het Presidio werkt, de moed erin. Achter hem worden documentaires vertoond over de benarde positie van Japans-Amerikanen in de Tweede Wereldoorlog. Hij deelt buttons en kaarten van het gebied uit.
De aanval van Trump op het park is de afgelopen weken ingehaald door nieuwe decreten en proefballonnetjes. Onder meer over de voormalige gevangenis Alcatraz – een eilandje vlak voor de kust van San Francisco, dat net als het Presidio de status van nationaal park heeft. Trump wil de gevangenis heropenen, liet hij begin mei weten via sociale media. Alcatraz zou opnieuw „een symbool moeten worden van wet, orde en rechtvaardigheid”.
„Als ambtenaar hoor ik me bescheiden op te stellen”, zegt park ranger Osborne. Toch mogen nationale parken zoals het Presidio en Alcatraz geen speelbal van politieke belangen worden, vindt hij. „Rechts houdt nou eenmaal niet van regulering en de beschermende status van parken. En Trump is ook een beetje een pestkop. Maar kijk om je heen, naar alle bezoekers hier. Parken zijn helemaal niet links of rechts – iedereen houdt van ze.”